Boaz: verschil tussen versies
geen bewerkingssamenvatting
Geen bewerkingssamenvatting |
Geen bewerkingssamenvatting |
||
Regel 1:
'''Boaz''' of ''Boöz'' was de tweede man van [[Ruth (persoon)|Ruth]] de Moabietische en de overgrootvader van David.
De betekenis van de naam is onzeker, misschien 'in hem is sterkte'<ref>''Hebraisch-Deutsch Strong Lexikon'', editie 2015. Onderdeel van de Online Bible (Importantia)</ref> of 'snelheid<ref>''Hebreeuws-Nederlands Lexicon'', onderdeel van de Online Bible, een uitgave van Importantia.
Boaz was uit de stam van Juda, een rijk man, te Bethlehem woonachtig. Hij was uit het geslacht van [[Elimelech]], de man van [[Naomi]]. Hij was dus ook een bloedverwant van de [[Machlon]], de zoon van Elimelech en de eerste man van Ruth.
Door zijn huwelijk met Ruth werd Boaz de overgrootvader van David. Obed immers, de zoon van Boaz en Ruth, was de vader van Isaï, en de grootvader dus van David.<br><br>
▲Boaz was uit de stam van Juda, een rijk man, te Bethlehem woonachtig. Hij was uit het geslacht van [[Elimelech]], de man van [[Naomi]]. Hij was dus ook een bloedverwant van de [[Machlon]], de zoon van Elimelech en de eerste man van Ruth. <blockquote>''Ru 2:1 Nu had Naomi een bloedverwant van de kant van haar man, een zeer vermogend man, uit het geslacht van Elimelech, en zijn naam was Boaz. (HSV)''</blockquote>Hij werd de losser van Ruth, de weduwe van Chiljon en de schoondochter van Naomi. Door zijn huwelijk met Ruth werd hij de overgrootvader van David. Obed immers, de zoon van Boaz en Ruth, was de vader van Isaï, en de grootvader dus van David.<br><br>
{{Stamboom Boaz}}
Regel 18 ⟶ 12:
== Tempelpilaar ==
Boaz was ook de naam van een der beide pilaren bij de ingang van de tempel van Salomo: van de linker bronzen pilaar. De pilaren waren 18 ellen hoog.
== Bron ==
| |||