Naar inhoud springen

1 Korinthiërs 11: verschil tussen versies

2.159 bytes toegevoegd ,  2 jaar geleden
k
Regel 213:
'''Daarom.''' Vs. 10 geeft ons het praktisch besluit. Daarom: omdat zij ''uit'' en ''voor'' hem gemaakt is.
 
'''Een macht op haar hoofd.''' Dat staat er letterlijk. MenDe kanbetekenis denkenis aaneenvoudig eenen tekenhelder. van''Macht'' is hier ge­steld in de plaats van ''teken van macht'', en van macht, die niet uitgeoefend, maar ondergaan wordt: het hoofdschap, het gezag van de man ten opzichte van de vrouw. UitDe devrouw hoofdbedekkingmoet op het hoofd het teken van de vrouwmacht blijktdragen, waaronder zij is ge­plaatst. De hoofdbedekking is een teken dat haar man haar gezaghebbend hoofd is.
 
<u>Metonymia.</u> Het is een wijze van spreken, die dikwijls in alle talen voorkomt, dat men het teken van een zaak gebruikt om de zaak zelf aan te wijzen, zo bijv. het zwaard voor de oorlog, de kroon voor de soevereiniteit. Maar het komt zeld­zamer voor, dat de zaak zelf wordt genoemd in plaats van het teken, zoals dat hier het geval is; toch vindt men ook voor­beelden van deze andere vorm van metonymia; zo wanneer [https://nl.wikipedia.org/wiki/Diodoros_van_Sicili%C3%AB Diodorus van Sicilië] (1e eeuw v.C.), als hij het standbeeld van de moeder van de Egyptische koning Osimandias beschrijft, zegt dat zij drie koninkrijken op haar hoofd heeft. Hij wil natuurlijk zeggen: drie diademen, symbolen van drie koninkrijken. Of wanneer dezelfde historieschrijver het sieraad, dat de Egyptische priesters droegen als symbool van het bezit van het hoge goed der waarheid, zelf ''aletheia'', waarheid, noemt.
Men kan echter ook, in het licht van de gegeven rangorde (vers 3), denken dat de macht op haar hoofd voorstelt het hoofdschap van Christus over de man. Vers 3 begint met "Maar ik wil dat u weet, dat Christus het hoofd is van iedere man". Als de vrouw de heerlijkheid van de man is, dan drukt de macht op haar hoofd uit dat de man onder het hoofdschap van Christus is. Ongedekt bidden zou dan symboliseren: soevereiniteit van de man, ontrouw van hem, zich onttrekken aan het gezag van de Schepper.
 
MenEen kanandere echteruitleg ookis dat, in het licht van de gegeven rangorde (vers 3), denken dat de macht op haar hoofd voorstelt het hoofdschap van Christus over de man. Vers 3 begint met "Maar ik wil dat u weet, dat Christus het hoofd is van iedere man". Als de vrouw de heerlijkheid van de man is, dan drukt de macht op haar hoofd uit dat de man onder het hoofdschap van Christus is. Ongedekt bidden zou dan symboliseren: soevereiniteit van de man, ontrouw van hem, zich onttrekken aan het gezag van de Schepper. Tegen deze uitleg valt dit in te brengen: de vrouw symboliseert niet de heerlijkheid van de man, maar strekt tot zijn heerlijkheid. De macht op haar hoofd spreekt van zijn hoofdschap over haar.
Anderen hebben gedacht aan een teken van waardigheid, weer anderen aan een soort talisman tot bescherming<ref>Deze meningen worden vermeld in: A. van Veldhuizen, ''Paulus' brieven aan de Korinthiërs'' (Groningen, Den Haag: J.B. Wolters' uitgeversmaatschappij, 1922. Deel van de reeks ''Tekst en Uitleg''. Praktische Bijbelverklaring door F.M.Th. Böhl en A. van Veldhuizen), blz. 97.</ref>. De laatste gedachte is zeer onwaarschijnlijk, omdat Paulus dan uit heidens bijgeloof een dergelijke inzetting had gegeven.
 
Anderen hebben bij 'macht op haar hoofd' gedacht aan een teken van waardigheid, weer anderen aan een soort talisman tot bescherming<ref>Deze meningen worden vermeld in: A. van Veldhuizen, ''Paulus' brieven aan de Korinthiërs'' (Groningen, Den Haag: J.B. Wolters' uitgeversmaatschappij, 1922. Deel van de reeks ''Tekst en Uitleg''. Praktische Bijbelverklaring door F.M.Th. Böhl en A. van Veldhuizen), blz. 97.</ref>. De laatste gedachte is zeer onwaarschijnlijk, omdat Paulus dan uit heidens bijgeloof een dergelijke inzetting had gegeven.
'''Terwille van de engelen.''' De engelen bezien het gedrag van mannen en vrouw. Wij zien hen niet, maar zij zien ons wel. Het is van belang dat de engelen de scheppingsorde zien in de gemeente, in kleding en gedrag van de gelovigen.
 
'''Terwille van de engelen.''' Hebben we hier met een tweede beweegreden te doen? Dan zou het in dit geval aan de eerste verbonden moeten worden (die, waaraan het woord ''daarom'' herinnert) door een voegwoord als: ''en'', ''en ook'', of ''en bovendien''. Is het integendeel hetzelfde motief maar onder een anderen vorm voorgesteld? Maar dan kunnen we niet begrijpen, welk verband er is tussen de wijzen van uitdrukking, die zozeer verschillen en toch dezelfde gedachte moeten weergeven.
 
'''"Terwille van de engelen" kan men ook verstaan als een verstérking van de beweegreden.''' De engelen bezien het gedrag van mannen en vrouw. Wij zien hen niet, maar zij zien ons wel. Het is van belang dat de engelen de scheppingsorde zien in de gemeente, in kleding en gedrag van de gelovigen. De engelen waren tegenwoordig bij het werk van de schepping.
 
Volgens een mening speelden de engelen een actieve rol in de schepping en worden zij 'beledigd' door een wijze van doen, die in strijd is met de normale verhouding, die in het begin was gesteld tussen de man en de vrouw.
 
== 11 ==
Regel 356 ⟶ 362:
 
== Bron ==
F. Godet, ''Kommentaar op Paulus eersten brief aan de Corinthiërs''. Utrecht: Kemink & Zoon, 1904. Tekst van het commentaar op 1 Kor. 11 is onder wijziging verwerkt op 7 april 2020 en 4, 6, 17-1819 aug. 2021.
 
== Voetnoot ==
Cookies helpen ons onze services aan te bieden. Door onze services te gebruiken stemt u in met het gebruik van onze cookies.