Romeinen 9: verschil tussen versies
k
geen bewerkingssamenvatting
k (→3) |
kGeen bewerkingssamenvatting |
||
Regel 1:
{{Bijbelhoofdstukcommentaar|Bijbelboektitel=de Brief van Paulus aan de Romeinen|Bijbelboekpagina=Brief van Paulus aan de Romeinen|Bijbelboek=Romeinen|Aantalhoofdstukken=16|Aantalverzen=33}}
== Samenvatting ==
Romeinen 9:2 dat ik grote droefheid heb en een onophoudelijke smart in mijn hart. (Telos)
Paulus kende blijdschap èn droefheid.
== 3 ==
Ro 9:3 Want zelf heb ik gewenst door een vloek gescheiden te zijn van Christus ter wille van mijn broeders, mijn verwanten naar het vlees. (Telos)
'''Heb ik gewenst.'''<blockquote>''Ro 10:1 Broeders, de wens van mijn hart en mijn gebed voor hen tot God is, dat zij behouden worden.'' (Telos)</blockquote>'''Door een vloek gescheiden te zijn van Christus ter wille van mijn broeders.''' Dat Paulus de vloek, en zij de zegen van Christus zouden ontvangen. Dat doet denken aan plaatsvervanging. Vergelijk:<blockquote>{{Bijbelvers|HoofdstukNaam=Filemon|VersNummer=18}}</blockquote>Mozes zocht bij God verzoening voor de grote zonde van het volk (afgoderij met het gouden kalf):<blockquote>''Ex 32:32 Nu dan, indien Gij hun zonden vergeven zult! doch zo niet, zo delg mij nu uit Uw boek, hetwelk Gij geschreven hebt.'' (SV)</blockquote>
== 4 ==
Ro 9:4 Israëlieten zijn zij, van hen is het zoonschap, de heerlijkheid, de verbonden, de wetgeving, de dienst en de beloften; (Telos)
'''Van hen is het zoonschap'''. Het zoonschap is hier de staat (positie) van een zoon<ref>''Het Nieuwe Testament; herziene Voorhoeve-uitgave'' (Vaassen: uitgeverij H. Medema, 1982), voetnoot dit vers. </ref>. De Israëlieten waren geroepen zonen van God te zijn. Zoonschap op grond van roeping. Vergelijk: <blockquote>''2Co 6:18 en Ik zal u aannemen; en Ik zal u tot Vader zijn, en u zult Mij tot zonen en dochters zijn, zegt de Heer, de Almachtige’.'' (Telos) </blockquote><blockquote>''Ro 9:8 dat is: niet de kinderen van het vlees zijn <u>kinderen van God</u>, maar de kinderen van de belofte worden als nageslacht gerekend. (Telos)''</blockquote>Israël, gezamenlijk, wordt door God genoemd 'Mijn zoon'. <blockquote>''Ex 4:22 Dan zult gij tot Farao zeggen: Alzo zegt de HEERE: Mijn zoon, Mijn eerstgeborene, is Israël. Ex 4:23 En Ik heb tot u gezegd: Laat Mijn zoon trekken, dat hij Mij diene! maar gij hebt geweigerd hem te laten trekken; zie, Ik zal uw zoon, uw eerstgeborene doden! (SV)''</blockquote><blockquote>''Hos 11:1 Als Israël een kind was, toen heb Ik hem liefgehad, en Ik heb Mijn zoon uit Egypte geroepen. (SV)''</blockquote>God is de Vader van het volk Israël. <blockquote>''De 32:6 Zult gij dit den HEERE vergelden, gij, dwaas en onwijs volk! Is Hij niet uw Vader, Die u verkregen, Die u gemaakt en u bevestigd heeft?'' (SV)</blockquote>De Israëlieten, afzonderlijk, zijn kinderen van Jahweh.<blockquote>''De 14:1 Gijlieden zijt kinderen des HEEREN, uws Gods; gij zult uzelven niet snijden, noch kaalheid maken tussen uw ogen, over een dode. (SV)''</blockquote>Eens zullen de Israëlieten, bekeerd zijnde, weer genoemd worden 'kinderen van de levende God'. <blockquote>''Hos 1:10 Nochtans zal het getal der kinderen Israëls zijn als het zand der zee, dat niet gemeten noch geteld kan worden; en het zal geschieden dat ter plaatse, waar tot hen gezegd zal zijn: Gijlieden zijt Mijn volk niet; tot hen gezegd zal worden: Gij zijt <u>kinderen des levenden Gods</u>. (SV)''</blockquote><blockquote>''Ro 9:24 Ons die Hij ook heeft geroepen, niet alleen uit de Joden, maar ook uit de volken? Ro 9:25 Zoals Hij ook in Hosea zegt: ‘Ik zal niet-mijn-volk mijn volk noemen, en de niet-geliefde geliefde’. Ro 9:26 ‘En het zal zijn op de plaats waar tot hen gezegd werd: U bent mijn volk niet, daar zullen zij <u>zonen van de levende God</u> worden genoemd’. Ro 9:27 En Jesaja roept over Israel uit: ‘Al was het getal van de zonen van Israel als het zand van de zee, het overblijfsel zal behouden worden. (Telos)''</blockquote>'''De heerlijkheid'''. De heerlijkheid van God die in hun midden was en in het verschiet opnieuw zal wezen. <blockquote>''Ps 63:2 Zo heb ik U in het heiligdom aanschouwd, ziende uw sterkte en uw heerlijkheid. (NBG51)''</blockquote>'''De verbonden.'''<blockquote>''Efe 2:12 dat u in die tijd zonder Christus was, vreemd aan het burgerschap van Israël en vreemdelingen van de verbonden der belofte, terwijl u geen hoop had en zonder God was in de wereld.'' (Telos) </blockquote>'''De dienst.''' De dienst der offeranden.
'''De beloften.'''<blockquote>''Efe 2:12 dat u in die tijd zonder Christus was, vreemd aan het burgerschap van
== 5 ==
Ro 9:5 tot hen behoren de vaderen, en uit hen is naar [het] vlees de Christus, die over alles God is, gezegend tot in eeuwigheid. Amen. (CP<ref name=":1">Hertaling of vertaling door Christipedia, uitgaande van de [[Telos-vertaling]]. </ref>)▼
'''Die over alles God is.''' [[Telos-vertaling]]: "die God is over alles".
'''De vaderen.''' [[Abraham]], [[Isaak]] en [[Jakob]].
''Ro 9:24 Ons die Hij ook heeft geroepen, niet alleen uit de Joden, maar ook uit de volken? Ro 9:25 Zoals Hij ook in Hosea zegt: ‘Ik zal niet-mijn-volk mijn volk noemen, en de niet-geliefde geliefde’. Ro 9:26 ‘En het zal zijn op de plaats waar tot hen gezegd werd: U bent mijn volk niet, daar zullen zij <u>zonen van de levende God</u> worden genoemd’. Ro 9:27 En Jesaja roept over Israel uit: ‘Al was het getal van de zonen van Israel als het zand van de zee, het overblijfsel zal behouden worden. (Telos)''▼
▲''Efe 2:12 dat u in die tijd zonder Christus was, vreemd aan het burgerschap van Israel en vreemdelingen van de verbonden der belofte, terwijl u geen hoop had en zonder God was in de wereld.'' (Telos)
▲== 5 ==
▲ Ro 9:5 tot hen behoren de vaderen, en uit hen is naar het vlees de Christus, die over alles God is, gezegend tot in eeuwigheid. Amen. (CP<ref name=":1">Hertaling of vertaling door Christipedia, uitgaande van de [[Telos-vertaling]]. </ref>)
'''Die over alles God is'''. Over alles of over allen. Indien 'allen', kan dit verwijzen naar de Israëlieten. De Heer Jezus is immers de God van Israël. Onze Heer is mens èn God. Over zijn Godheid → [[Godheid van Jezus Christus]].
Regel 56 ⟶ 30:
'''Vervallen zou zijn'''. Alsof het woord van God was 'uitgevallen' (Statenvertaling), alsof wat in het Oude Testament staat en waarbij God aan Israël als volk de eeuwige zaligheid en verlossing in Christus beloofd heeft, onvervuld zou blijven en teniet gedaan zou zijn.<ref>Karl August Dächsel; F. P. L. C. van Lingen; H. van Griethuijsen, Antz. et al, ''Bijbel, of De geheele Heilige Schrift, bevattende al de kanonieke boeken van het Oude en Nieuwe Testament (volgens de Staten-overzetting) : met in den tekst ingelaschte verklaringen en aanmerkingen van de beroemdste godgeleerden uit alle tijden'' (Kampen: Bos, 1893-1901). Enige tekst van het commentaar op dit vers is onder wijziging verwerkt. </ref>
'''Niet allen zijn Israël'''. Ware Israëlieten, die 'kinderen van God' (vers 8) zijn, door Hem geroepen (vgl. vers 11), het overblijfsel (vers 29). Vgl. vers 9:7. <blockquote>''Ga 6:16 En allen die naar deze regel zullen wandelen, vrede en barmhartigheid zij over hen en over <u>het Israël van God</u>.'' (Telos) </blockquote><blockquote>''Ro 9:24 Ons die Hij ook heeft geroepen, niet alleen uit de Joden, maar ook uit de volken? Ro 9:25 Zoals Hij ook in Hosea zegt: ‘Ik zal niet-mijn-volk <u>mijn volk</u> noemen, en de niet-geliefde geliefde’. Ro 9:26 ‘En het zal zijn op de plaats waar tot hen gezegd werd: U bent mijn volk niet, daar zullen zij zonen van de levende God worden genoemd’. Ro 9:27 En Jesaja roept over Israel uit: ‘Al was het getal van de zonen van Israel als het zand van de zee, het overblijfsel zal behouden worden. (Telos)''</blockquote>'''Die uit Israël zijn'''. Die naar het vlees uit Israël zijn, nakomelingen van Jakob zijn. ▼
▲''Ro 9:24 Ons die Hij ook heeft geroepen, niet alleen uit de Joden, maar ook uit de volken? Ro 9:25 Zoals Hij ook in Hosea zegt: ‘Ik zal niet-mijn-volk mijn volk noemen, en de niet-geliefde geliefde’. Ro 9:26 ‘En het zal zijn op de plaats waar tot hen gezegd werd: U bent mijn volk niet, daar zullen zij zonen van de levende God worden genoemd’. Ro 9:27 En Jesaja roept over Israel uit: ‘Al was het getal van de zonen van Israel als het zand van de zee, het overblijfsel zal behouden worden. (Telos)''
== 7 ==
Regel 72 ⟶ 40:
== 8 ==
Ro 9:8 dat is: niet de kinderen van het vlees zijn kinderen van God, maar de kinderen van de belofte worden als nageslacht gerekend. (Telos)
'''De kinderen van het vlees.''' De nakomelingen van [[Abraham]] en [[Hagar]]: de [[Ismaëlieten]].
▲'''Kinderen van God'''. Vergelijk:<blockquote>''Ro 9:4 Israëlieten zijn zij, van hen is het <u>zoonschap</u>, de heerlijkheid, de verbonden, de wetgeving, de dienst en de beloften; (Telos)''</blockquote><blockquote>''Ro 9:24 Ons die Hij ook heeft geroepen, niet alleen uit de Joden, maar ook uit de volken? Ro 9:25 Zoals Hij ook in Hosea zegt: ‘Ik zal niet-mijn-volk mijn volk noemen, en de niet-geliefde geliefde’. Ro 9:26 ‘En het zal zijn op de plaats waar tot hen gezegd werd: U bent mijn volk niet, daar zullen zij <u>zonen van de levende God</u> worden genoemd’. Ro 9:27 En Jesaja roept over Israel uit: ‘Al was het getal van de zonen van Israel als het zand van de zee, het overblijfsel zal behouden worden. (Telos)''</blockquote>'''De belofte.''' Zie vs. 9.
'''De kinderen van de belofte.''' Izak, Abrahams beloofde zoon, en zijn nakomelingen.
== 10 ==
Romeinen 9:10 En niet alleen zij, maar ook Rebekka die zwanger was van een: onze vader Izaäk; (Telos)
Niet alleen Sarah, ook Rebekka kreeg een kind door een wonder van God. <blockquote>{{Bijbelvers|HoofdstukNaam=Genesis 25|VersNummer=21}}</blockquote>
== 11 ==
Ro 9:11 zelfs toen de kinderen nog niet geboren waren en niets goeds of kwaads bedreven hadden, (opdat het voornemen van God naar verkiezing zou blijven, niet op grond van werken, maar uit Hem die roept,) (Telos)
'''Hem die roept'''. <blockquote>''Ro 8:28 Maar wij weten dat hun die God liefhebben, alle dingen meewerken ten goede, hun die naar zijn voornemen zijn geroepen.'' (Telos)</blockquote><blockquote>''Ro 8:30 En hen die Hij tevoren heeft bestemd, die heeft Hij ook geroepen; en die Hij heeft geroepen, die heeft Hij ook gerechtvaardigd; en die Hij heeft gerechtvaardigd, die heeft Hij ook verheerlijkt.'' (Telos)</blockquote><blockquote>''Ro 9:24 Ons die Hij ook heeft geroepen, niet alleen uit de Joden, maar ook uit de volken? Ro 9:25 Zoals Hij ook in Hosea zegt: ‘Ik zal niet-mijn-volk mijn volk noemen, en de niet-geliefde geliefde’. (Telos)''</blockquote>
== 17 ==
Ro 9:17 Want de Schrift zegt tot Farao: ‘Juist hiertoe heb Ik u doen opstaan, opdat Ik in u mijn macht betoon en opdat mijn naam verkondigd wordt op de hele aarde’. (Telos)
'''Mijn macht betoon'''. Vergelijk: <blockquote>''Ro 9:22 Als nu God, daar Hij zijn toorn wilde betonen en zijn macht bekend maken, met veel lankmoedigheid verdragen heeft de vaten van de toorn, tot het verderf toebereid;'' (Telos)</blockquote>▼
▲''Ro 9:22 Als nu God, daar Hij zijn toorn wilde betonen en zijn macht bekend maken, met veel lankmoedigheid verdragen heeft de vaten van de toorn, tot het verderf toebereid;'' (Telos)
== 21 ==
| |||