Ekron
Ekron was een Filistijnse stad. De afgod Baäl-Zebub, dien koning Ahazia van Israël wilde raadplegen, werd er vereerd.
De naam betekent "landverhuizing" of "ontworteld"[1]. Zij wordt 22x in het Oude Testament genoemd.
Ekron was één van de vijf Filistijnse hoofdsteden (Askelon, Asdod, Gaza, Ekron en Gath). Zij was van hen de meest noordelijk gelegen stad.
Ekron lag in het laagland van het aan Juda toebedeelde landsdeel.
Hoewel eerst aan Juda, later aan Dan gegeven, bleef zij voortdurend in de macht van de Filistijnen.
De god van Ekron was Baäl-Zebub. De zedelijk en geestelijk slechte Koning Ahazia van Israël zond boden om die afgod te vragen of hij in leven zou blijven, waarop de profeet Elia hem zijn dood aanzegde.
Jonathan de Makkabeër ontving deze stad van de Syrischen vorst Alexander Balas ten geschenke.
Bron
P.J. Gouda Quint, Woordenboek des Bijbels, inzonderheid ten gebruike bij de Statenvertaling (Haarlem: De erven F. Bohn, 1866) s.v. Ekron. Tekst hieruit is op 26 aug. 2017 verwerkt.
Voetnoot
- ↑ Hebreeuws-Nederlands Lexicon, onderdeel van de Online Bible, een uitgave van Importantia.