Naar inhoud springen

Bezetenheid: verschil tussen versies

2.138 bytes toegevoegd ,  2 jaar geleden
k
Regel 59:
 
== Herhaalde bezetting ==
In Mt. 12:43-45 en Luk. 11:24-26 maakt de Heer duidelijk dat een vertrokken geest kan terugkeren. En bij de bezeten beveelt de Heer de geest niet meer terug in de jongen te komen. <blockquote>''Mr 9:25 Toen nu Jezus zag dat een menigte kwam toelopen, bestrafte Hij de onreine geest en zei tot hem: Stomme en dove geest, Ik beveel je: <u>ga uit van hem en kom niet meer in hem!</u>'' (Telos)</blockquote>Een bevrijde bezetene moet plaats inruimen voor zijn Bevrijder. Anders loopt hij mogelijk gevaar opnieuw bezeten te raken.
''Mt 12:43  Wanneer nu de onreine geest van de mens is uitgegaan, gaat hij door dorre plaatsen, op zoek naar rust, en vindt die niet. Mt 12:44  Dan zegt hij: Ik zal terugkeren naar mijn huis waar ik ben uitgegaan. En als hij komt, vindt hij het leegstaan, geveegd en geordend.  Mt 12:45  Dan gaat hij heen en neemt zeven andere geesten met zich mee, bozer dan hijzelf, en zij komen binnen en wonen daar; en het laatste van die mens wordt erger dan het eerste. Zo zal het ook zijn met dit boos geslacht.'' (Telos) </blockquote>
En bij de bezeten beveelt de Heer de geest niet meer terug in de jongen te komen. <blockquote>''Mr 9:25 Toen nu Jezus zag dat een menigte kwam toelopen, bestrafte Hij de onreine geest en zei tot hem: Stomme en dove geest, Ik beveel je: <u>ga uit van hem en kom niet meer in hem!</u>'' (Telos)</blockquote>Een bevrijde bezetene moet plaats geven aan zijn Bevrijder. Anders loopt hij mogelijk gevaar opnieuw bezeten te raken.
 
== Uitwerking ==
Regel 124 ⟶ 126:
<blockquote>''Mt 4:23 En Hij trok in heel Galilea rond, leerde in hun synagogen, predikte het evangelie van het koninkrijk en genas elke ziekte en elke kwaal onder het volk.'' ''Mt 4:24 En het gerucht van Hem ging uit tot in heel Syrie; en zij brachten bij Hem alle lijdenden die bevangen waren door allerlei ziekten en pijnen, <u>bezetenen</u>, maanzieken en verlamden; en Hij genas hen.'' (Telos)</blockquote>
 
Te [[Kapernaüm]] deed Hij van vele kwalijk gestelde mensen demonen uitgaan. <blockquote>''Mr 1:34 En Hij genas velen die aan allerlei ziekten leden, en <u>vele demonen dreef Hij uit</u>; en Hij liet de demonen niet toe te spreken, omdat zij wisten Wie Hij was.'' (Telos)</blockquote><blockquote>''Lu 4:31  En Hij daalde af naar Kapernaum, een stad van Galilea, en leerde hen op de sabbatten.  Lu 4:32  En zij stonden versteld over zijn leer, want zijn woord was met gezag.    Lu 4:33  En in de synagoge was een mens die de geest van een onreine demon had;  Lu 4:34  en hij schreeuwde uit met luider stem: Ach, wat hebben wij met U te maken, Jezus, Nazarener? Bent U gekomen om ons te verderven? Ik weet Wie U bent: de Heilige van God. Lu 4:35  En Jezus bestrafte hem en zei: Zwijg en ga uit van hem. En de demon wierp hem in het midden neer en ging van hem uit zonder hem iets te schaden.  Lu 4:36  En er kwam verbazing over allen; en zij spraken tot elkaar en zeiden: Wat is dit voor een woord? Want met gezag en kracht gebiedt Hij de onreine geesten en zij gaan uit!'' (Telos)</blockquote><blockquote>''Lu 4:40  Toen nu de zon onderging, brachten allen die zieken met allerlei kwalen hadden, ze tot Hem; en Hij legde ieder van hen de handen op en genas hen. Lu 4:41  En <u>er gingen van velen ook demonen uit</u>, terwijl zij de woorden riepen: U bent de Zoon van God! En Hij bestrafte hen en liet hun niet toe te spreken, omdat zij wisten dat Hij de Christus was.'' (Telos)</blockquote>
Te [[Kapernaüm]] deed Hij van vele kwalijk gestelde mensen demonen uitgaan. <blockquote>''Mr 1:34 En Hij genas velen die aan allerlei ziekten leden, en <u>vele demonen dreef Hij uit</u>; en Hij liet de demonen niet toe te spreken, omdat zij wisten Wie Hij was.'' (Telos)
 
In de evangeliën vinden wij verscheidene gevallen van bevrijding door de Heer Jezus. Enkele gevallen zijn hierboven vermeld. Maria Magdalena was door Hem bevrijd van zeven boze geesten (Luc. 8:1-2). Een Kananese vrouw smeekte Hem haar dochtertje, dat ernstig bezeten was, te bevrijden (Matth. 15:22).<blockquote>''Mt 12:22 Toen werd een bezetene bij Hem gebracht, blind en stom; en Hij genas hem, zodat de stomme sprak en zag. Mt 12:23 En alle menigten waren buiten zichzelf en zeiden: Is Deze niet de Zoon van David? (Telos)''</blockquote>De Heer Jezus "heeft de overheden en de machten ontwapend". <blockquote>''Col 2:15  En Hij heeft de overheden en de machten ontwapend en openlijk tentoongesteld en door het kruis over hen getriomfeerd.'' (Telos)</blockquote>'''Miskend.''' Helaas werd de Heer Jezus niet door iedereen als de Bevrijder erkend. Sommigen lasterden hem door te beweren dat hij demonen uitdreef "door de overste van de demonen" (Matth. 12: 24; Luk. 11:15)<blockquote>''Mt 12:22 Toen werd een bezetene bij Hem gebracht, blind en stom; en Hij genas hem, zodat de stomme sprak en zag. Mt 12:23  En alle menigten waren buiten zichzelf en zeiden: Is Deze niet de Zoon van David? Mt 12:24  Toen de farizeeen dit echter hoorden, zeiden zij: Deze drijft de demonen alleen maar uit door Beelzebul, de overste van de demonen.  Mt 12:25  Jezus echter kende hun gedachten en zei tot hen: Elk koninkrijk dat tegen zichzelf verdeeld is, wordt verwoest; en elke stad die of elk huis dat tegen zichzelf verdeeld is, zal niet standhouden. Mt 12:26  En als de satan de satan uitdrijft, is hij tegen zichzelf verdeeld: hoe zal zijn koninkrijk dan standhouden? Mt 12:27  En als Ik door Beelzebul de demonen uitdrijf, door wie drijven uw zonen ze uit? Daarom zullen die uw rechters zijn.  Mt 12:28  Als Ik echter door de Geest van God de demonen uitdrijf, dan is het koninkrijk van God tot u gekomen.'' (Telos)</blockquote>Zelfs zeiden velen dat Jezus zelf een demon had. <blockquote>''Joh 10:19 Er ontstond opnieuw verdeeldheid onder de Joden om deze woorden. Joh 10:20 En velen van hen zeiden: Hij heeft een demon en spreekt wartaal; waarom luistert u naar Hem?  Joh 10:21 Anderen zeiden: Dit zijn geen woorden van een bezetene; kan een demon soms ogen van blinden openen?'' (TELOS)</blockquote>'''De Vader redt uit de macht van de duisternis.''' De Vader heeft ons, die geloven, gered uit de macht van de duisternis. <blockquote>''Col 1:12  terwijl u de Vader dankt, die u bekwaam heeft gemaakt om deel te hebben aan het erfdeel van de heiligen in het licht; Col 1:13  die ons gered heeft uit de macht van de duisternis en overgebracht in het koninkrijk van de Zoon van zijn liefde,'' (Telos)</blockquote>
''Lu 4:40  Toen nu de zon onderging, brachten allen die zieken met allerlei kwalen hadden, ze tot Hem; en Hij legde ieder van hen de handen op en genas hen.  Lu 4:41  En <u>er gingen van velen ook demonen uit</u>, terwijl zij de woorden riepen: U bent de Zoon van God! En Hij bestrafte hen en liet hun niet toe te spreken, omdat zij wisten dat Hij de Christus was.'' (Telos)</blockquote>
 
In de evangeliën vinden wij verscheidene gevallen van bevrijding door de Heer Jezus. Enkele gevallen zijn hierboven vermeld. Maria Magdalena was door Hem bevrijd van zeven boze geesten (Luc. 8:1-2). Een Kananese vrouw smeekte Hem haar dochtertje, dat ernstig bezeten was, te bevrijden (Matth. 15:22).<blockquote>''Mt 12:22 Toen werd een bezetene bij Hem gebracht, blind en stom; en Hij genas hem, zodat de stomme sprak en zag. Mt 12:23 En alle menigten waren buiten zichzelf en zeiden: Is Deze niet de Zoon van David? (Telos)''</blockquote>'''Miskend.''' Helaas werd de Heer Jezus niet door iedereen als de Bevrijder erkend. Sommigen lasterden hem door te beweren dat hij demonen uitdreef "door de overste van de demonen" (Matth. 12: 24; Luk. 11:15)<blockquote>''Mt 12:22 Toen werd een bezetene bij Hem gebracht, blind en stom; en Hij genas hem, zodat de stomme sprak en zag. Mt 12:23  En alle menigten waren buiten zichzelf en zeiden: Is Deze niet de Zoon van David? Mt 12:24  Toen de farizeeen dit echter hoorden, zeiden zij: Deze drijft de demonen alleen maar uit door Beelzebul, de overste van de demonen.  Mt 12:25  Jezus echter kende hun gedachten en zei tot hen: Elk koninkrijk dat tegen zichzelf verdeeld is, wordt verwoest; en elke stad die of elk huis dat tegen zichzelf verdeeld is, zal niet standhouden. Mt 12:26  En als de satan de satan uitdrijft, is hij tegen zichzelf verdeeld: hoe zal zijn koninkrijk dan standhouden? Mt 12:27  En als Ik door Beelzebul de demonen uitdrijf, door wie drijven uw zonen ze uit? Daarom zullen die uw rechters zijn.  Mt 12:28  Als Ik echter door de Geest van God de demonen uitdrijf, dan is het koninkrijk van God tot u gekomen.'' (Telos)</blockquote>Zelfs zeiden velen dat Jezus zelf een demon had. <blockquote>''Joh 10:19 Er ontstond opnieuw verdeeldheid onder de Joden om deze woorden. Joh 10:20 En velen van hen zeiden: Hij heeft een demon en spreekt wartaal; waarom luistert u naar Hem?  Joh 10:21 Anderen zeiden: Dit zijn geen woorden van een bezetene; kan een demon soms ogen van blinden openen?'' (TELOS)</blockquote>
 
=== Middelen van de Heer ===
De Heer Jezus dreef de geesten uit met een woord (Matth. 8:16), door de Geest van God (Matth. 12:28) en door 'de vinger van God' (Luc. 11:20):
 
'''Woord van gezag en macht.''' De Heer is het Woord van God en zijn woord had gezag en macht (Luk. 4:32, 36). (Later zou Hij zijn apostelen 'kracht en macht' geven om demonen uit te drijven; de Heer bezat die kracht en macht reeds.). Hij dreef boze geesten uit met een woord. Hij hoefde niet allerlei rituelen uit te voeren. Een woord was voldoende. Gods woord is krachtig. <blockquote>''Mt 8:16 Toen het nu avond was geworden, brachten zij tot Hem vele bezetenen, en Hij dreef de geesten uit <u>met een woord</u> en Hij genas alle lijdenden,'' (Telos) </blockquote>Hij bevéélt ze uit te gaan (vgl. Luk. 8:29). De demonen onderwerpen zich aan Zijn gezag en macht. Dat blijkt ook hieruit, dat zij hem ''smeken'' om iets te doen of na te laten.<blockquote>''Mr 5:10  En hij zei tot Hem: Legioen is mijn naam, want wij zijn velen. En hij <u>smeekte Hem dringend</u> dat Hij hen niet buiten het land zou zenden. (...) 12 En <u>zij smeekten Hem</u> aldus: Zend ons in de varkens, opdat wij daarin gaan. 13 En Jezus liet het hun toe.'' (Telos)</blockquote>Tegenover de Heer Jezus betonen de demonen zich onderdanig, zelfs tegenover zijn uitgezonden zeventig leerlingen. Bij hun terugkeer vertellen ze: "Heer, zelfs de demonen zijn ons onderdanig in uw naam" (Luk. 10:17). Niet in hun naam, maar in Zijn naam, die gezag heeft.
 
Andere passages maken duidelijk welke woorden de Heer zoal sprak. Bijvoorbeeld tot de bezetene in Gerasa zei Hij: <blockquote>''Mark 5:8 Want Hij had tot hem gezegd: <u>Onreine geest, ga uit van deze mens!</u>'' (Telos)</blockquote>Tot de bezetene in de synagoge te Kapernaüm sprak hij (Mark. 1:25; Luk. 4:35): <blockquote>''Mr 1:21 En zij gingen Kapernaum binnen; en terstond ging Hij op de sabbat in de synagoge en leerde. Mr 1:22 En zij stonden versteld over zijn leer, want Hij leerde hen als iemand die gezag heeft, en niet als de schriftgeleerden. Mr 1:23 En terstond was er in hun synagoge een mens met een onreine geest en hij riep de woorden uit: Mr 1:24 Wat hebben wij met U te maken, Jezus, Nazarener? Bent U gekomen om ons te verderven? Ik weet Wie U bent: de Heilige van God. Mr 1:25 En Jezus bestrafte hem en zei: <u>Zwijg en ga uit van hem</u>. Mr 1:26 En de onreine geest liet hem stuiptrekken en ging met luider stem roepend van hem uit. Mr 1:27 En zij stonden allen verbaasd, zodat zij zich onder elkaar aldus afvroegen: Wat is dit? Welke nieuwe leer is dit? Want met gezag gebiedt Hij zelfs de onreine geesten en zij gehoorzamen Hem!'' (Telos)</blockquote>Bij de bevrijding van de bezeten jongen, zei Hij: <blockquote>''Mr 9:25 Toen nu Jezus zag dat een menigte kwam toelopen, bestrafte Hij de onreine geest en zei tot hem: <u>Stomme en dove geest, Ik beveel je: ga uit van hem en kom niet meer in hem!</u>'' (Telos)</blockquote>De Heer stelde soms ook een vraag. Aan de demon in de bezetene te Gerasa vroeg hij: <blockquote>''Mark. 5:9 En Hij vroeg hem: Wat is je naam? 10 En hij zei tot Hem: Legioen is mijn naam, want wij zijn velen.'' (Telos) </blockquote>De Heer ''bestrafte'' de onreine geesten met woorden (Mark. 1:25, Luk. 4:35 bezetene in de synagoge; Mark. 9:25, Matth. 17:18, Luk. 9:42 bezeten jongen; Luk. 4:41). <blockquote>''Lu 4:41  En er gingen van velen ook demonen uit, terwijl zij de woorden riepen: U bent de Zoon van God! En <u>Hij bestrafte hen</u> en liet hun niet toe te spreken, omdat zij wisten dat Hij de Christus was.'' (Telos) </blockquote><blockquote>''Mt 17:18 En <u>Jezus bestrafte hem</u>, en de demon ging van hem uit, en het kind was genezen van dat uur af.'' (Telos) </blockquote>'''De Geest van God.''' Door deze Geest dreef de Heer demonen uit. <blockquote>''Mt 12:28 Als Ik echter <u>door de Geest van God</u> de demonen uitdrijf, dan is het koninkrijk van God tot u gekomen. (TELOS)''</blockquote>Sommige tegenstanders van de Heer dichten Hem bezetenheid of macht van de duivel toe. Hij zou door de overste van de boze geesten de boze geesten uitdrijven. Anderen wezen deze verklaring en beschuldiging af en zeiden: “Dit zijn geen woorden van een bezetene; kan een demon soms ogen van blinden openen?” (Joh 10:21). De Heer gaat op de beschuldiging in:<blockquote>''Mt 12:22 Toen werd een bezetene bij Hem gebracht, blind en stom; en Hij genas hem, zodat de stomme sprak en zag. Mt 12:23 En alle menigten waren buiten zichzelf en zeiden: Is Deze niet de Zoon van David? Mt 12:24 Toen de farizeeen dit echter hoorden, zeiden zij: Deze drijft de demonen alleen maar uit door Beelzebul, de overste van de demonen. Mt 12:25 Jezus echter kende hun gedachten en zei tot hen: Elk koninkrijk dat tegen zichzelf verdeeld is, wordt verwoest; en elke stad die of elk huis dat tegen zichzelf verdeeld is, zal niet standhouden. Mt 12:26 En als de satan de satan uitdrijft, is hij tegen zichzelf verdeeld: hoe zal zijn koninkrijk dan standhouden? Mt 12:27 En als Ik door Beelzebul de demonen uitdrijf, door wie drijven uw zonen ze uit? Daarom zullen die uw rechters zijn. Mt 12:28 Als Ik echter door de Geest van God de demonen uitdrijf, dan is het koninkrijk van God tot u gekomen. Mt 12:29 Of hoe kan iemand het huis van de sterke binnengaan en zijn huisraad roven, als hij niet eerst de sterke bindt? En dan zal hij zijn huis beroven. Mt 12:30 Wie niet met Mij is, is tegen Mij, en wie niet met Mij bijeenbrengt, verstrooit. Mt 12:31 Daarom zeg Ik u: elke zonde en lastering zal de mensen worden vergeven; maar de lastering van de Geest zal niet worden vergeven. Mt 12:32 En wie een woord spreekt tegen de Zoon des mensen, het zal hem worden vergeven; maar wie tegen de Heilige Geest spreekt, het zal hem niet worden vergeven, niet in deze eeuw en niet in de toekomstige.'' (TELOS)</blockquote>'''De vinger van God.''' Jezus zei "door de vinger van God de demonen uit te drijven" (Luk. 11:20). <blockquote>''Luk. 11:20 Als Ik echter door de vinger van God de demonen uitdrijf, dan is het koninkrijk van God tot u gekomen. 21 Wanneer de sterke welbewapend zijn hofstede bewaakt, zijn zijn bezittingen in vrede. 22 Als echter iemand op hem af komt die sterker is dan hij en hem overwint, neemt die zijn hele wapenrusting waarop hij vertrouwde, en verdeelt zijn buit. 23  Wie niet met Mij is, is tegen Mij, en wie niet met Mij bijeenbrengt, verstrooit.'' (Telos)</blockquote>Een boze geest is een sterk wezen. Sommige omstanders meenden dat Jezus door de sterkste boze geest, Beëlzebul, uitdreef. Inderdaad is een sterker wezen nodig, maar de sterkere is God. En om een sterke geest uit te drijven, was niet de hele macht van God nodig. Gods vinger was voldoende. Een gering deel van Gods kracht was voldoende. De vinger van God is sterker dan de demonen. In een worstelkamp werpen de strijdende partijen hun hele lichaam, al hun spiermassa, in de strijd. Geen van de partijen zal met zijn vinger de kamp kunnen winnen. God wel.<ref>Vergelijk: wanneer de Heer Jezus terugkomt op de aarde, zal hij de Wetteloze, de mens der zonde, teniet doen door (slechts) de adem van zijn mond (2 Thess. 2).</ref>
 
=== Jezus' leerlingen ===
De Heer gaf zijn twaalf leerlingen 'kracht en macht' om onreine geesten uit te drijven:<blockquote>''Mr 6:7  En Hij riep de twaalf bij Zich en begon hen twee aan twee uit te zenden en gaf hun macht over de onreine geesten. (...) Mr 6:12 En zij vertrokken en predikten dat men zich moest bekeren, Mr 6:13 en zij dreven vele demonen uit en zalfden vele zieken met olie en genazen hen.'' (Telos)</blockquote><blockquote>''Lu 9:1 Hij nu riep de twaalf samen en gaf hun kracht en macht over alle demonen en om ziekten te genezen. Lu 9:2  En Hij zond hen uit om het koninkrijk van God te prediken en de zieken gezond te maken.'' (Telos)</blockquote>Later zal de Heer zeventig andere leerlingen twee aan twee voor Zich uitzenden en zieken te genezen en het evangelie van het Koninkrijk te prediken. Bij hun terugkeer vertellen ze: "Heer, zelfs de demonen zijn ons onderdanig in uw naam" (Luk. 10:17). Niet in hun naam, maar in Zijn naam, die gezag heeft. <blockquote>''Lu 10:17 De twee en zeventig nu keerden terug met blijdschap en zeiden: Heer, zelfs de demonen zijn ons onderdanig in uw naam. Lu 10:18  Hij nu zei tot hen: Ik zag de satan als een bliksem uit de hemel vallen. Lu 10:19  Zie, Ik heb u de macht gegeven op slangen en schorpioenen te treden en over alle kracht van de vijand, en niets zal u enige schade toebrengen. Lu 10:20  Evenwel, verblijdt u niet hierover dat de geesten u onderdanig zijn, maar verblijdt u dat uw namen staan ingeschreven in de hemelen. Lu 10:20  Evenwel, verblijdt u niet hierover dat de geesten u onderdanig zijn, maar verblijdt u dat uw namen staan ingeschreven in de hemelen. Lu 10:21  Op dat ogenblik verheugde Jezus Zich in de Heilige Geest en zei: Ik prijs U, Vader, Heer van de hemel en van de aarde, dat U deze dingen voor wijzen en verstandigen hebt verborgen, en ze aan kleine kinderen hebt geopenbaard. Ja Vader, want zo is het een welbehagen geweest voor U.'' (Telos)</blockquote>
 
=== De bevrijde ===
Cookies helpen ons onze services aan te bieden. Door onze services te gebruiken stemt u in met het gebruik van onze cookies.