Naar inhoud springen

Antiochus IV Epifanes: verschil tussen versies

1.250 bytes toegevoegd ,  10 maanden geleden
k
geen bewerkingssamenvatting
kGeen bewerkingssamenvatting
kGeen bewerkingssamenvatting
Regel 1:
[[Bestand:Antiochus IV Epiphanes - Altes Museum - Berlin - Germany 2017.jpg|miniatuur|Beeld van het hoofd van Antiochus IV]]
'''Antiochus IV Epifanes''', of korter, ''Antiochus IV'' of ''Antiochus Epifanes,'' (ca. 215-164 v.Chr.) was van 175 – 164 v.Chr. koning van het Grieks-Syrische rijk, het rijk van de hellenistische [[Seleucidische rijk|Seleuciden]].  In [[Daniël (profeet)|Daniëls]] gezicht van de ram en de geitebok (Dan. 8; ca. 550 v.C.) wordt hij voorgesteld als een kleine hoorn die zich groot maakt, Gods volk verdrukt, de tempel ontheiligt en de geopenbaarde waarheid neerwerpt. Onder de Seulicidische vorst brak de Makkabese opstand uit, daar hij zich bij de [[joden]] gehaat had gemaakt door in te grijpen in hun godsdienstig leven en te eisen dat zij aan de god Baäl Hasjamaïm (het Syrische equivalent van de Griekse oppergod Zeus), zouden offeren.
'''Naam.''' Spreek de naam uit met klemtoon op ''ti'' in An<u>ti</u>ochus en op ''pi'' in E<u>pi</u>fanes. Zijn eigenlijke was ''Mitrades''. Zijn bijnaam ''Epifanes'', ook gespeld ''Epiphanes'' - in het Grieks ἐπιφανής , ''epiphanès -'' betekent ''verschenen [God].'' De titel was door hemzelf aangenomen en liet hij op zijn munten zetten.[[Bestand:Antiochos IV Epiphanes.jpg|miniatuur|626x626px607x607px|Munt met op de voorkant het hoofd van Antiochus Epifanes en op de achterkant de Griekse hoofdgod Zeus gezeten op de troon. Grieks opschrift: "ΒΑΣΙΛΕΩΣ ΑΝΤΙΟΧΟΥ ΘΕΟΥ ΕΠΙΦΑΝΟΥ ΝΙΚΗΦΟΡΟΥ", d.w.z. "Koning Antiochus, de verschijnende god, de overwinnaar."|geen]]'''Afkomst.''' Hij was de zoon van koning Antiochus III de Grote, en de broer van Seleucus IV Philopator. Zijn moeder was Laodice III.
'''Naam.''' Spreek de naam uit met klemtoon op ''ti'' in An<u>ti</u>ochus en op ''pi'' in E<u>pi</u>fanes. Zijn eigenlijke was ''Mitrades''. Zijn bijnaam ''Epifanes'', ook gespeld ''Epiphanes'' - in het Grieks ἐπιφανής , ''epiphanès -'' betekent ''verschenen [God].'' 
 
'''Karakter.''' Antiochus IV was excentriek, onbetrouwbaar en wreed, een tiran.
Hij was de zoon van koning Antiochus III de Grote, en de broer van Seleucus IV Philopator. Zijn moeder was Laodice III.
 
'''Zijn gebied.''' Het gebied van de Seleuciden was voortgekomen uit het Grieks-Macedonische rijk en besloeg in Antiochus' tijd een groot gebied van het Midden-Oosten, met als kerngebied het huidige Syrië. Ook het land van Israël, de Libanon en delen van het huidige Irak maakten deel uit van zijn rijk. De Seleuciden bezetten het land Israël in 198 v.C. na een overwinning op de Ptolemeeën.
 
'''Ptolemaeën.''' Van 170 tot 168 voerde Antiochus strijd tegen de rivaliserende Ptolemaeën in Egypte, die hij bijna wist te verslaan. Ingrijpen van de Romeinen, die met hun vloot naar Alexandrië waren overgestoken, dwong Antiochus echter onverrichter zake terug te keren naar Syrië.
[[Bestand:Antiochus-IV campagnes tegen Egypte Access-Foundation.jpg|gecentreerd|miniatuur|1024x1024px|''Campagnes van Antiochus IV tegen Egypte'' ]]
 
'''Religieuze vergrieksing.''' Antiochus Epifanes had zich vast voorgenomen om in zijn gehele rijk, waartoe ook het land van Israël behoorde, de dienst van de god ''Baäl Hasjamaïm'' (het Syrische equivalent van de Griekse oppergod [[Zeus]]) in te voeren; en daar hij zichzelf met deze Godgod identificeerde, wilde hij daardoor zijn eigen aanbidding algemeen maken. Alle andere godsdiensten zocht hij met fanatieke, dikwijls aan waanzin grenzende ijver uit te roeien. Zo schafte hij ook de godsdienst te Jeruzalem af, en voerde daardoor de afgodendienst in.
 
HijIn beval167 omvaardigde hethij altaarstrenge vandecreten deuit god ''Baältegen Hasjamaïm'' (het SyrischeJoodse equivalentvolk. vanHij zette de GriekseJoodse oppergodwetten Zeus) op te zettenopzij in deJudea, joodseniet tempelalleen tein Jeruzalem. InHij 167verbood vaardigdeonder hijmeer, strengeop decretenstraffe uitdes tegen het Joodse volk. Hij verbood onder meerdoods, de besnijdenis en het houden van de sabbat. Hij dwong Joden varkensvlees te eten, dat onrein is volgens de wet van Mozes. Hun recht om te leven volgens de wetten van hun voorouders werd ingetrokken. DeNiemand aanbiddingmocht vaneen Godkopie invan de tempelHeilige teSchrift Jeruzalem werd afgeschaft en er kwamhebben, een heidenseverbod afgodendienstop voorstraffe in dedes plaatsdoods.
 
Hij dwong de joden de afgoden te offeren op straffe van de dood bij nalatigheid. De aanbidding van God in de tempel te Jeruzalem werd afgeschaft en er kwam een heidense afgodendienst voor in de plaats. Hij beval om het altaar van ''Baäl Hasjamaïm'' op te zetten in de joodse tempel te Jeruzalem, op het brandofferaltaar. Hij plaatste er een afgodsbeeld van Zeus, een beeld dat door Daniël een gruwel wordt genoemd die verwoesting brengt.
Deze helleniserende onderneming was des te gevaarlijker, daar hem in Israël zelf een heidensgezinde richting, een helleniserende partij tegemoet kwam. Van Antiochus Epifanes dreigden dus het heilige volk en de geopenbaarde godsdienst zelfs het bestaan van een Godsrijk op aarde de allergrootste gevaren.
 
Hij nam de kostbaarheden weg en de vaten, ook de tafel der toonbroden.
Van alles wat Israël tot de komst van Christus van de macht der wereld zou lijden, is niets te vergelijken bij hetgeen Antiochus Epifanes het volk deed ondervinden. Alle vroegere wereldrijken, aan welke Israël schatplichtig was, hadden het hun godsdienstige vrijheid doen behouden, ja hen daarin zelfs beschermd en geëerd. Zo handelde Nebukadnezar (Dan. 4:31 vv), Darius de Meder (Dan. 6:27), Cyrus (Ezra 1:2 vv.), Artaxerxes Longimanus (Ezra 7:12 vv.). En zo volgens Josefus, ook Alexander de Grote. Op Antiochus moest dus lang tevoren door de profetie bijzonder worden gewezen, opdat het volk tegen zijn verleidingsvermogen en zijn aanvallen gewapend zou zijn.
 
Deze helleniserende (vergrieksende) onderneming was des te gevaarlijker, daar hem in Israël zelf een heidensgezinde richting, een helleniserende partij tegemoet kwam. Van Antiochus Epifanes dreigden dus het heilige volk en de geopenbaarde godsdienst, zelfs het bestaan van een Godsrijk op aarde, de allergrootste gevaren.
Degenen die zich tegen Antiochus' decreten verzetten, werden wreed gestraft door de Seleucidische soldaten. De decreten maakten de Joden woedend. Toen de afgod in de tempel te Jeruzalem geplaatst was, kwamen de Joden tegen deze ontheiliging van Gods huis in opstand. De Joodse priester Mattathias en zijn zoon Judas Makkabeüs leidden de furieuze joden in hun opstand tegen de Seleuciden.
 
Van alles wat Israël tot de komst van Christus van de macht der wereld zou lijden, is niets te vergelijken bij hetgeen Antiochus Epifanes het volk deed ondervinden. Alle vroegere wereldrijken, aan welke Israël schatplichtig was, hadden het hun godsdienstige vrijheid doen behouden, ja hen daarin zelfs beschermd en geëerd. Zo handelde Nebukadnezar (Dan. 4:31 vv), Darius de Meder (Dan. 6:27), Cyrus (Ezra 1:2 vv.), Artaxerxes Longimanus (Ezra 7:12 vv.). En zo volgens Josefus, ook Alexander de Grote. Op Antiochus moest dus lang tevoren door de profetie van Daniël bijzonder worden gewezen, opdat het volk tegen zijn verleidingsvermogen en zijn aanvallen gewapend zou zijn.
Antiochus, woedend over het verzet van de joden, voerde persoonlijk zijn leger aan en liet duizenden joden ombrengen. Om zijn wreedheid noemden de joden hem al gauw Antiochus ''Epimanes'' (grieks voor ''de gek'').
 
'''Joods verzet.''' Degenen die zich tegen Antiochus' decreten verzetten, werden wreed gestraft door de Seleucidische soldaten. De decreten maakten de Joden woedend. Toen de afgod in de tempel te Jeruzalem geplaatst was, kwamen de Joden tegen deze ontheiliging van Gods huis in opstand. De oude Joodse priester Mattathias en zijn zoon Judas Makkabeüs leidden de furieuze joden in hun opstand tegen de Seleuciden. Mattathias doodde de eerste Jood die het heidense altaar naderde.
Tijdens het hoogtepunt van de strijd van de Joden overleed Antiochus, op campagne elders, aan een ziekte of een andere oorzaak. Judas de Makkabeeër sneuvelde in de strijd, maar zijn broer Simon wist, zo'n twee decennia na de dood van Antiochus IV, uiteindelijk onafhankelijkheid voor de Joodse staat te verkrijgen. Hij stichtte de Hasmonese dynastie, die tot 63 v.Chr. in Judea aan de macht zou blijven.
 
Antiochus, woedend over het verzet van de joden, voerde persoonlijk zijn leger aan en liet duizenden joden ombrengen. Ook werden ‘overtreders’ gekruisigd. Om zijn wreedheid noemden de joden hem al gauw Antiochus ''Epimanes'' (grieksGrieks voor ''de gek'').
 
De Makkabeeën, zoals de verzetsbeweging wordt genoemd, versloegen de veel sterkere Syrische legers, heroverden Jeruzalem, en wijdden de tempel opnieuw in. Deze 'tempelvernieuwing', die precies 3 jaar na de ontwijding plaatsvond, wordt herdacht met het Joodse feest [[Chanoekafeest|Chanoeka]]. Vergelijk John 10:22.  
 
'''Dood van Antiochus.''' Tijdens het hoogtepunt van de strijd van de Joden overleed Antiochus, op campagne elders, aan een ziekte of een andere oorzaak. Judas de Makkabeeër sneuvelde in de strijd, maar zijn broer Simon wist, zo'n twee decennia na de dood van Antiochus IV, uiteindelijk onafhankelijkheid voor de Joodse staat te verkrijgen. Hij stichtte de Hasmonese dynastie, die tot 63 v.Chr. in Judea aan de macht zou blijven.
 
Na de dood van Antiochus IV werd het Grieks-Syrische rijk van de Seleuciden lange tijd door interne twisten verscheurd. Deze verdeeldheid is mogelijk een verklaring van de uiteindelijk geslaagde opstand van de joden.
Cookies helpen ons onze services aan te bieden. Door onze services te gebruiken stemt u in met het gebruik van onze cookies.