Naar inhoud springen

Hoofdbedekking: verschil tussen versies

48 bytes toegevoegd ,  7 jaar geleden
geen bewerkingssamenvatting
Geen bewerkingssamenvatting
Geen bewerkingssamenvatting
Regel 3:
'''Man en hoofdbedekking.''' De man is het beeld en de heerlijkheid van God (vs. 7). Daarom behoort hij zijn hoofd niet te dekken. Hij onteert zijn hoofd door het te bedekken wanneer hij bidt of profeteert. Het strekt tot oneer van zijn eigen lichamelijke hoofd en tot oneer van zijn Heer, die zijn figuurlijke hoofd is.
 
De natuur zelf leert ons dat "''dat als een man lang haar draagt het een oneer voor hem is"'' (vs. 14). De lengte van het haar is een natuurlijk verschil tussen man en vrouw. We kunnen dat inzien, aanvoelen, verstaan. Zoals het een man niet past om lang haar te dragen, zo past het hem evenmin een kunstmatige bedekking te dragen wanneer hij tot God bidt of namens Hem profeteert. Een hoofdbedekking in de vorm van een keppel, zoals gedragen door orthodox-Joodse mannen, is dan ook niet juist, ook al wordt het gedragen uit eerbied voor God.
 
'''Vrouw en hoofdbedekking.''' De vrouw is om de man geschapen (vs. 9); zij is de heerlijkheid van de man (vs. 7). De man is haar figuurlijke hoofd.
Cookies helpen ons onze services aan te bieden. Door onze services te gebruiken stemt u in met het gebruik van onze cookies.