Naar inhoud springen

Jeremia (boek): verschil tussen versies

193 bytes toegevoegd ,  2 jaar geleden
k
Regel 6:
 
== Misstanden in Juda ==
In het boek worden tal van misstanden in Juda aan de kaak gesteld. Een belangrijke is die van afgoderij. De Judeeërs hadden lief, dienden, wandelden na, zochten, bogen zich neer voor de zon, de maan en de sterren (Jer. 8:2). Zo werd helaasonder meer de Babylonisch-Assyrische godin Isjtar vereerd. Zelfs droegen hele gezinnen hun steentje bij. Tot Jeremia zei God: <blockquote>''Jer 7:17  Ziet gij niet wat zij doen in de steden van Juda en op de straten van Jeruzalem?  Jer 7:18  De kinderen rapen hout, de vaders steken vuur aan en de vrouwen kneden deeg om offerkoeken te maken voor de koningin des hemels en zij brengen plengoffers aan andere goden teneinde Mij te krenken. Jer 7:19  Ben Ik het, die zij krenken? luidt het woord des HEREN. Doen zij het zichzelf niet, tot beschaming van hun aangezicht? Jer 7:20  Daarom, zo zegt de Here HERE: Zie, mijn grimmige toorn giet zich uit te dezer plaatse over mens en dier, over het geboomte des velds en de vrucht van de bodem, en brandt zonder geblust te worden.'' (NBG51)</blockquote>In het huis van God had men afgodsbeelden - verfoeiselen in de ogen van God - geplaatst. <blockquote>''Jer 7:30  Want de kinderen van Juda hebben gedaan, dat kwaad is in Mijn ogen, spreekt de HEERE; zij hebben hun verfoeiselen gesteld in het huis, dat naar Mijn Naam genoemd is, om dat te verontreinigen.'' (SV)</blockquote>Ten zuiden van Jeruzalem, in het dal Ben-Hinnom, lieten Judeeërs hun kinderen levend doorverbranden, hetwaardoor vuurze in dat 'moorddal' (Jer. 7:32) gaanomkwamen. <blockquote>''Jer 7:31  En zij hebben de hoogten van Tofet gebouwd, die in het dal Ben-Hinnom zijn, om hun zonen en hun dochters in het vuur te verbranden. Dat heb Ik niet geboden en is niet in Mijn hart opgekomen.'' (HSV)</blockquote>
 
== Indeling ==
Cookies helpen ons onze services aan te bieden. Door onze services te gebruiken stemt u in met het gebruik van onze cookies.