Ezechiël 33 is een hoofdstuk van Ezechiël, een geschrift in de Bijbel, en telt 33 verzen.

Hoofdstukken van Ezechiël samengevat en/of becommentarieerd: · 1 · 2 · 3 · 4 · 5 · 6 · 7 · 8 · 9 · 10 · 11 · 12 · 13 · 14 · 15 · 16 · 17 · 18 · 19 · 20 · 21 · 22 · 23 · 24 · 25 · 26 · 27 · 28 · 29 · 30 · 31 · 32 · 33 · 34 · 35 · 36 · 38
Verzen van Ezechiël 33 becommentarieerd: · 21

Samenvatting

21

Ezechiël 33:21 En het geschiedde in het twaalfde jaar onzer gevankelijke wegvoering, in de tiende [maand], op den vijfden der maand, [dat] [er] een tot mij kwam, die van Jeruzalem ontkomen was, zeggende: De stad is geslagen. (SV)

In het twaalfde jaar. D.i. het 12e jaar na de wegvoering van Ezechiël met koning Jojachin in 597 v.C.: het jaar 585/584 v.Chr.

== In de tiende maand. D.i. december 586 of januari 585 v.Chr., ongeveer 5 maanden na de val van Jeruzalem[1].

650 — 600 v.C. < Israël 600 — 550 v.C.[2] > 550 — 500 v.C.
BelsazarKoresEvilmerodachHofraEzechiël (Bijbelboek)ZedekiaJojachinRechabietenNebukadnezarJojakimNechoDaniël (profeet)Jeremia (profeet)

27 ==

Ezechiël 33:27  Alzo zult gij tot hen zeggen: De Heere HEERE zegt alzo: [Zo] [waarachtig] [als] Ik leef, indien niet, die in die woeste plaatsen zijn, door het zwaard zullen vallen, en [zo] Ik [niet] dien, die in het open veld is, het wild gedierte overgeve, dat het hem vrete, en die in de vestingen en in de spelonken zijn, door de pestilentie zullen sterven! (SV)

Zwaard ... wild gedierte ... pestilentie. Drie strafgerichten die God gewoonlijk uitvoert. Een vierde is hongersnood.

  1. Dr. ir. J. de Graaf e.a. (red.), Tekst voor Tekst; de Heilige Schrift kort verklaard en toegelicht (Boekencentrum, 1987).
  2. De jaartallen zijn merendeels ontleend aan Bijbels ontstaansmodel; tijdbalk Masoreten (Stichting De Oude Wereld, 2009).