Ithamar: verschil tussen versies

Uit Christipedia
Toegevoegde inhoud Verwijderde inhoud
(Nieuwe pagina aangemaakt met ''''Ithamar''' of Itamar (= Kust van de Palm) was de vierde en jongste zoon van Aäron en Eliseba. Aan hem, zijn vader en zijn drie broers was de bediening van het priesterschap opgedragen (Ex. 28:1). <blockquote>''Ex 28:1 Wat u betreft, laat uw broer Aäron en zijn zonen die bij hem zijn, bij u komen uit het midden van de Israëlieten om Mij als priester te dienen: Aäron, Nadab en Abihu, Eleazar en Ithamar, de zonen van Aäron.'' (HSV)</blockquote>'''...')
 
kGeen bewerkingssamenvatting
 
(Een tussenliggende versie door dezelfde gebruiker niet weergegeven)
Regel 1: Regel 1:
'''Ithamar''' of Itamar (= Kust van de Palm) was de vierde en jongste zoon van [[Aäron]] en [[Eliseba]]. Aan hem, zijn vader en zijn drie broers was de bediening van het priesterschap opgedragen (Ex. 28:1). <blockquote>''Ex 28:1 Wat u betreft, laat uw broer Aäron en zijn zonen die bij hem zijn, bij u komen uit het midden van de Israëlieten om Mij als priester te dienen: Aäron, Nadab en Abihu, Eleazar en Ithamar, de zonen van Aäron.'' (HSV)</blockquote>'''Naam.''' De Hebreeuwse naam is איתמר, ''Iythamar''. De eigennaam betekent 'Palmkust'<ref>''Hebreeuws-Nederlands Lexicon; op basis van Strong-coderingen.'' Onderdeel van de Online Bible, een uitgave van Importantia. Het is gebaseerd op het Engelstalige ''Online Bible Hebrew-Englisch Lexicon'' van Larry Pierce. </ref>, 'Kust van de Palm(boom)'<ref>James Strong, ''The Exhaustive Concordance of the Bible'' (1890). </ref> en komt 21x voor in de Bijbel, in het [[Oude Testament]]. Het [[strongnummer]] is H385.
'''Ithamar''' of ''Itamar'' (= Kust van de Palm) was de vierde en jongste zoon van [[Aäron]] en [[Eliseba]]. Aan hem, zijn vader en zijn drie broers was de bediening van het priesterschap opgedragen (Ex. 28:1). <blockquote>''Ex 28:1 Wat u betreft, laat uw broer Aäron en zijn zonen die bij hem zijn, bij u komen uit het midden van de Israëlieten om Mij als priester te dienen: Aäron, Nadab en Abihu, Eleazar en Ithamar, de zonen van Aäron.'' (HSV)</blockquote>'''Naam.''' De Hebreeuwse naam is איתמר, ''Iythamar''. De eigennaam betekent 'Palmkust'<ref>''Hebreeuws-Nederlands Lexicon; op basis van Strong-coderingen.'' Onderdeel van de Online Bible, een uitgave van Importantia. Het is gebaseerd op het Engelstalige ''Online Bible Hebrew-Englisch Lexicon'' van Larry Pierce. </ref>, 'Kust van de Palm(boom)'<ref>James Strong, ''The Exhaustive Concordance of the Bible'' (1890). </ref> en komt 21x voor in de Bijbel, in het [[Oude Testament]]. Het [[strongnummer]] is H385.
{{Stamboom Aäron}}
{{Stamboom Aäron}}
Na de dood van Nadab en Abihu bleven hij en Eleazar alleen over, om de priesterlijke waardigheid te bekleden. Tot op Eli was het hogepriesterschap in het geslacht van Eleazar, toen ging het in dat van Ithamar over, maar niet voor lange tijd, daar reeds ten tijde van [[Salomo]] [[Abjathar]] de laatste was, die uit dit geslacht tot deze betrekking verheven werd.
Na de dood van Nadab en Abihu bleven hij en Eleazar alleen over, om de priesterlijke waardigheid te bekleden. Tot op Eli was het hogepriesterschap in het geslacht van Eleazar, toen ging het in dat van Ithamar over, maar niet voor lange tijd, daar reeds ten tijde van [[Salomo]] [[Abjathar]] de laatste was, die uit dit geslacht tot deze betrekking verheven werd.
Regel 8: Regel 8:
P.J. Gouda Quint, ''Woordenboek des Bijbels, inzonderheid ten gebruike bij de Statenvertaling''. Haarlem: De erven F. Bohn, 1866. Tekst van het lemma 'Ithamar' is onder wijziging verwerkt op 8 jan. 2022.
P.J. Gouda Quint, ''Woordenboek des Bijbels, inzonderheid ten gebruike bij de Statenvertaling''. Haarlem: De erven F. Bohn, 1866. Tekst van het lemma 'Ithamar' is onder wijziging verwerkt op 8 jan. 2022.


== Voetnoot ==
== Voetnoten ==

Huidige versie van 3 okt 2022 om 12:46

Ithamar of Itamar (= Kust van de Palm) was de vierde en jongste zoon van Aäron en Eliseba. Aan hem, zijn vader en zijn drie broers was de bediening van het priesterschap opgedragen (Ex. 28:1).

Ex 28:1 Wat u betreft, laat uw broer Aäron en zijn zonen die bij hem zijn, bij u komen uit het midden van de Israëlieten om Mij als priester te dienen: Aäron, Nadab en Abihu, Eleazar en Ithamar, de zonen van Aäron. (HSV)

Naam. De Hebreeuwse naam is איתמר, Iythamar. De eigennaam betekent 'Palmkust'[1], 'Kust van de Palm(boom)'[2] en komt 21x voor in de Bijbel, in het Oude Testament. Het strongnummer is H385.

Geslachtslijn
Amram
 
Jochebed
 
 
 
 
 
 
 
 
 
 
 
 
 
 
 
 
 
 
 
 
 
 
 
 
 
 
 
 
 
 
 
 
 
 
 
 
 
 
 
 
 
Aäron
 
Eliseba
 
Mozes
 
Mirjam
 
 
 
 
 
 
 
 
 
 
 
 
 
 
 
 
 
 
 
 
 
 
 
 
 
 
 
 
 
 
 
 
 
 
 
 
 
 
 
 
 
 
 
 
Nadab
 
Abihu
 
Eleazar
 
Putiël
 
Ithamar
 
 
 
 
 
 
 
 
 
 
 
 
 
 
 
 
 
 
 
 
 
 
 
 
 
 
 
 
 
Pinehas
 
 
 
 
 
 
 
 
 
 
 
 
 
 
 
 
 
 
 
 
 
 
 
 
 
 
 
 
Abisua
 

Na de dood van Nadab en Abihu bleven hij en Eleazar alleen over, om de priesterlijke waardigheid te bekleden. Tot op Eli was het hogepriesterschap in het geslacht van Eleazar, toen ging het in dat van Ithamar over, maar niet voor lange tijd, daar reeds ten tijde van Salomo Abjathar de laatste was, die uit dit geslacht tot deze betrekking verheven werd.

Van de 24 afdelingen, waarin later de priesters verdeeld werden, bestonden 8 uit de afstammelingen van Ithamar, 16 uit die van Eleazar, waaruit de grotere talrijkheid van de laatsten blijkt.

Bron

P.J. Gouda Quint, Woordenboek des Bijbels, inzonderheid ten gebruike bij de Statenvertaling. Haarlem: De erven F. Bohn, 1866. Tekst van het lemma 'Ithamar' is onder wijziging verwerkt op 8 jan. 2022.

Voetnoten

  1. Hebreeuws-Nederlands Lexicon; op basis van Strong-coderingen. Onderdeel van de Online Bible, een uitgave van Importantia. Het is gebaseerd op het Engelstalige Online Bible Hebrew-Englisch Lexicon van Larry Pierce.
  2. James Strong, The Exhaustive Concordance of the Bible (1890).