Spijsoffer

Uit Christipedia

Het spijsoffer was een van de soorten offers in de offerdienst van het volk Israël. Het was een vrijwillig offer, bestaande uit koren in verschillende vorm: meelbloem, koeken, graankorrels enz (Lev. 2). Een deel van dit offer kwam als 'gedenkoffer' (Lev. 2:16) op het vuur van het altaar, het andere deel was tot voedsel voor de priesters. Het spijsoffer spreekt van het reine mens-zijn en zuivere leven van Jezus Christus.

Spijsoffer is de vertaling van het Hebreeuwse woord minchah. Dit woord betekent niet 'spijs' maar ‘gave’, ‘geschenk’, ‘gift’, ‘offerande’. Een minchah werd gebracht uit erkenning van de waardigheid van de ontvanger. De gave hoefde niet uit spijs te bestaan. De Statenvertaling vertaalt 'minchah' door 'spijsoffer'. Het diende deels tot spijs voor de priesters. De Herziene Statenvertaling vertaalt op één uitzondering na telkens met 'graanoffer', waarmee de natuurlijke herkomst van het offer, namelijk graan, wordt aangeduid. De Naardense Bijbelvertaling heeft 'broodgift'. 

De eerste keer wordt ‘minchah’ in de Bijbel genoemd in Genesis 4. Kain bracht een offer van de vrucht van het land (spijs):

Ge 4:3  En het geschiedde ten einde [van] [enige] dagen, dat Kaïn van de vrucht des lands den HEERE offer bracht.(SV)

Dat een minchah niet altijd een geschenk van spijs is, blijkt uit wat Jacob aan zijn broer Ezau ten geschenke bracht:<

blockquote>Ge 32:13  En hij vernachtte aldaar dienzelfden nacht; en hij nam van hetgeen, dat hem in zijn hand kwam, een geschenk voor Ezau zijn broeder; Ge 32:14 Tweehonderd geiten en twintig bokken, tweehonderd ooien en twintig rammen; Ge 32:15 Dertig zogende kemelinnen met haar veulens, veertig koeien en tien varren, twintig ezelinnen en tien jonge ezels. Ge 32:16 En hij gaf die in de hand zijner knechten, elke kudde bijzonder; en hij zeide tot zijn knechten: Gaat gijlieden door, voor mijn aangezicht, en stelt ruimte tussen kudde en tussen kudde.(SV)

Nietswaardige mannen onthielden Saul een geschenk:

1Sa 10:26 En Saul ging ook naar zijn huis te Gibea, en [van] het heir gingen met hem, welker hart God geroerd had. 1Sa 10:27 Doch de kinderen Belials zeiden: Wat zou ons deze verlossen? en zij verachtten hem, en brachten hem geen geschenk. Doch hij was als doof.  (SV)

Het Levitische spijsoffer was een vrijwillig offer en bestond uit koren in verschillende vorm: meelbloem, koeken, graankorrels enz. Uit de verschillende fasen van het leven van de graankorrels (korrel, meelbloem, gebakken vorm) mocht een spijsoffer worden gebracht.

Een deel van het offer kwam op het vuur van het altaar, het andere deel was tot voedsel voor de priesters. Het deel, een handvol, dat op het altaar kwam, diende als 'gedenkoffer' (Lev. 2:16). Het was een vuuroffer tot een liefelijke (aangename) geur voor de HEER (Lev. 2:9). 

Le 2:1 Als nu een ziel een offerande van spijsoffer den HEERE zal offeren, zijn offerande zal van meelbloem zijn; en hij zal olie daarop gieten, en wierook daarop leggen. (SV)

Behalve het graanproduct bevatte het spijsoffer olie, 'zout van het verbond van uw God' (Lev. 2:13) en wierook. Er mocht geen zuurdeeg of honig, dat eveneens doet gisten, in het spijsoffer voorkomen.

Wat van het spijsoffer overbleef, was voor de priesters. Het was 'een heiligheid der heiligheden van de vuuroffers van de HEER' (Lev. 2:3). 

Le 10:12  En Mozes sprak tot Aaron, en tot Eleazar, en tot Ithamar, zijn overgebleven zonen: Neemt het spijsoffer, dat van de vuurofferen des HEEREN overgebleven is, en eet hetzelve ongezuurd bij het altaar; want het is een heiligheid der heiligheden. Le 10:13 Daarom zult gij dat eten in de heilige plaats, dewijl het uw bescheiden deel en het bescheiden deel uwer zonen uit des HEEREN vuurofferen is; want alzo is mij geboden.(SV)

Het Levitische spijsoffer spreekt typologisch van het reine mens-zijn en zuivere leven van de Heer Jezus. Zijn menselijke natuur was zonder zonde, zonder bederf (geen zuurdesem). Hij werd geleid door de Heilige Geest (voorgesteld door de olie). Gods wet was in zijn hart, hij was trouw aan Gods woord en bewaarde dat (voorgesteld door het zout). Zijn leven was aangenaam voor God (voorgesteld door de aangename geur van wierook).