Hoofdbedekking: verschil tussen versies
geen bewerkingssamenvatting
Geen bewerkingssamenvatting |
Geen bewerkingssamenvatting |
||
Regel 9:
Een kunstmatige hoofdbedekking, zoals een sluier of hoed, is een macht op haar hoofd, een teken dat spreekt van het gezag (het hoofdschap) dat haar man over haar heeft.
Het lange haar is de vrouw tot sluier gegeven. Daarom is het een eer voor haar als zij lang haar draagt (vs. 15). De natuur leert ons (1) dat mannen lang haar bij vrouwen mooier vinden dan kort, en (2) dat vrouwen hun haar meer behouden dan mannen; mannen worden immers veel eerder kaal.
Zij onteert haar eigen hoofd en haar man door het bij haar bidden of profeteren ongedekt te laten. Een ongedekte vrouw is als het ware kaalgeschoren, het is alsof zij met de kunstmatige hoofdbedekking ook de natuurlijke
'''Gronden van de inzetting'''. Paulus zich beroept op de natuur en op de schepping van man en vrouw, niet op de Joodse of heidense cultuur van zijn tijd. De gronden zijn creatuurlijk, met de schepping gegeven, niet cultuurlijk, cultuurbepaald of cultuurgebonden. Het verstaan en de toepassing van de inzetting zijn echter wel onderhevig aan culturele invloeden, zoals de mode.
'''Toepassing van de inzetting.''' De hoofdbedekking vinden wij in verscheidene christelijke tradities, maar de inzetting van de apostel Paulus wordt verschillend toegepast. Sommige vrouwen bedekken hun hoofd alleen in de openbare samenkomst van de gelovigen. Anderen geloven dat zij hun hoofd altijd moeten dekken.
Tot de 20e eeuw pasten de meeste christinnen de hoofdbedekking toe. In die eeuw is de hoofdbedekking een praktijk van een minderheid in de westerse christenheid geworden. De Amerikaanse theoloog R.C. Sproul (geb. 1939)
De ''Hoofdbedekkingsbeweging'' (Head Covering Movement) is een campagne die het gebruik van hoofdbedekking in de christelijke eredienst wil herstellen.
|