Tafel der toonbroden
De tafel der toonbroden of toontafel was een gouden tafel in het Heilige van de tabernakel en de tempel, waarop twaalf broden voor Gods aangezicht waren neergelegd. Ze spraken van de twaalf stammen van Israël.
Heb 9:2 Want een tabernakel was ingericht, de eerste, waarin de kandelaar was en de tafel en de toonbroden; deze wordt het heilige genoemd. (TELOS)
1Kon 7:48 Ook maakte Salomo alle voorwerpen die voor het huis van de HEERE bestemd waren: het gouden altaar, de gouden tafel waarop de toonbroden lagen, (HSV)
Plaats. De tafel met de toonbroden stond in het Heilige, een van de twee afdelingen van de tabernakel en van het tempelhuis. De tafel stond aan de noordzijde, oftewel aan de rechterzijde als de priester het Heilige binnentrad.
Ex 40:22 Vervolgens plaatste hij de tafel in de tent van ontmoeting, aan de noordkant van de tabernakel, buiten het voorhangsel. (HSV)
Tegenover de tafel met de toonbroden stond de gouden kandelaar, die dag en nacht brandde en de tafel verlichtte.
Materiaal. De tafel was gemaakt van acaciahout (in de Statenvertaling naar het oorspronkelijke Hebreeuws sittimhout genoemd) en overtrokken met zuiver (louter) goud (Ex. 37:11).
Afmeting. De maten van het exemplaar in de tabernakel waren: twee ellen (ongeveer 1 meter) lang, een el (ongeveer 0,5 meter) breed en anderhalve el (ongeveer 75 cm) hoog (Ex. 37:10). De hoogte is gelijk aan die van de ark van het verbond; de lengte en de breedte zijn iets kleiner.
Toonbroden. Op de tafel lagen twaalf broden. Zij lagen op de gouden tafel tenTOONgesteld. Naar het Hebreeuws heten ze letterlijk "broden van aangezicht"[1]. De Naardense vertaling heeft in Ex. 25:30 'brood van aanschijn'.
Ex 25:30 en geef op de tafel plaats aan ‘brood van aanschijn’, voor mijn aanschijn, altijd. (NaB)
Ex 25:30 Dan moet u het toonbrood op de tafel leggen; [het moet er] voortdurend voor Mijn aangezicht [zijn]. (HSV)
Gods oog rustte dag en nacht op de broden waarop de gouden kandelaar haar licht wierp. Zij stelden de twaalf stammen van Israël voor.
Schikking. De broden werden in een bepaalde orde, schikking, op de tafel gelegd.
Ex 40:23 En hij schikte daarop het brood in orde, voor het aangezicht des HEEREN, gelijk als de HEERE aan Mozes geboden had. (SV)
De schikking is twee rijen (of stapels[2]) van zes.
Le 24:6 U moet ze dan in twee rijen leggen, zes per rij, op de tafel die met zuiver [goud overtrokken] is voor het aangezicht van de HEERE. (HSV)
Wierook. Op de rijen van broden moest wierook worden gelegd.
Le 24:7 U moet ook op [elke] rij zuivere wierook leggen, en die zal dienen als gedenkoffer voor het brood. Het is een vuuroffer voor de HEERE. (HSV)
Het is mogelijk[3] dat de wierook niet óp, maar bij (naast) de rij werd gelegd. Volgens de Joodse geschiedschrijver Flavius Josephus stond bij elke rij een schaal met wierook.
Verversing. Op elke sabbatdag werden er verse broden op de tafel gelegd (Lev. 24:5-9).
Omlijsting en krans. De tafel had een gouden rand of omlijsting van een handbreedte, en daaromheen een tweede gouden krans (Ex. 37:11-12).
Ex 37:11 ... en hij maakte een gouden krans daaraan, rondom. Ex 37:12 Hij maakte daaraan ook een lijst rondom, een hand breed; en hij maakte een gouden krans rondom derzelver lijst. (SV)
Ex 37:11 ... en maakte er een gouden rand omheen. Ex 37:12 Ook maakte hij er een sierlijst van een hand breed omheen, en hij maakte een gouden rand rondom die sierlijst. (HSV)
Deze dubbele omlijsting strekte tot bescherming en versiering. De bescherming was om te verhinderen dat de toonbroden er vanaf zouden schuiven[1].
Ringen en handbomen. Onder de lijst, aan de vier hoeken waar de poten beginnen, waren gouden ringen (Ex. 37:13), waarin de handbomen (draagstokken, draagstangen) gestoken waren om de tafel te dragen (Ex. 37:14). De handbomen waren eveneens van acaciahout en met goud overtrokken (Ex. 37:15).
Gerei. Op de tafel was niet alleen brood, maar ook gerei van zuiver goud: schotels, schalen, kommen en kannen waarmee plengoffers (drankoffers) gebracht werden (Ex. 37:16).
Symboliek
Omlijsting. De dubbele omlijsting verhinderde dat het brood van de tafel viel. Zo mag ieder die tot het volk van God behoort, weten dat God in liefde op hem neerziet en hem nooit zal laten vallen. Dat verheugt ons.
Joh 10:28 En Ik geef hun eeuwig leven, en zij zullen geenszins verloren gaan in eeuwigheid en niemand zal ze rukken uit mijn hand. Joh 10:29 Mijn Vader die ze Mij heeft gegeven, is groter dan allen, en niemand kan ze rukken uit de hand van mijn Vader. (TELOS)
Broden. De broden spreken van de twaalf stammen van Israël. Dit volk is door God verlost uit Egypte en gereinigd.
De tafel was typisch voor Israëls plaats voor God in de aanvaardbaarheid van Christus, die, als de ware Hogepriester, de broden ook nu onderhoudt voor God: het is een eeuwig verbond (Lev. 24:8).
Mogelijk spreekt de tafel ook van Gods overvloed voor de mens door middel van Zijn volk Israël. Dit werd ook voorafgeschaduwd door de wonderbare spijziging door middel van Jezus' twaalf apostelen, en in twaalf manden met overgebleven brood.
Een andere duiding zegt dat de broden spreken van Israëls erkenning dat het afhankelijk is van Gods voorziening in hun levensbehoeften[4].
De broden werden regelmatig ververst. De Heer Jezus is het levensbrood. Hij stilt onze levenshonger.
‘Ik ben het brood van het leven, wie tot Mij komt, zal nooit meer honger hebben; en wie in Mij gelooft, zal nooit meer dorst hebben’ (Joh. 6:35).
‘Ik ben het levende brood dat uit de hemel is neergedaald’ (Joh.6:51).
Te Bethlehem kwam het levende brood uit de hemel op aarde. Brood is in het Hebreeuws ‘Lechem’. 'Beth Lechem' betekent ‘broodhuis’. Daar werd de Heer Jezus geboren: in het huis van het brood.
Bronnen
A New and Concise Bible Dictionary (George Morris, 1899) s.v. Levites. Hieruit is op 13 juli vertaalde tekst opgenomen en verwerkt.
Voetnoten
- ↑ 1,0 1,1 Dr. ir. J. de Graaf e.a. (red.), Tekst voor Tekst; de Heilige Schrift kort verklaard en toegelicht (Boekencentrum, 1987), commentaar bij Ex. 25:23-30.
- ↑ 'Rijen' hebben deze vertalingen: Statenvertaling, Naardense vertaling, WV78, WV95, HSV, NBV'04. 'Stapels' hebben deze vertalingen: Canisius-vertaling, Leidse vertaling, NBG51. In rijen, de broden naast elkaar, volgens Keil en Delitzsch in hun commentaar, en volgens The Anchor Yale Bible Dictionary (s.v. Bread of the Presence). In stapels, de broden op elkaar, volgens John Gill's Expositor (commentaar bij Lev. 24:6) en anderen. Voor andere commentaren, zie https://biblehub.com/commentaries/leviticus/24-6.htm
- ↑ Aldus het commentaar van Keil en Delitzsch, https://biblehub.com/commentaries/kad/leviticus/24.htm
- ↑ Zo Terry Harman, in: Table of Showbread in the Holy Place part 1. Youtube.com: TheTabernacleMan, 25 mei 2017. Duur: 33 min. 52 sec.; Table of Showbread in the Holy Place part 2. Youtube.com: TheTabernacleMan, 25 mei 2017. Duur: 31 min. 44 sec.