Naar inhoud springen

Heerlijkheid: verschil tussen versies

54 bytes toegevoegd ,  3 jaar geleden
k
geen bewerkingssamenvatting
kGeen bewerkingssamenvatting
kGeen bewerkingssamenvatting
Regel 14:
'''Bezit van een heer.''' De eerste van de genoemde betekenissen is 'bezit van een heer'. In Nederland zijn verscheidene gebieden, 'heerlijkheden' genoemd, die vroeger onder het gezag van een heer stonden. Ze ontstonden in de vroege middeleeuwen. Grondbezitters en kerkelijke leiders verwierven economische, politieke en juridische macht over stukken land. Zij heten ‘heer’ en het gebied waarover zij gezag uitoefenden een ‘heerlijkheid’. Echter, wie een heerlijkheid bezat, bezat niet altijd het grondgebied. Een heer had wel altijd bepaalde rechten in het gebied, bijvoorbeeld het recht om er te jagen, belasting te heffen of recht te spreken. In een zogenaamde ''hoge'' heerlijkheid mocht hij de doodstraf uitspreken en voltrekken. In een ''lage'' heerlijkheid mocht de heer alleen rechtspreken over kleine vergrijpen en geen lijfstraffen uitdelen. Vanaf de 13de eeuw werden de meeste heerlijkheden onderdeel van graafschappen, hertogdommen of bisdommen. In 1798 maakte de grondwet een einde aan de heerlijke rechten, maar onder koning Willem I werden een aantal daarvan hersteld, onder andere jacht-, vis en aanpalingsrecht (bij eendenkooien).<ref>Bron: beschrijving van de fietsroute ''Heerlijkheden Nederasselt'', uitgegeven door Geldersch Landschap & Kasteelen (www.GLK.nl)</ref>
 
De bezittingen van onze God en van de Heer Jezus zijn onmetelijk groot (hemelen, aarde, heelal), en Zij hebben alle rechten. Zij latenzullen Gods kinderen laten delen in Hun heerlijkheid (zie meer hieronder).
 
== Heerlijkheid van koninkrijken ==
Cookies helpen ons onze services aan te bieden. Door onze services te gebruiken stemt u in met het gebruik van onze cookies.