Nahesson
Nahesson, ook geschreven Nachson, Nachsjon of Naässon, was een stamhoofd van Juda. Hij was de zoon van Amminadab.
Nu 10:14 Want vooreerst toog op de banier van het leger der kinderen van Juda, naar hun heiren; en over zijn heir was Nahesson, de zoon van Amminadab. (SV)
Naam. De Hebreeuwse naam is נחשׁון, Nachsjon. De betekenis is onzeker, mogelijk 'slang'[1]. Als de naam afgeleid is van het werkwoord Nachosj (in Piël; de toekomst voorspellen door voorbeduidingen[2]), dan is de betekenis 'waarzegger' of 'tovenaar'[1][3][2]. Zijn naam wordt in het Oude Testament 10x genoemd. Het strongnummer is H5177.
Voorvader. Hij is de vader van Salmon. Deze zoon was het die trouwde met de bekeerde hoer Rachab.
Nahesson is tevens een voorvader van Jezus Christus. In diens geslachtsregister wordt hij als vijfde genoemd in de afstamming van de stamvader Juda.
Voetnoten
- ↑ 1,0 1,1 Lexique Hébrue (numéros Strong). Onderdeel van de Online Bible (Importantia)
- ↑ 2,0 2,1 S.J. van Ronkel, Woordenboek der eigennamen, naar hunne eerste spelling en oorspronkelijke uitspraak met eene korte beschrijving de personen, landen en plaatsen, in het Oude Testament voorkomende, en voor het grootste gedeelte ook etymologisch behandeld. (Groningen: M. Smit, 1835) s.v. Nachsón.
- ↑ Hebreeuws-Nederlands Lexicon; op basis van Strong-coderingen. Onderdeel van de Online Bible, een uitgave van Importantia. Het is gebaseerd op het Engelstalige Online Bible Hebrew-Englisch Lexicon van Larry Pierce.