Kreta

Uit Christipedia

Kreta is het grootste eiland van Griekenland. De apostel Paulus heeft er enige tijd verbleven. Het eiland wordt genoemd in Hand. 27:7, 12, 13, 21. In het Oude Testament komt het eiland voor onder de naam Kaphthor.

Kreta wordt door de Grieken Kriti, door de Turken Kirid geheten en werd door de Europeanen eerder Kandia genoemd.

Kaart: ligging van Kreta (Eng. Crete). Paulus deed Kreta aan op zijn reis naar Rome.

Kreta is het grootste Griekse eiland. Het ligt in het oostelijke gedeelte van de Middellandse zee en sluit dat de Aegeïsche zee aan de zuidzijde af.

Het is ongeveer ???? groot. Het is buitengewoon gunstig gelegen, rijk door de natuur bedeeld, langwerpig van vorm, waarom het oudtijds ook wel Makronseos, d.i. het 'lange eiland' genaamd werd.

Door middel van Kreta handhaafden de Feniciërs hun hegemonie in de Aegeïsche zee. Later bij de volksverhuizing van de Doriers kwam het in het bezit van deze stam, die er een aantal republieken stichtte, waarom het eiland reeds bij Homerus Hekatompolis, het 'honderdstedige' heet. De voornaamste steden waren:

  • Cydonia (nu Canea), vanwaar de Romeinen de kweeën naar Italië brachten, en dat zij Mala Cydonia noemden;
  • Knossus (nu Makro Trikho), ten zuiden van de tegenwoordige hoofdstad Kandia, de oude hoofdstad van Kreta en de residentie van koning Minos, in welker nabijheid in een kleinen berg, aan de voet van de Ida een grote, onderaardse grot wordt gevonden met ontelbare bochten en gangen, die misschien het oude labyrint van Kreta is
  • Gortyna
  • Lyttus

In de H. Schrift worden bovendien Lasea en Phoenix genoemd.

De oppervlakte. - De kusten van het eiland zijn stijl. De zuidkust is op verschillende plaatsen ontoegankelijk, terwijl de noordkust tamelijk vele bochten en grotere havens heeft, zoals de bocht van Martilus (nu golf van Kisamos), de golf van Amphimala (nu golf van Armyro) en de golf van Didymoi Kolpoi (nu golf van Mirabel).

De voornaamste kapen zijn kaap Korykus (nu kaap Grabusa), Psacum (nu Spada), Ciamum (nu Melek), Dium (nu Saxoso), Sammonium of Salmone.

Aan de zuidkust ligt het voorgebergte Ampelus (nu kaap Xacro), Erythraëm (nu kaap Stomachrio Giallo), Leon (nu Lionda).

Bergen. - De voornaamste bergen zijn de Albi Montes (nu Monti Leuki of Aspro Vuna d.i. woeste bergen) met hoge, naakte toppen, welke alleen 's zomers zonder sneeuw zijn. In het midden verheft zich de hoge, schier bestendig met sneeuw bedekte Ida (nu Pseloriti, kale berg), het hoogste punt van het eiland. Het majestueuze gebergte daalt naar het zuiden tot de van het oosten naar het westen lopende vlakte van Gortyna, de enige op het eiland, die door de Elektra (thans Jero Potamos) bevochtigd wordt. In het Zuiden is zij gescheiden van de zee door het gebergte Asterusia (thans Messaragebergte). Ten oosten van de Ida ligt het gebergte Argeüs (thans Jukta), terwijl het oostelijk gedeelte van het eiland bezet is door het gebergte Dikte (thans Setia)

Rivieren. - De voornaamste rivieren zijn ten noorden de Jardanus (thans Platania) en de Oaxes (thans Mylo-Patamos), ten zuiden de Katarrhaktes (thans Zuzuro) en de Elektra (thans Jero Potamos of Messara).

Klimaat. - Het klimaat is in de lagere streken zeer zacht: de hitte wordt getemperd door de zeelucht en de noordenwind.

Opbrengst van het land. Mineralen levert het eiland weinig op. Men vindt er ijzer, kalksteen, marmer en albast. De grond is over het algemeen vruchtbaar en levert koren, citroenen, oranjeappelen, katoen of boomwol, wijn, olie enz.

Bewoners. - De bewoners van Kreta waren oudtijds beroemd als uitstekende slingeraars en boogschutters, en dienden vaak voor soldij.

Hun zedelijkheid stond in zeer slechte reuk. Het woord kretizein (d.i. als een Kretenser spreken en handelen) gebruikten de Grieken in de zin van liegen en bedriegen. Het spreekwoord zei van hen: „de Kiliciërs, Kappadociërs en Kretensers waren de drie ergste K's." Zij maakten zich schuldig aan seksuele omgang met kinderen, waren vals en weinig betrouwbaar. Ten bewijze hiervan beroept Paulus zich (Tit. 1: 12) op een uitspraak van de beroemde Kretensische dichter Epimenides, in wiens orakelspreuken Hieronymus de door Paulus geciteerde uitspraak gevonden zal hebben. De apostel noemt hem 'profeet' om de grote roem, waarin hij bij de Grieken stond, en waarom Cicero hem tot de zieners rekent.

In de laatste eeuw v. Chr. kwamen de Kretensers in aanraking met de Romeinen. Zij hadden hulptroepen geleverd aan Mithridates, de koning van Pontus, met wie de Romeinen in oorlog waren, maakten zich daarbij schuldig aan zeeroverij, en hierin vond Rome aanleiding Kreta de oorlog te verklaren. Na vreselijke bloedbaden gelukte het Quintus Caecilius Metellus Kreticus het eiland geheel te onderwerpen (68 - 66 v. Chr.). Kreta werd een Romeinse provincie, en werd later verenigd met Cyrene in Noord-Afrika, welke vereniging voortduurde tot de regering van Diocletianus.

Van 395-823 n. Chr. behoorde het tot het Oost-Romeinse rijk; in 823 werd het door de Arabieren veroverd, in 962 kwam het weer aan de Byzantijnen, die het in 1204 aan de Venetianen verkochten. In 1669 kwam het in de macht der Turken. Later maakte het eiland een Siwa (provincie) uit van het Klein-Aziatische Ejalet (stadhouderschap) Kutahijah.

Joden. - Dat er op Kreta ook Joden woonden, weten wij uit Philo en Flavius Josephus (vgl. Handelingen der Apostelen 2:11). Het eiland wordt vermeld in 1 Makk. 10: 67.

Christenen. - Het christendom schijn er vroeg ingang gevonden te hebben. Volgens Titus 1:5 heeft Paulus zelf er gemeenten gesticht, haar leiding overlatend aan Titus, die later als beschermheilige van Kreta vereerd werd. Uit de brief aan Titus blijkt, dat de Judaisten ook daar de apostel bestreden.

Bron

Ed. Rhiem, C.H. van Rhijn (red.), Bijbelsch woordenboek voor ontwikkelde lezers der Heilige Schriften (Utrecht: Kemink & Zoon, 1885-1886) s.v. Kreta. Tekst van dit lemma is op 31 maart 2016 verwerkt.