Bedelingenleer

Uit Christipedia

De bedelingenleer - of, naar het Engels, het dispensationalisme – is een uitwerking van het denkbeeld dat er verschillende bedelingen zijn. De bedelingenleer onderscheidt en beschrijft verschillende bedelingen.

Volgens de bedelingenleer is de bijbelse geschiedenis is het best te begrijpen in het licht van een aantal opeenvolgende bestuurlijke perioden van Gods handelen met de mensheid, de "bedelingen." Zij maakt een fundamenteel onderscheid tussen Gods plannen voor de nationale Israël en voor de nieuwtestamentische gemeente. Zij benadrukt de bijbelse voorzeggingen aangaande de eindtijd en de opname van de gemeente vóór de grote verdrukking, welke voorafgaat aan Christus' zichtbare verschijning in de wereld. Volgens de bedelingenleer leeft de gemeente van Jezus Christus thans in de ”genadetijd”, die begon bij Pinksteren, de komst van de Heilige Geest, en die eindigt met de opname van de gemeente in de hemel en het begin van het duizendjarig rijk. Na de opname van de gemeente wordt Israël hersteld; geheel Israël zal behouden worden.

Het begin van de bedelingenleer ligt bij de Plymouth Brethren beweging in het Verenigd Koninkrijk en de leer van John Nelson Darby. John Nelson Darby (1800-1882) is de grondlegger van de bedelingenleer. De Plymouth Brethren (en Darby in het bijzonder) ontwikkelden unieke ideeën over de interpretatie van de Schrift, terwijl zij de nadruk legden op de bijbelse profetie en de wederkomst van Christus. De theologie van deze beweging werd bekend als "Dispensationalisme."

De denkbeelden van Darby zijn na zijn dood gesystematiseerd en hebben op veel punten veranderingen ondergaan. C. I. Scofield kwam met een bedelingenleer die veel invloed heeft uitgeoefend.

Bedelingen

Van schepping tot zondeval. In het begin van de menselijke geschiedenis zijn Adam en Eva in een staat van onschuld in de hof van Eden. De mens kreeg een opdracht en een verbod. God kondigde een straf aan op ongehoorzaamheid aan het verbod. Hij wandelde met de mens en zocht hem na diens zondeval persoonlijk op.

Na de zondeval tot de zondvloed. De tijd van de menselijke onschuld werd gevolgd door een lange periode van bijna 1600 jaar tot de zondvloed. Dit was een tijd zonder een geordende omgang van God met de mens. De mensen verdierven hun weg, en de aarde raakte vervuld met geweld. Dan spreekt God tot de wereld door de mond van Noach, die "een prediker van de gerechtigheid" was. In genade werd lankmoedig werd op hun berouw gewacht, terwijl de ark, het vaartuig ter ontkoming, werd gebouwd; 1 Petr. 3:20; 2 Petr. 2: 5. De mensen echter bekeerden zich niet en hun wereld ging door de zondvloed ten onder.

Na de zondvloed tot de spraakverwarring. Na de zondvloed stelt God de menselijke regering in, terwijl de kennis van God, als Een die het kwaad oordeelt, werd verspreid door de nakomelingen van Noach. Zondvloedverhalen worden overal op aarde gevonden. God verwarde de spraak der mensen. Hierop volgde de verdeling van de aarde in verschillende volkeren en stammen, volgens hun families en spraak. Onder hen overheerste onwetendheid omtrent God, ondanks het getuigenis van de schepping aangaande Gods kracht en goddelijkheid, en de vermaning van het geweten waarvan Rom. 1 en 2 spreken.

Tijd van de Hebreeuwse aartsvaders. Ongeveer 360 jaar na de zondvloed begon de tijd van de aartsvaders van Israël met de roeping van Abraham. Een nieuw handelen van God, beperkt tot Abraham en zijn nakomelingen, maar wel met een uitzicht op de toekomst, waarin alle geslachten der mensen in Abraham gezegend zouden worden.

De bedeling van de wet. God gaf aan zijn volk de wet door de dienst van de engelen en de middelaar Mozes (Gal. 3:19). De wet is het eerste publiekelijk geordende systeem van Gods omgang met de mensen. De woorden van God werden gegeven aan een natie, de enige die door God op deze manier was gekend, Am. 3:2. Het was de bedeling van 'Doe dit, en leef en wees gezegend; als u ongehoorzaam bent, wordt u vervloekt'. Deze bedeling had drie

  • Ongeveer 400 jaar onder de rechters, toen God hun koning zou zijn, maar in die tijd deed eenieder wat recht was in zijn ogen.
  • 500 jaren als een koninkrijk onder opeenvolgende koningen.
  • 600 jaar van de ballingschap tot de komst van Christus.

'De wet en de profeten' zijn tot op Johannes de Doper, Luc. 16:16.

Tijdens deze bedeling van wet begonnen 'de tijden van de heidenen' in de machtige heerschappij van Nebukadnezar, het hoofd van goud in de statenbeeld van Daniël, de koning der koningen, Dan 2: 37, 38. De tijden der heidenen duren totdat de Heer Jezus zijn openbare regering aanvangt.

De bedeling van de genade en de waarheid. Na de prediking van Johannes de Doper begon met de komst van Christus de bedeling van de genade en de waarheid. In deze periode van Gods handelen met de mens wordt het evangelie wordt verkondigd aan de hele wereld en wordt er een volk voor Zijn naam verzameld, vanaf de Pinsterdag tot de opname van de gemeente van Christus (Hand. 2: 1-4; 1 Thess. 4: 13-18). Paul had een speciale bedeling die hem door God was opgedragen: de verkondiging van het evangelie alsook het onderwijs aangaande de gemeente als het lichaam van Christus (1 Kor. 9:17; Ef. 3: 2,3; Col 1: 25, 26).

De bedeling van het vrederijk. De tijd van het regering van Christus over de aarde duurt duizend jaar, Opb. 20:1-6. Deze bedeling wordt ook wel genoemd 'de bedeling van de volheid der tijden.' (Ef. 1:10)

Onder deze verschillende bestuurlijke bedelingen komen de goedheid en trouw van God tevoorschijn, maar blijkt ook steeds het falen van de mens. De gezegende bedeling van het vrederijk eindigt immers met een massale opstand.

Hoeveel bedelingen?

Over het aantal bedelingen bestaat verschil van mening. De volgende schrijver onderscheidt een viertal bedelingen: "Naar Gods raadsbesluit zijn in betrekking tot deze aarde twee grote, Goddelijke bedelingen: de bedeling van de wet en de bedeling van de genade, de bedeling van de belofte en de bedeling van de vervulling. Daarom spreken wij dan ook van de Oude en de Nieuwe bedeling. Voorts is er nog een bedeling vóór de wet geweest, en zal er nog een volgen op onze bedeling, die de bedeling is van de volheid der tijden. Het gaat om verantwoordelijke perioden, waarin God Zich heeft geopenbaard, openbaart en openbaren zal."[1]

Oorzaak van christelijk zionisme?

Soms wordt beweerd de bedelingenleer een oorzaak is geweest van het ”christelijk zionisme”, dat Israël steunt. Het dispensationalisme leert weliswaar dat Israël na de opname van de gemeente hersteld zal worden, maar dat zegt niets over de middelen die Joden hebben aangewend om te komen tot een eigen staat in het historische thuisland noch over politiek van de huidige staat Israël. Sommige dispensationalisten stellen dan ook dat "wie Israël tegenwoordig op welke wijze dan ook politiek ondersteunt, bevordert uiteindelijk, misschien onwetend, het vleselijke eigenwillige streven van Israël.”[2] Christelijk zionisme is geen voortvloeisel van de bedelingenleer.

Bron

A New and Concise Bible Dictionary (George Morris, 1899) s.v. Dispensation. Tekst van dit lemma is 15-16 september 2016 vertaald en verwerkt.

Voetnoten

  1. De anonieme beantwoorder van de vraag 'Wat er moet verstaan worden onder bedeling', in: Bode des Heils in Christus, jaargang 76 (1933).
  2. Zo Dirk Schurmann en Stephan Isenberg, Vergeten rijkdom (2012). Aangehaald in: Klaas van der Zwaag, Handboek over leer bedelingen vertaald, RefDag.nl, 16 nov. 2012.