Romeinen 1

Versie door Kees Langeveld (overleg | bijdragen) op 8 sep 2018 om 14:00 (Nieuwe pagina aangemaakt met '{{Commentaar hoofdstuk}} == Rom. 1:1 == Ro 1:1 Paulus, slaaf van Christus Jezus, geroepen apostel, afgezonderd tot het evangelie van God (TELOS) '''Slaaf ... apos...')
(wijz) ← Oudere versie | Huidige versie (wijz) | Nieuwere versie → (wijz)
Oude Testament: Ge · Ex · Le · De · Joz · Ri · Ru · 1Sa · 2Sa · 1Ko · 2Ko · 1Kr · 2Kr · Ezr · Ne · Est · Job · Ps · Sp · Pr · Hgl · Jes · Jer · Kla · Eze · Da · Hos · Joë · Am · Ob · Jon · Mi · Na · Hab · Zef · Hag · Za · Mal.
Nieuwe Testament: Mt · Mr · Lk · Jh · Hn · Rm · 1Ko · 2Ko · Gl · Ef · Fp · Col · 1Th · 2Th · 1Tm · 2Tm · Tit · Fm · Hb · Jk · 1Pe · 2Pe · 1Jh · 2Jh · 3Jh · Jd · Opb.

Romeinen 1:


Romeinen 1 wordt hieronder samengevat en/of een of meer passages worden becommentarieerd.

Rom. 1:1

Ro 1:1 Paulus, slaaf van Christus Jezus, geroepen apostel, afgezonderd tot het evangelie van God (TELOS)

Slaaf ... apostel. Zijn gehoorzaamheid, niet zijn waardigheid stelt hij voorop wanneer Paulus zich voorstelt.

Geroepen. Het geroepen-zijn komt in dit hoofdstuk meermaals naar voren.

Afgezonderd tot het evangelie van God. Om dat te verkondigen en te verklaren, wat hij ook verderop in deze brief zal doen. Hij verlangde en was bereid 'ook aan u die in Rome bent, het evangelie te verkondigen' (1:15).

Rom. 1:2

Ro 1:2  (dat Hij tevoren had beloofd door zijn profeten in heilige Schriften) Ro 1:3  aangaande zijn Zoon (die geworden is uit het geslacht van David naar het vlees, Ro 1:4  die verklaard is als Gods Zoon in kracht naar de Geest van de heiligheid, door dodenopstanding), Jezus Christus onze Heer (TELOS)

Tevoren had beloofd. Het evangelie is geen bedenksel van Paulus of andere apostelen; het was al in het Oude Testament beloofd.

Naar het vlees. Jezus' goddelijke oorsprong is niet vleselijk. Hij is de eeuwige Zoon van God. En Hij is mens geworden en ook als zodanig is Hij een (menselijke) zoon van God.

'Naar het vlees' lijkt hier te worden onderscheiden van 'Naar de Geest'.

Verklaard is. Gebleken, onomstotelijk aangetoond, zelfs verklaard door engelen. "Hij is hier niet, want Hij is opgewekt zoals Hij heeft gezegd. Komt hier, ziet de plaats waar de Heer gelegen heeft." (Mt 28:6 TELOS)

In kracht naar de Geest van de heiligheid. Hij is gekruisigd in zwakheid, maar opgestaan in kracht.

De Geest van de heiligheid, dat is de Heilige Geest. De Geest heiligt ons en leert ons heilig te leven.

Jezus is gedood in het vlees, maar levend gemaakt in de Geest.

1Pe 3:18 Want ook Christus heeft eenmaal voor de zonden geleden, de Rechtvaardige voor de onrechtvaardigen, opdat Hij ons tot God zou brengen; Hij die wel gedood is in het vlees, maar levend gemaakt in de Geest. (TELOS)

De Heer Jezus heeft zich "door de eeuwige Geest Zichzelf vlekkeloos aan God geofferd" (Hebr. 9:14). "Hij die geopenbaard is in het vlees, gerechtvaardigd in de Geest, gezien door de engelen, gepredikt onder de volken, geloofd in de wereld, opgenomen in heerlijkheid." (1 Tim. 3:16).

Ro 8:10 Maar als Christus in u is, dan is het lichaam wel dood vanwege de zonde, maar de Geest is leven vanwege de gerechtigheid. Ro 8:11 En als de Geest van Hem die Jezus uit de doden heeft opgewekt, in u woont, dan zal Hij die Christus uit de doden heeft opgewekt, ook uw sterfelijke lichamen levend maken door zijn Geest die in u woont. (TELOS)

Rom. 1:5

Ro 1:5  door Wie wij genade en het apostelschap ontvangen hebben voor zijn naam, tot geloofsgehoorzaamheid onder alle volken (TELOS)

Genade. Eerst wordt de genade genoemd, dan de opgave.

Geloofsgehoorzaamheid kan misschien twee dingen beduiden:

1) tot geloof komen is een daad van gehoorzaamheid. God beveelt dat we in zijn Zoon geloven.

2) geloven gaat vervolgens gepaard met een leven van gehoorzaamheid. Nadat we tot geloof zijn gekomen, dienen we God in gehoorzaamheid.

Ro 16:25 Hem nu die machtig is u te bevestigen naar mijn evangelie en de prediking van Jezus Christus, naar de openbaring van de verborgenheid, die in de tijden van de eeuwen verzwegen is geweest, Ro 16:26 maar die nu is geopenbaard en door profetische Schriften, naar het bevel van de eeuwige God, tot geloofsgehoorzaamheid aan alle volken is bekend gemaakt, (TELOS)

Rom. 1:6

Ro 1:6  (waartoe ook u behoort, geroepenen van Jezus Christus) (TELOS)

Geroepenen. Paulus is een 'geroepen apostel' (1:1), de gelovigen in Rome zijn 'geroepen heiligen' (1:7). Zij zijn geroepenen van Jezus Christus, ze hebben Zijn stem gehoord en gehoorzaamd en behoren Hem toe.

Rom. 1:7

Ro 1:7  aan alle geliefden van God die in Rome zijn, geroepen heiligen: genade zij u en vrede van God onze Vader en van de Heer Jezus Christus. (TELOS)

Geliefden van God. Paulus kende (de meesten van) hen niet persoonlijk, maar hij wist dat God hen liefhad.

Heiligen. Zij zijn afgezonderd voor God, geheiligd, en zijn ook geroepen om heilig te leven.

En van de Heer Jezus Christus. Ook Hij geeft, in eenheid met de Vader, genade en vrede. Dat kan alleen als ook Hij alomtegenwoordig en almachtig is.

Rom. 1:8

Ro 1:8  Allereerst dank ik mijn God door Jezus Christus over u allen, omdat uw geloof wordt rond verteld in de hele wereld. (TELOS)

Er zijn niet alleen gelovigen in de hoofdstad, het centrum van de Romeinse heerschappij, maar ze geven ook blijk van hun geloof, wat in het hele rijksgebied wordt verteld. Het is ook Paulus, die in Korinthe verblijft, ter ore gekomen.

Rom. 1:9-10

Ro 1:9  Want God, die ik dien in mijn geest in het evangelie van zijn Zoon, is mijn getuige hoe ik onophoudelijk u gedenk, Ro 1:10  terwijl ik altijd in mijn gebeden bid of ik wellicht nu eens door de wil van God het voorrecht mocht hebben tot u te komen. (TELOS)

Die ik dien in mijn geest. De verkondiging van het evangelie is geen lichamelijke arbeid, maar een geestelijke dienst.

Rom. 1:11-12

Ro 1:11  Want ik verlang zeer u te zien, om u enige geestelijke genadegave mee te delen tot uw versterking; Ro 1:12  dat is, om in uw midden mee vertroost te worden door elkaars geloof, zowel dat van u als dat van mij. (TELOS)

Paulus was niet zelfgenoegzaam: ook hij had de troost en steun van medegelovigen nodig.

Rom. 1:13-14

Ro 1:13  Maar ik wil niet dat u onbekend is, broeders, dat ik mij dikwijls voorgenomen heb tot u te komen (en tot nu toe verhinderd ben), om ook onder u enige vrucht te hebben, evenals onder de overige volken. Ro 1:14  Van Grieken en barbaren, van wijzen en onwetenden ben ik een schuldenaar. (TELOS)

Grieken en barbaren. “Grieken” zijn hier allen die deel hebben aan de Grieks-Romeinse beschaving van die tijd en die Grieks konden spreken. De Grieken noemden alle anderen, die geen Grieks kenden, “barbaren”. Ook de Joden waren “barbaren.” De Joden noemden alle anderen “heidenen”. We kunnen hier dan ook denken aan de tegenstelling: wijzen en onwetenden, beschaafden en onbeschaafden, geletterden en ongeletterden. “Grieken en barbaren” duidt dus het hele mensdom aan.

Elders komt het woord “Griek” bij Paulus ook voor naast “Jood”, dan duidt het de niet-Joden aan.

Rom. 1:16

Ro 1:16  Want ik schaam mij niet voor het evangelie; want het is Gods kracht tot behoudenis voor ieder die gelooft, eerst voor de Jood, en ook voor de Griek. (TELOS)

Gods kracht tot behoudenis. Het werkt krachtig aan harten en gewetens en brengt mensen tot geloof in de Heiland der wereld, zodat ze behouden worden.

Eerst voor de Jood. Dat blijft belangrijk en behoudt prioriteit tot in de toekomst, wanneer 144.000 duizend uit Israël zullen worden afgezonderd, wellicht, gelijk Paulus, tot het evangelie van God.

Rom. 1:17

Ro 1:17 Want gerechtigheid Gods wordt daarin geopenbaard uit geloof tot geloof, gelijk geschreven staat: De rechtvaardige zal uit geloof leven. (NBG51)

Geopenbaard. Het evangelie is een openbaring van Gods gerechtigheid, zij het dat het al in het Oude Testament is aangeduid, maar de volle waarheid is nu openbaar geworden.

Uit geloof geloof tot geloof. 'Uit', Grieks: ek. Op grond van geloof. Op grond geloof worden wij gerechtvaardigd. Eenmaal gerechtvaardigd leven wij vervolgens uit geloof.

De rechtvaardige. In het verband van Paulus' woorden: hij of zij die op grond van geloof rechtvaardig is verklaard.

Uit geloof leven. Leven in het vertrouwen op God.

Rom. 1:18

Ro 1:18 Want toorn van God wordt van de hemel geopenbaard over alle goddeloosheid en ongerechtigheid van mensen die de waarheid in ongerechtigheid bezitten; (TELOS)

De toorn van God blijkt onder meer hieruit, dat hij mensen overgeeft aan hun schadelijke (bijvoorbeeld homoseksuele) begeerten, zie in het vervolg.

Rom. 1:20

Ro 1:20 -want van de schepping van de wereld af worden wat van Hem niet gezien kan worden, zijn eeuwige kracht en Goddelijkheid, uit zijn werken met inzicht doorzien -,opdat zij niet te verontschuldigen zijn, (TELOS)

Goddelijkheid. Grieks θειοτης theiotes. Hier wordt, aldus de aantekening in de Telos-vertaling, bedoeld Zijn Goddelijk karakter, Zijn Goddelijke natuur, niet Godheid in absolute zin zoals in Col. 2:9, waar staat dat gehele volheid van de 'Godheid' (theiotes) lichamelijk in Jezus woont.

Met inzicht doorzien. Met het verstand, het denkvermogen worden ingezien, doorzien. De tekst is een vertaling van twee werkwoorden kathorao en noeo.

Niet te verontschuldigen. Ze kunnen zich niet beroepen op de onkenbaarheid van God. God is weliswaar verborgen, maar niet geheel verborgen. Hij heeft iets van Zichzelf geopenbaard. Het volgende vers maakt hun schuld duidelijk: schuld door verzuim.

Rom. 1:22-23

Ro 1:22 Bewerend wijzen te zijn, zijn zij dwaas geworden Ro 1:23 en hebben de heerlijkheid van de onvergankelijke God vervangen door iets dat lijkt op het beeld van een vergankelijk mens, van vogels, van viervoetige en van kruipende dieren. (TELOS)

Bewerend wijzen te zijn. In de Griekse cultuurkring waren zogenaamde wijzen. Zij is de bakermat van vet westerse wijsgerige denken.

Iets dat lijkt op het beeld van een vergankelijk mens. De afgodsbeelden van de Grieken en Romeinen waren nogal mensvormig. Zelfs menselijke ondeugden werden de goden toegeschreven.