Jerobeam II

Uit Christipedia
Versie door Kees Langeveld (overleg | bijdragen) op 10 nov 2017 om 10:15 (Nieuwe pagina aangemaakt met ''''Jerobeam II''' was een koning van het koninkrijk Israël (10-stammenrijk) en regeerde van 787 tot 747 v.Chr.<ref>Aldus de tijdrekenkundige tabel in de editie va...')
(wijz) ← Oudere versie | Huidige versie (wijz) | Nieuwere versie → (wijz)

Jerobeam II was een koning van het koninkrijk Israël (10-stammenrijk) en regeerde van 787 tot 747 v.Chr.[1] Onder zijn heerschappij was er vrede en uitwendige bloei in het land, maar ook afgoderij.

We lezen in de Bijbel over hem in 2 Koningen 13:3; 14:16-29; 15:1,8; 1 Kronieken 5:17; Hos. 1:1, Am. 1:1; 7:9-11.

Zijn naam is in het Hebreeuws ירבעם השני of יָרָבְעָם; in het Grieks: Ιεροβοάμ; Latijn: Jeroboam.

Hij was de zoon en opvolger van Joas, koning over Israël, gewoonlijk de tweede Jerobeam of Jerobeam II genoemd. Hij regeerde van het jaar 787 tot 747 vóór Chr., derhalve gedurende 40 jaren. Neemt men echter de twaalfjarige tussenregering of regeringloosheid niet aan, welke op zijn bestuur zou gevolgd zijn, dan is men verplicht de mening te verdedigen, dat hij de koninklijke waardigheid gedurende 53 jaren bekleed heeft.

Evenals zijn vader Joas had hij succes in de oorlog. Terstond na de aanvaarding van de heerschappij trachtte hij de Syriërs ook uit zijn Overjordaanse bezittingen te verdrijven, en zette, na gelukkig geslaagd te zijn, zijn krijgsplannen tegen Moab, Ammon, ja zelfs tegen het rijk van Hamath en Damaskus voort. Daar de zege zijn wapenen steeds vergezelde, bracht hij het rijk der tien stammen tot ongekende bloei en luister, en weer tot dezelfde macht, vroeger door Salomo bezeten. Hamath en Damascus werden teruggenomen, want God had medelijden met Israël.

Met deze zeer grote uitwendige bloei ging echter weldra de grootste zedeloosheid en goddeloosheid gepaard, waartegen de profeten Hosea en Amos te vergeefs waarschuwden. De beeldendienst van de eersten Jerobeam bleef voortdurend in stand, en daarbij voegde zich nu weer Baälsdienst en andere afgoderij. Zo werd Jerobeam II ontrouw aan de roeping van zijn stamvader Jehu, wiens taak, om aan alle afgoderij en dienst van Baal een einde te maken, op zijn geslacht overgegaan was. Daarom werd zijn huis vervallen verklaard van de regering en was zijn zoon Zacharia de laatste vorst uit de nakomelingen van Jehu.

Onder Jerobeams bestuur had een telling van de Overjordaanse stammen plaats, welker uitslag was, dat Ruben, Gad en oostelijk Manasse 44.760 weerbare mannen voor de strijd konden leveren. Deze macht was dan ook voldoende om de roofzuchtige volken streng te straffen, die zich vroeger op Israëlitisch grondgebied aan roof en plundering schuldig gemaakt hadden, als de Hagarenen, benevens de bewoners van Jetur, Naphis en Nodab. Hunn bezittingen vielen de overwinnaars ten deel, hun land werd door hen bezet, en 100.000 van hen werden gevangen gemaakt.

Jerobeam “week niet van alle zonden van Jerobeam, de zoon van Nebat." De profeet Amos kondigde zijn dood door het zwaard aan (Am 1:1; 7:9-11).

Bronnen

Artikel Jerobeam II Wikipedia.nl. Tekst hiervan is op 28 sept. 2013 verwerkt.

P.J. Gouda Quint, Woordenboek des Bijbels, inzonderheid ten gebruike bij de Statenvertaling. Haarlem: De erven F. Bohn, 1866. Tekst van het lemma ‘Jerobeam’ is deels verwerkt op 28 sept. 2013.

A New and Concise Bible Dictionary (George Morris, 1899) s.v. “Jerobeam (II)’. Hieruit is op 28 sept. 2013 tekst genomen, vertaald en verwerkt.

Voetnoot

  1. Aldus de tijdrekenkundige tabel in de editie van de Statenvertaling van Jongbloed uit 1995.