Boaz: verschil tussen versies
geen bewerkingssamenvatting
Geen bewerkingssamenvatting |
Geen bewerkingssamenvatting |
||
Regel 1:
'''Boaz''' ('in hem is sterkte') of ''Boöz'' was de tweede man van [[Ruth (persoon)|Ruth]] de Moabietische en de overgrootvader van David. Ook een van de beide pilaren bij de ingang van de tempel gebouwd door Salomo heette Boaz.
De betekenis van de naam is onzeker, misschien 'in hem is sterkte'<ref>''Hebraisch-Deutsch Strong Lexikon'', editie 2015. Onderdeel van de Online Bible (Importantia). Daar de naam 'Boaz' ook aan een tempelpilaar werd gegeven, is de betekenis 'in hem is sterkte' waarschijnlijker dan 'snelheid'. </ref> of 'snelheid<ref>''Hebreeuws-Nederlands Lexicon'', onderdeel van de Online Bible, een uitgave van Importantia. Ook ''Hebraisch-Deutsch Strong Lexikon'' (Online Bible, editie 2015) noemt deze betekenis.</ref>'. De Hebreeuwse naam is בעז, Boaz (klemtoon op de tweede lettergreep). Het Strongnummer is 01162. De naam komt 24x voor in het Oude Testament.
Boaz was uit de stam van Juda, een rijk man, te Bethlehem woonachtig. Hij was uit het geslacht van [[Elimelech]], de man van [[Naomi]]. Hij was dus ook een bloedverwant van de [[Machlon]], de zoon van Elimelech en de eerste man van Ruth.<blockquote>''Ru 2:1 Nu had Naomi een bloedverwant van de kant van haar man, een zeer vermogend man, uit het geslacht van Elimelech, en zijn naam was Boaz. (HSV)''</blockquote>Hij werd de losser van Ruth. Zij was de weduwe van Chiljon en de schoondochter van Naomi. Zij was met schoonmoeder meegegaan naar Bethlehem-Juda. Daar ontmoette zij Boaz, die haar tot vrouw nam.
| |||