Naar inhoud springen

Reus: verschil tussen versies

1.777 bytes toegevoegd ,  10 maanden geleden
k
geen bewerkingssamenvatting
kGeen bewerkingssamenvatting
Regel 3:
De langste persoon op aarde is (anno 2014) de Turk Sultan Kösen. Hij is 2,51 meter lang en heeft schoenmaat 60. De grootste persoon van de 20<sup>e</sup> eeuw was de Amerikaan Robert Wadlow, die werd in 1940 opgemeten en was toen 2,72 meter lang. Het grootste tienermeisje ter wereld (anno 2014) is de 17-jarige Turkse meisje Rumeysa Gelgiis, die 2,14 meter lang is. Ze lijdt aan het Weaver-syndroom, een aangeboren aandoening, waardoor zij sneller groeit en afwijkingen aan het skelet heeft.<ref>[http://www.refdag.nl/nieuws/buitenland/turkse_is_officieel_grootste_tienermeisje_ter_wereld_met_video_1_840973 Turkse is officieel grootste tienermeisje ter wereld (video)], nieuwsbericht op RefDag.nl, 11 juli 2014.</ref>
 
In de Bijbel is het woord ''reuzen'' gewoonlijk de vertaling van de naam ''Refaïm.'' Davids mannen versloegen vier van hen. Ze waren nakomelingen van Rafa te Gath (2 Sam. 21:22). David versloeg eerder de reus [[Goliath]]. En zijn mannen, in het begin van Davids regering, versloegen de reuzen Isbi Benob, Saf, Beth-halachmi en een vierde wiens naam niet genoemd wordt (2 Sam. 21:15-22). <blockquote>''2 Sam. 21:15 Voorts hadden de Filistijnen nog een krijg tegen Israël. En David toog af, en zijn knechten met hem, en streden tegen de Filistijnen, dat David moede werd. 16  En Isbi Benob, die van de kinderen van Rafa was, en het gewicht zijner spies driehonderd gewicht kopers, en hij was aangegord met een nieuw [zwaard]; deze dacht David te slaan. 17  Maar Abisai, de zoon van Zeruja, hielp hem, en sloeg den Filistijn, en doodde hem. Toen zwoeren hem de mannen van David, zeggende: Gij zult niet meer met ons uittrekken ten strijde, opdat gij de lamp van Israël niet uitblust. 18  En het geschiedde daarna, dat er wederom een krijg was te Gob tegen de Filistijnen. Toen sloeg Sibbechai, de Husathiet, Saf, die van de kinderen van Rafa was. 19  Voorts was er nog een krijg te Gob tegen de Filistijnen; en Elhanan, de zoon van Jaare-oregim, sloeg Beth-halachmi, [dewelke] [was] met Goliath, den Gethiet, wiens spiesenhout was als een weversboom. 20  Nog was er ook een krijg te Gath; en er was een zeer lang man, die zes vingeren had aan zijn handen, en zes tenen aan zijn voeten, vier en twintig in getal, en deze was ook aan Rafa geboren. 21  En hij hoonde Israël; maar Jonathan, de zoon van Simea, Davids broeder, sloeg hem. 22  Deze vier waren aan Rafa geboren te Gath; en zij vielen door de hand van David, en door de hand zijner knechten.'' (SV)</blockquote>'''Nephilim.''' Behalve van deze Refaïm of [[Refaïeten]] en Enakskinderen of [[Enakieten]], wier nakomelingen nog in Davids tijd bestonden, spreekt de Heilige Schrift van een tot de oertijd behorend reuzen- en heldengeslacht, de Nephilim, "de zonen Gods", dat zijn de engelen die tegen Gods wil huwden met de dochters der mensen en die, had God het niet verhinderd, waren blijven voortbestaan (Gen. 6: 4).
In de Bijbel is het woord ''reuzen'' gewoonlijk de vertaling van de naam ''Refaïm.'' Behalve van deze Refaïm of [[Refaïeten]] en Enakskinderen of [[Enakieten]], wier nakomelingen nog in Davids tijd bestonden, spreekt de Heilige Schrift van een tot de oertijd behorend reuzen- en heldengeslacht, de [[Nephilim]], "de zonen Gods", dat zijn de engelen die tegen Gods wil huwden met de dochters der mensen en die, had God het niet verhinderd, waren blijven voortbestaan (Gen. 6: 4). Hoewel tot uitsterven gedoemd en niettegenstaande de zondvloed was tussengetreden, worden de Enakskinderen nog door de verspieders in Kanaän (te Hebron) aangetroffen en worden, als verwant aan het geslacht der Nephilim, vermeld in Num. 13: 33. Uit deze plaats blijkt tevens, dat er een genealogisch verband bestond tussen de reuzen van de oertijd en de reusachtige oerbevolking van Kanaän.
 
In de Bijbel is het woord ''reuzen'' gewoonlijk de vertaling van de naam ''Refaïm.'' Behalve van deze Refaïm of [[Refaïeten]] en Enakskinderen of [[Enakieten]], wier nakomelingen nog in Davids tijd bestonden, spreekt de Heilige Schrift van een tot de oertijd behorend reuzen- en heldengeslacht, de [[Nephilim]], "de zonen Gods", dat zijn de engelen die tegen Gods wil huwden met de dochters der mensen en die, had God het niet verhinderd, waren blijven voortbestaan (Gen. 6: 4). Hoewel tot uitsterven gedoemd en niettegenstaande de zondvloed was tussengetreden, worden de Enakskinderen nog door de verspieders in Kanaän (te Hebron) aangetroffen en worden, als verwant aan het geslacht der Nephilim, vermeld in Num. 13: 33. Uit deze plaats blijkt tevens, dat er een genealogisch verband bestond tussen de reuzen van de oertijd en de reusachtige oerbevolking van Kanaän.
 
Zie [[Nephilim]] voor het hoofdartikel over de reuzen van de oertijd.
 
== Wapenrusting ==
Cookies helpen ons onze services aan te bieden. Door onze services te gebruiken stemt u in met het gebruik van onze cookies.