Mattheüs 27, een hoofdstuk van het Evangelie naar Mattheüs, wordt hier samengevat en/of een of meer passages ervan worden becommentarieerd.

Hoofdstukken die zijn samengevat en/of passages ervan becommentarieerd:
Mattheüs: 1 · 2 · 3 · 4 · 5 · 6 · 7 · 8 · 9 · 10 · 11 · 12 · 13 · 14 · 15 · 16 · 17 · 18 · 19 · 20 · 21 · 22 · 23 · 24 · 25 · 26 · 27 · 28

26

Mt 27:26  Toen liet hij hun Barabbas los, maar Jezus geselde hij en leverde Hem over om gekruisigd te worden. (Telos)

Vergelijk:

Pre 7:15 Dit alles heb ik gezien in de dagen mijner ijdelheid; er is een rechtvaardige, die in zijn gerechtigheid omkomt; daarentegen is er een goddeloze, die in zijn boosheid [zijn] [dagen] verlengt. (SV)

34

Mt 27:34 gaven zij Hem wijn met gal gemengd te drinken; en toen Hij die had geproefd, wilde Hij niet drinken. (Telos)

Gaven zij Hem wijn met gal gemengd te drinken. David schreef dat hij gespijzigd werd met 'gal'.

Ps 69:21 (69:22) Ja, zij hebben mij gal als mijn voedsel gegeven, in mijn dorst hebben zij mij zure wijn laten drinken. (HSV)

Hiermee voorzegde hij iets van het lijden dat over Christus, de zoon van David, zou komen.

Wijn, vermengd met gal, is een bedwelmend, verdovend middel. Het werd Jezus gegeven volgens Joods gebruik, om de ter dood veroordeelde een drank van bedwelmende uitwerking toe te reiken, opdat daardoor de pijnen minder zouden worden gevoeld. Vergelijk:

Spr 31:6  Geef sterkedrank aan wie dreigt om te komen, en wijn aan hen die bitter bedroefd van ziel zijn. (HSV)

Wat is de 'gal' die Jezus kreeg? Een opvatting zegt: mirre en andere bittere stoffen[1].

En toen Hij die had geproefd, wilde Hij niet drinken. Hij wilde Zich niet laten bedwelmen, maar met helder bewustzijn het over Hem beschikte lijden doorstaan[2], terwijl Hij later, onmiddellijk vóór het sterven, een dronk nam van de gewone soldatenwijn (Mt. 27:48).  

40

Mt 27:40  en zeiden: U die het tempelhuis afbreekt en in drie dagen opbouwt, verlos Uzelf, als U Gods Zoon bent, en kom van het kruis af! (Telos)

Als U Gods Zoon bent. Een beschuldiging was dat Jezus zichzelf Gods Zoon had gemaakt.

Joh 19:7  De Joden antwoordden hem: Wij hebben een wet en naar die wet behoort Hij te sterven, omdat Hij Zichzelf Gods Zoon heeft gemaakt. (Telos)

54

Mt 27:54  Toen nu de hoofdman en zij die met hem Jezus bewaakten, de aardbeving zagen en de dingen die waren gebeurd, werden zij zeer bang en zeiden: Waarlijk, Deze was Gods Zoon! (Telos)

Waarlijk, Deze was Gods Zoon! Zie ook vs. 40. De hoofdman en de bewakers hadden kennelijk de beschuldiging, dat Jezus voor Gods Zoon doorging, vernomen, maar zij kwamen tot een andere gevolgtrekking: Hij was werkelijk Gods Zoon.

Voetnoten

  1. Karl August Dächsel; F. P. L. C. van Lingen; H. van Griethuijsen, Antz. et al, Bijbel, of De geheele Heilige Schrift, bevattende al de kanonieke boeken van het Oude en Nieuwe Testament (volgens de Staten-overzetting): met in den tekst ingelaschte verklaringen en aanmerkingen van de beroemdste godgeleerden uit alle tijden (Kampen: Bos, 1893-1901), commentaar op Matth. 27:34. Enige tekst hiervan is onder wijziging verwerkt op 28 nov. 2021.
  2. Dr. ir. J. de Graaf e.a. (red.), Tekst voor Tekst; de Heilige Schrift kort verklaard en toegelicht (Boekencentrum, 1987), commentaar bij Matth. 27:34.