Amon

Uit Christipedia

Amon (= "vakman") is in de Bijbel de naam van drie verschillende mannen. De bekendste is Amon koning van Juda.

De Hebreeuwse naam is אמון, Amoon. De eigennaam "vakman", "meester werkman"[1] of "werkmeester". Het Strongnummer is 0526. De naam komt 17x voor in het Oude Testament en verwijst naar de volgende mannen:

1. zoon en opvolger van Manasse, koning van Juda. Zijn moeder was Mesullemet uit de Judese stad Jotba. Amon heeft slechts twee jaren geregeerd en wel van 642 tot 640[2] vóór Chr. Hij was een groot afgodendienaar en werd door zijn eigen knechten gedood. 2 Kon. 21:19-25.

Sjabloon:Tijdbalk Israël 700-600 v.C.

2. bevelhebber van de stad Samaria, ten tijde van koning Achab;

3. nakomeling van een dienaar van koning Salomo; dezelfde als Ami.

Bron

P.J. Gouda Quint, Woordenboek des Bijbels, inzonderheid ten gebruike bij de Statenvertaling. Haarlem: De erven F. Bohn, 1866. Tekst van het lemma 'Amon' is op 28 dec. 2017 verwerkt.

  1. Hebreeuws-Nederlands Lexicon; op basis van Strong-coderingen. Onderdeel van de Online Bible, een uitgave van Importantia. Het is gebaseerd op het Engelstalige Online Bible Hebrew-Englisch Lexicon van Larry Pierce. 
  2. Volgens Bijbels ontstaansmodel; tijdbalk Masoreten (Stichting De Oude Wereld, 2009). 643 — 641 heeft P.J. Gouda Quint, Woordenboek des Bijbels, inzonderheid ten gebruike bij de Statenvertaling. (: De erven F. Bohn, 1866) s.v. Amon.