Amen: verschil tussen versies
k
geen bewerkingssamenvatting
kGeen bewerkingssamenvatting |
|||
Regel 10:
=== “Het zij zo” als antwoord ===
In de eerste plaats wordt ‘amen’ in de zin van ‘het zij zo’ in de Bijbel gebruikt als antwoord op wat gesproken is. Voorbeelden:<blockquote>''De 27:26 Vervloekt zij, die de woorden dezer wet niet zal bevestigen, doende dezelve! En al het volk zal zeggen: <u>Amen</u>.''</blockquote>David eindigde zijn lofpsalm bij de plaatsing van de tabernakel te Jeruzalem met een oproep om God de loven, waarop het volk "Amen" antwoordde en God loofde.<blockquote>''1Kr 16:36 Geloofd zij de HEERE, de God Israëls, van eeuwigheid tot eeuwigheid! En al het volk zeide: <u>Amen</u>! en het loofde den HEERE. (SV)''</blockquote><blockquote>''Ps 106:47 Verlos ons, HEERE, onze God! en verzamel ons uit de heidenen, opdat wij den Naam Uwer heiligheid loven, ons beroemende in Uw lof. Ps 106:48 Geloofd zij de HEERE, de God Israels, van eeuwigheid en tot in eeuwigheid; en al het volk zegge: <u>Amen</u>, Hallelujah!''</blockquote><blockquote>''1Co 14:15 Hoe is het dan? Ik zal met mijn geest bidden, maar ik zal ook met mijn verstand bidden; ik zal met mijn geest lofzingen, maar ik zal ook met mijn verstand lofzingen. 1Co 14:16 Anders, als u looft met de geest, hoe zal hij die de plaats van de onkundige inneemt,
=== “Het zij zo” als slotwoord ===
|