Ezechiël 27
Ezechiël 27 is een hoofdstuk van Ezechiël, een geschrift in de Bijbel, en telt 36 verzen.
■ Hoofdstukken van Ezechiël samengevat en/of becommentarieerd: · 1 · 2 · 3 · 4 · 5 · 6 · 7 · 8 · 9 · 10 · 11 · 12 · 13 · 14 · 15 · 16 · 17 · 18 · 19 · 20 · 21 · 22 · 23 · 24 · 25 · 26 · 27 · 28 · 29 · 30 · 31 · 32 · 33 · 34 · 35 · 36 · 37 · 38 · 39 · 40 · 41 |
■ Verzen van Ezechiël 27 becommentarieerd: · 8 · 11 |
Samenvatting
Klaaglied over Tyrus. 1-2 De profeet moet een klaagzang over Tyrus aanheffen. 2-9 Het roemde in zijn schoonheid, want aan een prachtig en uitstekend bemand schip was het gelijk. 10-11 Door buitenlandse troepen werd de stad verdedigd. 12-25 Handelaars uit alle landen voorzagen haar markt met allerlei goederen. 26-27 Zo, rijk beladen, in volle zee, doet een storm haar met man en goed te gronde gaan. 28-36 Op de noodkreet van de schepelingen beven alom de zeevarenden, gaan aan land, bedrijven rouw over Tyrus en heffen een klaagzang over haar aan. U, die volken en vorsten rijk maakte, bent nu het voorwerp van aller ontzetting geworden.
8
8 De inwoners van Sidon en Arvad waren uw roeiers; uw wijzen, o Tyrus! [die] in u waren, die waren uw schippers. (SV)
Arvad. Zie vs. 11
11
11 De kinderen van Arvad en uw heir waren rondom op uw muren, en de Gammadieten waren op uw torens; hun schilden hingen zij rondom aan uw muren; die maakten uw schoonheid volkomen. (SV)
Arvad. Zie vs. 8.
Bron
Leidsche Vertaling (1914). Tekst van de samenvatting van Ezechiël 27 is onder wijziging verwerkt op 23 jan. 2024.