Naar inhoud springen

Priester: verschil tussen versies

673 bytes toegevoegd ,  2 jaar geleden
k
geen bewerkingssamenvatting
kGeen bewerkingssamenvatting
kGeen bewerkingssamenvatting
 
Regel 17:
 
=== Zonen van Aäron ===
[[Bestand:Then the priests arose and blessed.jpg|miniatuur|595x595px|''2Kr 30:27  Toen stonden de Levitische priesters op en zegenden het volk. En hun stem werd gehoord, want hun gebed kwam tot in Zijn heilige woning in de hemel.'' (HSV)]]
Alle mannelijke nakomelingen van Aäron waren '''priesters'''. De eerstgeborene van de oudste familietak was altijd Hogepriester, indien hij geen lichamelijk gebrek had, want de Hogepriester moest geheel zonder lichaamsgebreken zijn. Alle andere nakomelingen van Aäron bekleden het priesterambt, met uitzondering van hen die lichaamsgebreken hadden; deze laatsten deelden wel in de opbrengst van het altaar, maar mochten de priesterdienst zelf niet verrichten.
 
Regel 43 ⟶ 44:
 
=== Vereiste hoedanigheid ===
[[Bestand:The art Bible, comprising the Old and new Testaments - with numerous illustrations (1896) (14802703783).jpg|miniatuur|549x549px|Ezr 3:10  En de bouwers legden de fundering van de tempel van de HEERE, en men stelde de priesters op, gekleed [in ambtsgewaad], met de trompetten, en de Levieten, de nakomelingen van Asaf, met de cimbalen, om de HEERE te prijzen, naar de richtlijnen van David, de koning van Israël. (HSV)]]
Een priester mocht niet huwen met een verstotene of onteerde; alleen de lijken van zijn nabestaanden mocht hij aanraken; tekenen van rouw te dragen was hem verboden. Om zijn dienst in het Heiligdom te kunnen verrichten moest de Priester levitisch rein zijn, en zich onthouden van wijn en sterke dranken.
 
Cookies helpen ons onze services aan te bieden. Door onze services te gebruiken stemt u in met het gebruik van onze cookies.