Lazarus van Bethanië

Uit Christipedia
(wijz) ← Oudere versie | Huidige versie (wijz) | Nieuwere versie → (wijz)

Lazarus (= God heeft geholpen) van Bethanië is een man genoemd in het Nieuwe Testament, die woonde in het dorp Bethanië aan de Olijfberg bij Jeruzalem. Hij was een vriend van Jezus en een broer van Martha en Maria. Lazarus stierf door een ziekte en, nadat hij al enige dagen dood was, kwam de Heer en wekte hem uit de doden op. Deze opzienbarende gebeurtenis maakte dat velen in Jezus geloofden. Schriftplaatsen: Joh 11:1-43; 12:1-17.

Fresco met de opwekking van Lazarus. De fresco in een catacombe te Rome dateert van de 1e helft van de 4e eeuw na Chr.

Lazarus van Bethanië is te onderscheiden van de door de Heer Jezus verhaalde geschiedenis van de rijke man en de arme Lazarus (Luc. 16:19-31). In de Middeleeuwen werden de beide Lazarussen vaak verward.

De naam Lazarus betekent 'God heeft geholpen'. Het is de Latijnse vorm van het Griekse Lazaros, een afkorting van Eleazaros, dat is afgeleid van de Hebreeuwse naam Elʿazar ( אֶלְעָזָר , 'God heeft geholpen').

Jezus hield van Martha, Maria en Lazarus (Joh. 11:5).

Joh 11:3 De zusters dan zonden tot Hem de boodschap: Heer, zie, hij die U liefhebt is ziek. (...) Joh 11:5 Jezus nu had Martha en haar zuster en Lazarus lief. (TELOS)

De Heer sprak van Lazarus als 'onze vriend.' Er is zeer weinig opgetekend van Lazarus, behalve het opvallende feit dat hij uit de doden is opgewekt door de Heer Jezus, een gebeurtenis die de heerlijkheid van God openbaarde en de Zoon van God verheerlijkte.

Toen voor Jezus, enige tijd na dat wonderwerk, een maaltijd was bereid, was Lazarus een van degenen die daar in Bethanië met Hem aanlagen (Joh. 12:2).

Hij was een levende getuige van de kracht van de Zoon van God over de dood. Als zodanig liep Lazarus evenwel gevaar gedood te worden door de Joden die Jezus afwezen.

Joh 12:9 De grote menigte van de Joden dan wist dat Hij daar was; en zij kwamen, niet alleen om Jezus, maar ook opdat zij Lazarus zagen die Hij uit de doden had opgewekt. Joh 12:10 De overpriesters nu beraadslaagden om ook Lazarus te doden, Joh 12:11 omdat velen van de Joden om hem heengingen en in Jezus geloofden. (TELOS)

Het wonderwerk wordt alleen vermeld in het Johannes-evangelie, dat de Heer Jezus in het bijzonder voorstelt als de Zoon van God. Deze is machtig de doden op te wekken en eeuwig leven te schenken.

Lazarus als een type van Israël

Lazarus schijnt een type van het volk Israël te zijn.

Ziek. Nadat de Heer Jezus op het feest van de tempelwijding te Jeruzalem was verworpen en gevaar liep gegrepen te worden, ging Hij weg, over de rivier de Jordaan, buiten Judea. Daar werd hem van de zusters bericht dat Lazarus ziek was. “Heer, zie, die U liefhebt is ziek”. Terwijl de Heer elders is, is Israël ziek, ja, in een doodsslaap (vgl. het visioen van Ezechiel over de dal van de dorre doodsbeenderen.).

Twee dagen. De Heer bleef “nog twee dagen in de plaats waar Hij was” (Joh. 11:6), dat is Bethanië aan de overzijde van de Jordaan. Intussen was Lazarus gestorven. Een dag is voor de Heer als duizend jaar (2 Petr. 3:8). De Heer wacht nog tweeduizend jaar voordat Hij terugkomt en Israël opwekt. Jezus zei tot zijn leerlingen: “Onze vriend Lazarus slaapt, maar Ik ga heen om hem uit de slaap te wekken.” (Joh. 11:11). 'Na twee dagen,' zei de profeet Hosea, 'zal Hij ons levend maken'.

Hos 6:2 Hij zal ons na twee dagen levend maken; op den derden dag zal Hij ons doen verrijzen, en wij zullen voor Zijn aangezicht leven. (SV)

Jezus weende. Er zijn twee situaties opgetekend waarin Jezus weende. Hij weende toen Hij Maria zag wenen en de Joden die met haar waren meegekomen zag wenen (Joh. 11:31). Hij wist echter dat hij Lazarus zou opwekken. De tweede keer vinden wij Jezus wenen, toen hij, na de opwekking van Lazarus, de stad Jeruzalem naderde en de stad zag (Luc. 19:41). Hij weende over haar, omdat Hij wist welk onheil haar zou overkomen. Misschien heeft de Heer al in het geval van Lazarus aan Israël gedacht.

Vier dagen. Lazarus lag vier dagen in het graf. Dit wordt in elk geval gezegd om te onderstrepen dat Lazarus echt dood was. Heeft dit aantal een symbolische betekenis? Als deze vier dagen vierduizend jaren voorstellen, denken we aan de periode van 2000 jaar vóór tot 2000 jaar ná Christus, dus van Abraham tot aan de wederopstanding van Israël.

Aan de Olijfberg. In de buurt van Bethanië aan de Olijfberg riep de Heer Jezus: “Lazarus, kom naar buiten! De gestorvene kwam naar buiten...” (Joh. 11:43). Wanneer Jezus voor Israël terugkomt en Zijn voeten op de Olijfberg zullen staan, zullen zij zien “Hem die zij doorstoken hebben” (Opb. 1:7; Zach. 12:10). En het volk zal een geestelijke opwekking meemaken.

Ro 11:15 … wat zal hun aanneming anders zijn dan leven uit de doden? (TELOS)

Gebonden. Nadat Lazarus met de windsels uit de grafspelonk was gekomen, beval Jezus: “Maakt hem los en laat hem gaan.” (Joh. 11:44).

Joh 11:44  De gestorvene kwam naar buiten, zijn voeten en zijn handen gebonden met grafdoeken, en zijn gezicht was met een zweetdoek omwonden. Jezus zei tot hen: Maakt hem los en laat hem heengaan.  

Gezicht omwonden. De Heiland van Israël zal de banden van het volk, misschien vooral de banden van de overgeleverde menselijke regels en/of de banden waarmee de internationale gemeenschap Israël hebben beperkt, doen losmaken en in vrijheid doen gaan. Lazarus' gezicht was omwonden. Het bewindsel en deksel dat thans op het aangezicht van Israël ligt, waardoor zij hun Messias niet zien, zal worden weggenomen.

Jes 25:7  En Hij zal op deze berg verslinden het bewindsel van het aangezicht, waarmee alle volken bewonden zijn, en het deksel, waarmee alle natiën bedekt zijn. (CP[1])

In Jezus geloven. Velen geloofden in de Heer Jezus om het teken aan Lazarus gedaan.

Jes 25:1 HEERE! Gij zijt mijn God, U zal ik verhogen, Uw Naam zal ik loven, want Gij hebt wonder gedaan; [Uw] raadslagen van verre zijn waarheid [en] vastigheid. (...)  Jes 25:7  En Hij zal op dezen berg verslinden het bewindsel des aangezichts, waarmede alle volken bewonden zijn, en het deksel, waarmede alle natiën bedekt zijn. Jes 25:8  Hij zal den dood verslinden tot overwinning, en de Heere HEERE zal de tranen van alle aangezichten afwissen; en Hij zal de smaadheid Zijns volks van de ganse aarde wegnemen; want de HEERE heeft het gesproken.  Jes 25:9  En men zal te dien dage zeggen: Ziet, Deze is onze God; wij hebben Hem verwacht, en Hij zal ons zalig maken. Deze is de HEERE, wij hebben Hem verwacht, wij zullen ons verheugen en verblijden in Zijn zaligheid. (SV)

Tot Jezus komen. De mensen kwamen om Jezus en Lazarus, de gestorvene en weer opgewekte, te zien. Kort daarna, bij de intocht van Jezus in Jeruzalem, wanneer het teken aan Lazarus nog een onderwerp van gesprek is (Joh. 12:17-18), zien we Grieken, die Jezus wensen te zien. Om het toekomstige wonderwerk aan Isräel zullen velen, van heinde en ver, naar Israël komen. En van jaar tot jaar zullen de volken zich in Israël presenteren om de HEER te aanbidden en om het loofhuttenfeest te vieren.

Zac 14:16 En het zal geschieden, dat al de overgeblevenen van alle heidenen, die tegen Jeruzalem zullen gekomen zijn, die zullen van jaar tot jaar optrekken om aan te bidden den Koning, den HEERE der heirscharen, en om te vieren het feest der loofhutten. (SV)

Bronnen

A New and Concise Bible Dictionary (George Morris, 1899) s.v. Lazarus. Hieruit is vertaalde tekst opgenomen in 2012.

Wikipedia, artikel Lazarus (persoon). Hieruit is tekst verwerkt in 2012.

Lezing door Dato Steenhuis, gehouden in de kapel van het Brandpunt in Doorn, jaar onbekend. De spreker handelde onder andere over de typologische betekenis van de geschiedenis van Lazarus' dood en opwekking.

Voetnoot

  1. Hertaling of vertaling door Christipedia, uitgaande van de Statenvertaling.