Vervolging van christenen/Geschiedenis: verschil tussen versies

Toegevoegde inhoud Verwijderde inhoud
kGeen bewerkingssamenvatting
kGeen bewerkingssamenvatting
Regel 1: Regel 1:
Vanaf het begin van Christus' gemeente (in Jeruzalem) tot op de huidige dag worden christenen vervolgd.
De '''geschiedenis van de vervolging van christenen''' begint al kort na de [[hemelvaart]] van de [[Heer Jezus]]. Vanaf het begin van Christus' [[gemeente]] (in [[Jeruzalem]]) tot op de huidige dag worden christenen [[Vervolgen|vervolgd]].


De eerste vervolging van de gelovigen greep plaats in het Heilige Land, tegen de gemeente van Christus in Jeruzalem. Nadat Stefanus, de eerste bloedgetuige onder de leerlingen van de Heer Jezus Christus, gedood was, met instemming van Saulus, brak er een grote vervolging uit.<blockquote>''Hnd 8:1 Saulus nu stemde ermee in, dat hij werd gedood. Er ontstond nu in die tijd een grote vervolging tegen de gemeente die in Jeruzalem was; en allen werden verstrooid door de landstreken van Judea en Samaria, behalve de apostelen. (...) Hnd 8:3 Saulus echter verwoestte de gemeente, terwijl hij huis na huis binnenging en mannen en vrouwen meesleepte, en hij leverde hen over in de gevangenis. (TELOS)''</blockquote>De vervolging had weliswaar ''verstrooiing'' tot gevolg, maar geen ''verstomming''. Want: <blockquote>''Hnd 8:4 Zij dan die verstrooid waren, gingen het land door en verkondigden het woord. (TELOS)''</blockquote>In de eerste drie eeuwen werden de christenen in het Romeinse rijk vervolgd. De Romeinse keizers vervolgden hen van 64 tot 305, doch met lange tussenpozen: van 211 tot 235, van 240 tot 257 en van 260 tot 303. Niet weinige geloofsgetuigen stierven een gewelddadige, smartvolle, bloedige dood (zie [[Bloedgetuige]], [[Martelaar]]). 
De eerste vervolging van de gelovigen greep plaats in het Heilige Land, tegen de gemeente van Christus in Jeruzalem. Nadat Stefanus, de eerste bloedgetuige onder de leerlingen van de Heer Jezus Christus, gedood was, met instemming van Saulus, brak er een grote vervolging uit.<blockquote>''Hnd 8:1 Saulus nu stemde ermee in, dat hij werd gedood. Er ontstond nu in die tijd een grote vervolging tegen de gemeente die in Jeruzalem was; en allen werden verstrooid door de landstreken van Judea en Samaria, behalve de apostelen. (...) Hnd 8:3 Saulus echter verwoestte de gemeente, terwijl hij huis na huis binnenging en mannen en vrouwen meesleepte, en hij leverde hen over in de gevangenis. (TELOS)''</blockquote>De vervolging had weliswaar ''verstrooiing'' tot gevolg, maar geen ''verstomming''. Want: <blockquote>''Hnd 8:4 Zij dan die verstrooid waren, gingen het land door en verkondigden het woord. (TELOS)''</blockquote>In de eerste drie eeuwen werden de christenen in het Romeinse rijk vervolgd. De Romeinse keizers vervolgden hen van 64 tot 305, doch met lange tussenpozen: van 211 tot 235, van 240 tot 257 en van 260 tot 303. Niet weinige geloofsgetuigen stierven een gewelddadige, smartvolle, bloedige dood (zie [[Bloedgetuige]], [[Martelaar]]).