Daniël 6

Uit Christipedia
Versie door Kees Langeveld (overleg | bijdragen) op 20 feb 2023 om 14:02 (Nieuwe pagina aangemaakt met '{{Daniël commentaar}} == 13 == <onlyinclude><sup>13</sup> Toen antwoordden zij, en zeiden voor den koning: Daniël, een van de gevankelijk weggevoerden uit Juda heeft, o koning! op u geen acht gesteld, noch op het gebod dat gij getekend hebt; maar hij bidt op drie tijden ‘s daags zijn gebed. </onlyinclude>(SV) '''Een van de gevankelijk weggevoerden uit Juda.''' Zo wordt Daniël voorgesteld, niet als een wijze rijksbestuurder of raadgever. Ze geven daarm...')
(wijz) ← Oudere versie | Huidige versie (wijz) | Nieuwere versie → (wijz)

Daniël 6 is een hoofdstuk van het boek Daniël. Het wordt hieronder samengevat en/of becommentarieerd.

Hoofdstukken samengevat en/of becommentarieerd:
Daniël: 1 · 2 · 3 · 4 · 5 · 6 · 7 · 8 · 9 · 10 · 11 · 12

13

13 Toen antwoordden zij, en zeiden voor den koning: Daniël, een van de gevankelijk weggevoerden uit Juda heeft, o koning! op u geen acht gesteld, noch op het gebod dat gij getekend hebt; maar hij bidt op drie tijden ‘s daags zijn gebed. (SV)  

Een van de gevankelijk weggevoerden uit Juda. Zo wordt Daniël voorgesteld, niet als een wijze rijksbestuurder of raadgever. Ze geven daarmee blijk van hun minachting en waarschijnlijk spreken ze zo ook om hun intrige - hun oneerlijke en slinkse methode om hun doel te bereiken - met succes uit te voeren.

17

17 En er werd een steen gebracht, en op de mond van de kuil gelegd: en de koning verzegelde die met zijn ring, en met de ring van zijn geweldigen, opdat de wil aangaande Daniël niet zou veranderd worden. (CP[1])  

En er werd een steen gebracht, en op de mond van de kuil gelegd. Hetgeen later met de steen van Jezus' rotsgraf zou gebeuren.

Mt 27:60  en legde het in zijn nieuwe graf, dat hij in de rots had uitgehouwen; en na een grote steen voor de ingang van het graf gewenteld te hebben ging hij weg.  Mt 27:66  Zij nu gingen heen en beveiligden het graf met de wacht, na de steen verzegeld te hebben. (Telos)

En de koning verzegelde die. Ook de steen voor de opening van Jezus' graf zou verzegeld worden.

18

18  Toen ging de koning naar zijn paleis, en overnachtte nuchter, en liet geen vreugdespel voor zich brengen; en zijn slaap week verre van hem. (CP[1]) 

Vreugdespel. Het is niet duidelijk wat met het Aramese woord דחוה, dachavah, bedoeld wordt. Het komt slechts 1x in het Oude Testament voor. Mogelijke betekenissen zijn: afleiding, muziek(instrument), dansende meisjes, bijvrouwen[2]. Het Herziene Statenvertaling heeft: "[enkele vorm van] vermaak".

20

20 Als hij nu tot de kuil genaderd was, riep hij tot Daniël met een droeve stem; de koning antwoordde en zei tot Daniël: Daniël,  knecht van de levende God! heeft ook uw God, Dien u gedurig eert, u van de leeuwen kunnen verlossen? (CP[1])

Met een droeve stem. Al bij het aanhoren van de aanklagers was hij bedroefd geworden (vs. 14).

Knecht van de levende God. Merk op de tegenstelling met de omschrijving die de aanklagers gaven: "een van de gevankelijk weggevoerden uit Juda" (13). Later zal Darius openlijk in een schrijven belijden dat God "de levende God" is (27).

21

21 Toen sprak Daniël tot den koning: O koning, leef in eeuwigheid! (SV) 

O koning, leef in eeuwigheid. De koning had Daniël ter dood verwijzen, maar Daniël wenst hem desondanks eeuwig leven toe.

22

22 Mijn God heeft Zijn engel gezonden, en Hij heeft den muil der leeuwen toegesloten, dat zij mij niet beschadigd hebben, omdat voor Hem onschuld in mij gevonden is; ook heb ik, o koning! tegen u geen misdaad gedaan. (SV) 

Mijn God heeft Zijn engel gezonden.

Heb 1:14  Zijn zij niet allen dienende geesten, die tot dienst uitgezonden worden ter wille van hen die de behoudenis zullen beërven? (Telos)

23

23 Toen werd de koning bij zichzelven zeer vrolijk, en zeide, dat men Daniël uit den kuil trekken zou. Toen Daniël uit den kuil opgetrokken was, zo werd er geen schade aan hem gevonden, dewijl hij in zijn God geloofd had. (SV) 

Zeer vrolijk. Zijn stemming sloeg om: droefheid (14, 20) maakte plaats voor vreugde, grote vreugde.

24

24 Toen beval de koning, en zij brachten die mannen voor, die Daniël overluid beschuldigd hadden, en zij wierpen in de kuil der leeuwen hen, hun kinderen, en hun vrouwen; en zij kwamen niet op de grond van de kuil, of de leeuwen heersten over hen, zij vermorzelden ook al hun beenderen. (SV) 

Hen, hun kinderen, en hun vrouwen. Zonde heeft soms gevolgen voor nabestaanden. De regeringsleider besluit bijvoorbeeld onterecht tot oorlog en zijn burgers moeten vervolgens bloeden.

Zij wierpen hen in de kuil der leeuwen. Die is een geval van wedervergelding.

Spr 26:27  Die een kuil graaft, zal er in vallen, en die een steen wentelt, op hem zal hij wederkeren. (SV)

Of de leeuwen heersten over hen. Nog hadden wij de grond niet bereikt, of de leeuwen grepen hen aan. Alsof de leeuwen niet konden wachten. Blijkbaar hebben ze niet eerst nieuwsgierig toegekeken, ze grepen onmiddellijk toe. Vergelijk de vuurdood van de mannen die de drie vrienden van Daniël in de vuuroven hadden geworpen: zij werden door de vonken en vlammen van het vuur, dat ze genaderd waren, gedood.

Da 3:22  Omdat nu het bevel des konings streng was en de oven bovenmatig was opgestookt, doodde de vlam van het vuur de mannen die Sadrak, Mesak en Abednego naar boven gebracht hadden. (SV)

25

25  Toen schreef koning Darius aan alle volken, natiën en talen die op heel de aarde woonden: Moge uw vrede toenemen! (SV) 

Op heel de aarde. In heel zijn wereldrijk.

26

26 Van mij is een bevel gegeven, dat men in de ganse heerschappij mijns koninkrijks beve en siddere voor het aangezicht van den God van Daniël; want Hij is de levende God, en bestendig in eeuwigheden, en Zijn koninkrijk is niet verderfelijk, en Zijn heerschappij is tot het einde toe. (SV) 

Hij is de levende God. In vs. 20 had Darius Daniël aangeroepen met de woorden "knecht van de levende God" (20).

Voetnoot

  1. 1,0 1,1 1,2 Hertaling of vertaling door Christipedia, uitgaande van de Statenvertaling.
  2. Hebreeuws-Nederlands Lexicon; op basis van Strong-coderingen. Onderdeel van de Online Bible, een uitgave van Importantia. Het is gebaseerd op het Engelstalige Online Bible Hebrew-Englisch Lexicon van Larry Pierce.