Epafras
Epafras (= 'lieflijk') was een broeder in Christus, een trouw dienaar van Hem en een medeslaaf van de apostel Paulus.
Zijn naam in de Griekse grondtekst van het Nieuwe Testament is Επαφρας, Epaphras = 'lieflijk'[1]., een samentrekking of verkorting van Ἐπαφρόδιτος, Epaphróditos, Epafroditus. De Griekse eigennaam wordt 3x genoemd: Col. 1:7; 4:12; Flm. 1:23. Het Strongnummer is 1889. In het Engels, Duits en Frans: Epaphras.
Epafras was afkomstig van Kolosse (Col. 4:12). Paulus noemt hem 'een slaaf van Christus Jezus' (Col. 4:12), 'onze geliefde medeslaaf' (Col. 1:7). Epafras had de Kolossers 'het woord van de waarheid van het evangelie' geleerd, dat spreekt van Gods genade (Col. 1:5-7).
Col 1:7 Zo hebt u het geleerd van Epafras, onze geliefde medeslaaf, die een trouw dienaar van Christus voor u is, Col 1:8 die ons ook uw liefde in de Geest bekend heeft gemaakt. (Telos)
Nadat hij het evangelie had gepredikt, deed hij voorbede voor de jonggelovigen.
Col 4:12 U groet Epafras, die een van u is, een slaaf van Christus Jezus, die altijd voor u strijdt in de gebeden dat u mag vaststaan, volmaakt en ten volle verzekerd in de hele wil van God. (Telos)
Epafras heeft met de apostel Paulus ook gevangen gezeten.
Flm 1:23 U groeten Epafras, mijn medegevangene in Christus Jezus, (Telos)
Voetnoot
- ↑ Grieks-Nederlands Lexicon, onderdeel van de Online Bible, een uitgave van Importantia.