Israël (land): verschil tussen versies
k
→'Mijn land' (God)
Regel 182:
=== 'Mijn land' (God) ===
Het land van Israël is niet in de eerste plaats van Joden of Palestijnen of van de Volkenbond of van de Verenigde Naties, maar van God zelf. Het is Zijn land, het behoort Hem toe, zoals blijkt uit de volgende Schriftplaatsen.<blockquote>''Leviticus 25:23 En het land zal niet voor altijd verkocht worden, want <u
▲''Leviticus 25:23 En het land zal niet voor altijd verkocht worden, want <u><code>het land is van Mij</code></u>, en gij zijt vreemdelingen en bijwoners bij Mij.'' (NBG51)</blockquote><blockquote>''2Kr 7:19 Maar indien gij u afkeert en mijn inzettingen en verordeningen die Ik u voorgehouden heb, verlaat, andere goden gaat dienen en u voor hen nederbuigt, 2Kr 7:20 dan zal Ik hen uitrukken uit <u><code>mijn land</code></u> dat Ik hun gegeven heb; dit huis dat Ik aan mijn naam geheiligd heb, zal Ik dan van mijn aangezicht wegwerpen, en Ik zal het tot een spreekwoord en een spotrede onder alle volken maken. 2Kr 7:21 Dit huis, dat hoog verheven was; ieder die eraan voorbijgaat, zal zich ontzetten en zeggen: Waarom heeft de HERE alzo aan dit land en aan dit huis gedaan? 2Kr 7:22 Dan zal men zeggen: Omdat zij de HERE, de God van hun vaderen, die hen uit het land Egypte had geleid, hebben verlaten, zich aan andere goden gehecht, zich voor die nedergebogen en die gediend hebben, daarom heeft Hij al dit onheil over hen gebracht.''</blockquote><blockquote>''Jes 14:25 Ik ga Assur in <u>mijn land</u> verbreken en het op mijn bergen vertreden; dan zal zijn juk van hen worden weggenomen en weggenomen de last van hun schouder.''</blockquote><blockquote>''Joe 1:6 Want een volk is tegen <u>mijn land</u> opgetrokken, machtig en ontelbaar; zijn tanden zijn leeuwetanden en het heeft hoektanden van een leeuwin.''</blockquote>Het land is in de eerste plaats Zijn erfdeel (ook het volk Israel is Gods erfdeel).<blockquote>''Jer 2:7 Ik bracht u toch in een vruchtbaar land om de vrucht en het goede daarvan te eten; doch toen gij daar waart gekomen, hebt gij mijn land verontreinigd en mijn erfdeel tot een gruwel gemaakt.'' </blockquote><blockquote>''Jer 16:18 Daarom zal Ik eerst hun ongerechtigheid en hun zonde dubbel vergelden, omdat zij mijn land hebben ontwijd met het aas van hun gruwelen en afschuwelijkheden, waarmede zij mijn erfdeel hebben vervuld.''</blockquote>Geen volk noch vereniging van volken kan eigenmachtig bepalen voor wie het land bestemd is:<blockquote>''Eze 36:5 daarom, zo zegt de Here HERE, voorwaar, in het vuur van mijn naijver heb Ik gesproken tot het overblijfsel der volken en tot geheel Edom, die met hartgrondige vreugde en diepe minachting mijn land voor zichzelf ten erfdeel hadden bestemd om het volkomen uit te plunderen;''</blockquote>Ook in de toekomst is het land nog altijd Gods land. God zal de volken oordelen, onder meer omdat zij Zijn land hebben verdeeld:<blockquote>''Joe 3:2 zal Ik alle volken verzamelen en afvoeren naar het dal van Josafat, en Ik zal aldaar met hen in het gericht treden ter oorzake van mijn volk en van mijn erfdeel Israel, dat zij onder de volken verstrooid hebben, terwijl zij mijn land verdeelden,''</blockquote>Eens zal de vorst [[Gog (uit Magog)|Gog]] optrekken tegen Gods land:<blockquote>''Eze 38:16 en gij zult optrekken tegen mijn volk Israel als een wolk die het land bedekt. In toekomende dagen zal het geschieden, dat Ik u doe optrekken tegen mijn land, opdat de volken Mij leren kennen, wanneer Ik Mij voor hun ogen aan u, o Gog, de Heilige betonen zal''.</blockquote>
=== 'Mijn bergen' ===
Het land
== Door God beloofd en gegeven ==
Regel 207 ⟶ 206:
[[Bestand:Israël stammen-Access Foundation.jpg|geen|miniatuur|1201x1201px|''Verdeling van het land onder de twaalf stammen'']]
In de toekomst, nadat Israël hersteld is, zal volgens het
== Erfelijke bezitting en bewoning ==
De Israëlieten hadden het land tot een erfelijke bezitting ontvangen. Het genot van dit bezit en de bewoning van het land was afhankelijk van hun gehoorzaamheid. Ze konden in het land wonen en genieten van vrucht en vrede zolang ze God, met wie ze een verbond gesloten hadden, gehoorzaamden<ref>Voor de gemeente van Jezus Christus geldt iets dergelijks: de belofte van het heil is onvoorwaardelijk voor ieder die gelooft in de Heer Jezus. Het genot van de zegen van het heil (zoals vreugde, gemeenschap) is afhankelijk van onze trouw. Zonde verhindert gemeenschap met God, ook bij heiligen.</ref>. <blockquote>''Jer 25:5 Bekeert u toch, een iegelijk van zijn bozen weg, en van de boosheid uwer handelingen, en woont in het land, dat de HEERE u en uw vaderen gegeven heeft, van eeuw tot in eeuw;'' (SV)</blockquote>In de tijd van de Richteren worden de
Om zijn zonden werd Israël uit het land verdreven, en in ballingschap weggevoerd. Het volk is in meerdere fasen uit het land weggevoerd. Toen Jeruzalem, de hoofdstad van het land, wegens de zonden van het volk Israël door Nebukadnezar, de koning van Babel, was geslagen, sprak God tot de profeet Ezechiël over de kwestie van erfelijke bezitting:<blockquote>''Eze 33:24 Mensenkind! de inwoners van die woeste plaatsen in het land Israëls spreken, zeggende: Abraham was een enig [man], en bezat dit land erfelijk; maar onzer zijn velen; het land is ons gegeven tot een erfelijke bezitting.'' ''Eze 33:25 Daarom zeg tot hen: Zo zegt de Heere HEERE: Gij eet [vlees] met het bloed, en heft uw ogen op tot uw drekgoden, en vergiet bloed; en zoudt gij het land erfelijk bezitten?'' ''Eze 33:26 Gij staat op ulieder zwaard; gij doet gruwel, en verontreinigt, een ieder de huisvrouw zijns naasten; en zoudt gij het land erfelijk bezitten?'' (SV)</blockquote>Vanwege de gruwelen door hen gedaan, heeft God de Israëlieten gevankelijk doen wegvoeren en het land tot een verwoesting en een schrik gesteld. <blockquote>''Eze 33:29 Dan zullen zij weten, dat Ik de HEERE ben, als Ik het land [tot] een verwoesting en een schrik zal gesteld hebben, om al hun gruwelen, die zij gedaan hebben.'' (SV)</blockquote>Na de Babylonische ballingschap keert een overblijfsel van Juda door Gods ontferming terug naar het land. Onder hen wordt eeuwen later naar Gods belofte Juda's zoon, de Heiland, de beloofde Messias, geboren (Gen. 49:10; Micha 5:1,2). De Joden, op een overblijfsel na, verwerpen hem en worden voor straf opnieuw verstrooid.
Regel 230 ⟶ 229:
=== 'Verdelingsplan' van de heidenen ===
De Verenigde Naties (VN) stelden in 1947, na de Tweede Wereldoorlog, het volgende plan op ter verdeling van
God echter had aan Abraham beloofd dat het 'gehele land Kanaän' voor hem en zijn nageslacht zou zijn, tot een eeuwige bezitting.<blockquote>''Ge 17:8 Ik zal aan u en uw nageslacht na u het land waar u vreemdeling bent, heel het land Kanaän, als eeuwig bezit geven. Ik zal hun tot een God zijn.'' (HSV)</blockquote>Sinds 1947 is er een voortdurende strijd om de verdeling van het land. Volgens de VN echter (ook in 2010) is een deling van het land de enige oplossing (tweestaten-oplossing).
Merk op wat de profeet zegt over het komende oordeel dat de volkeren zal treffen:<blockquote>''Joe 3:2 Dan zal Ik alle heidenen vergaderen, en zal hen afvoeren in het dal van Josafat; en Ik zal met hen aldaar richten, vanwege Mijn volk en Mijn erfdeel
== Nederzettingen ==
Regel 244 ⟶ 243:
In 749 was een grote aardbeving in Israël, waarvan de gevolgen nog in Massada te zien zijn. In 1759 was er ook een aardbeving. In 1837 eiste een aardbeving in Safed 5000 doden. De laatste aardbeving was op 11 juli 1927 (Dode Zee, 300 doden). In Eilat, de stad in het uiterste zuiden van het land, zijn gemiddeld drie kleine schokken per dag.
Onderzoekers van de Ben Goerion Universiteit in Tel Aviv voorspelden in 2007 dat
== Video ==
Hieronder een fraaie video met indrukken van het land Israël.
<youtube width="800" height="500">LER7lcnzoDU</youtube
== Buiten het land ==
|