Naar inhoud springen

David: verschil tussen versies

100 bytes toegevoegd ,  7 jaar geleden
geen bewerkingssamenvatting
Geen bewerkingssamenvatting
Geen bewerkingssamenvatting
Regel 1:
'''David''' was de tweede koning van [[Israël (volk)|Israël]]. Hij was een man naar Gods hart en een voorvader van onze Heer [[Jezus Christus]]. Ook is David in zekere opzichten een voorafbeelding van Christus.
 
'''Schriftplaatsen.''' Over David gaan onder mee de volgende Schriftplaatsen: 1 Sam. 16v.; 17: 34-54; 18: 6-9; 2 Sam. 2: 4, 11; 12: 1-19; 5: 3; 1 Kron. 11: 30.
 
'''Naam.''' Zijn naam betekent ‘bemind, beminde, geliefde, vriend’, van het werkwoord ''Dôd'' = ''Jadôd'', ‘beminnen’<ref>S.J. van Ronkel, ''Woordenboek der eigennamen, naar hunne eerste spelling en oorspronkelijke uitspraak met eene korte beschrijving de personen, landen en plaatsen, in het Oude Testament voorkomende, en voor het grootste gedeelte ook etymologisch behandeld''. (Groningen: M. Smit, 1835) s.v. David, heeft de betekenis ‘vriend, geliefde’. Van Ronkel was destijds hoofdonderwijzer aan een Joodse school en beëdigd vertaler.</ref>, vgl. 1 Sam. 16:19.
 
'''Ouderlijk huis.''' Hij was de jongste zoon van [[Isaï]], een aanzienlijke Hebreeër te [[Bethlehem]] van de stam [[Juda (stam)|Juda]]. Zijn moeder noemt hij Gods dienares.<blockquote>''Ps 86:16 Wend U tot mij en wees mij genadig, geef Uw dienaar Uw kracht, verlos de zoon van <u>Uw dienares</u>. (HSV)''</blockquote>
 
{{Stamboom Isaï}}
Regel 15:
Zijn overwinning op de reus Goliath verwierf hem de eer en liefde van zijn volk, doch verwekte ook de nijd en de afgunst van de toen regerende koning Saul, die hem van toen af met een afgunstig oog aanzag. Samuël zalfde hem, nog bij Sauls leven, tot toekomstige koning over Israël, en nu trad Saul als openlijke vijand op, en vervolgde hem tot zijn dood.
 
Na Sauls dood besteeg David eerst de troon van Juda, en, na de dood van Sauls zoon Isboseth, die van heel Israël.<blockquote>''2Sa 2:10 Isboset, de zoon van Saul, was veertig jaar oud, toen hij koning werd over Israel, en hij regeerde twee jaar. Slechts het huis van Juda volgde David. (NBG51)''</blockquote>'''Vrouwen en kinderen.''' Hij huwde meerdere vrouwen en kreeg meerdere kinderen. Zijn eerste vrouw was [[Michal]], een dochter van koning [[Saul]]. Toen David voor Saul op de vlucht was, huwelijkte Saul haar uit aan Palthiël. Te Hebron kreeg hij zijn eerste zes zonen (2 Sam. 3:2-5). Ammon was zijn eerstgeborene.
 
{{Stamboom David}}
 
'''Regering.''' Zijn rijk strekte zich uit van de Eufraat tot aan de Middellandse Zee, en van Fenicië tot de Arabische zeeboezem.
 
Hij moedigde de kunsten, en voornamelijk de bouwkunst, aan , voerde een betere krijgstucht in en verbeterde het rechterambt. Doch hij mocht geen voortdurende rust genieten, en had met veel onaangenaamheden en verdriet te kampen, onder meer de opstand van zijn zoon [[Absalom]]. Hij regeerde 40 jaren.
Cookies helpen ons onze services aan te bieden. Door onze services te gebruiken stemt u in met het gebruik van onze cookies.