Ezechiël 30

Uit Christipedia

Ezechiël 30 is een hoofdstuk van Ezechiël, een geschrift in de Bijbel, en telt 26 verzen.

Hoofdstukken van Ezechiël samengevat en/of becommentarieerd: · 1 · 2 · 3 · 4 · 5 · 6 · 7 · 8 · 9 · 10 · 11 · 12 · 13 · 14 · 15 · 16 · 17 · 18 · 19 · 20 · 21 · 22 · 23 · 24 · 25 · 26 · 27 · 28 · 29 · 30 · 31 · 32 · 33 · 34 · 38
Verzen van Ezechiël 30 becommentarieerd: · 4 · 5 · 6 · 20

Samenvatting

Nebukadnezar zal Egypte veroveren. 1-9 Ezechiël moet opwekken tot een weeklacht over Egypte; want Jahweh's oordeel zal voltrokken worden aan dat land en zijn naburen door het zwaard, zodat Koesj er van siddert. 10-19 Nebukadnezar zal Egypte ontvolken, het land, door de vreemden tot een woestenij gemaakt, zal aan herders verkocht worden. God zal de drekgoden verdoen. Alle vorsten zullen uit Egypte uitgevoerd, de inwoners gedood of krijgsgevangen gemaakt worden; zo wordt Jahweh’s vonnis voltrokken. 20-26 De profeet moet verkondigen dat Jahweh de arm van Farao gebroken heeft en dat die niet geheeld wordt, daarna voorzeggen dat Jahweh beide armen van Farao breken, hem dus ontwapenen en de Egyptenaren over de aarde verstrooien zal; daarentegen zal Hij de armen van Babels koning sterken; zodat hij, Jahweh’s zwaard voerend, Farao slaat en deze voor hem kermt, terwijl Egypte’s bevolking verstrooid wordt.

4

4 En het zwaard zal komen in Egypte, en er zal grote smart zijn in Morenland, als de verslagenen zullen vallen in Egypte; want zij zullen derzelver menigte wegnemen, en haar fondamenten zullen verbroken worden. (SV) 

Het zwaard. Zie vs. 5

Menigte. Niet van mensen, maar van goederen, waardevolle zaken.

Ezechiël 29: 19 Daarom, zo zegt de Heere HEERE: Zie, Ik zal Nebukadrezar, den koning van Babel, Egypteland geven; en hij zal deszelfs menigte wegvoeren, en deszelfs buit buiten, en deszelfs roof roven, en het zal het loon zijn voor zijn heir.


5

5 Morenland, en Put, en Lud, en al de gemengde hoop, en Cub, en de kinderen van het land des verbonds zullen met hen vallen door het zwaard. (SV) 

Deze volkeren ondersteunden Egypte (vs.6).

Het zwaard. Zie vs. 4.

6

6 Zo zegt de HEERE: Ja, zij zullen vallen, die Egypte ondersteunen, en de hovaardij harer sterkte zal nederdalen; van Migdol tot Syene zullen zij daarin door het zwaard vallen, spreekt de Heere HEERE. (SV) 

Die Egypte ondersteunen. Zie vs. 5.

Van Migdol tot Syene. D.i. van Noord- tot Zuid-Egypte. Syene lag aan de grens met zuiderbuur Koesj.

20

Eze 30:20 Ook gebeurde het in het elfde jaar, in de eerste [maand], op den zevenden der maand, [dat] het woord des HEEREN tot mij geschiedde, zeggende: (SV)

Het elfde jaar. D.i. het 11e jaar na de wegvoering van Ezechiël met koning Jojachin in 597 v.C.: het jaar 586/585 v.Chr.

650 — 600 v.C. < Israël 600 — 550 v.C.[2] > 550 — 500 v.C.
BelsazarKoresEvilmerodachHofraEzechiël (Bijbelboek)ZedekiaJojachinRechabietenNebukadnezarJojakimNechoDaniël (profeet)Jeremia (profeet)

Bron

Leidsche Vertaling (1914). Tekst van de samenvatting van Ezechiël 30 is onder wijziging verwerkt op 29 feb. 2024.

Voetnoot

  1. De jaartallen zijn merendeels ontleend aan Bijbels ontstaansmodel; tijdbalk Masoreten (Stichting De Oude Wereld, 2009).
  2. De jaartallen zijn merendeels ontleend aan Bijbels ontstaansmodel; tijdbalk Masoreten (Stichting De Oude Wereld, 2009).