Oude Testament: Ge · Ex · Le · De · Joz · Ri · Ru · 1Sa · 2Sa · 1Ko · 2Ko · 1Kr · 2Kr · Ezr · Ne · Est · Job · Ps · Sp · Pr · Hgl · Jes · Jer · Kla · Eze · Da · Hos · Joë · Am · Ob · Jon · Mi · Na · Hab · Zef · Hag · Za · Mal.
Nieuwe Testament: Mt · Mr · Lk · Jh · Hn · Rm · 1Ko · 2Ko · Gl · Ef · Fp · Col · 1Th · 2Th · 1Tm · 2Tm · Tit · Fm · Hb · Jk · 1Pe · 2Pe · 1Jh · 2Jh · 3Jh · Jd · Opb.

2 Korinthiërs:


Hoofdstuk 6 wordt hieronder samengevat en/of een of meer passages worden becommentarieerd.

2 Kor. 6:2

2Co 6:2 (want Hij zegt: ‘In de aangename tijd heb Ik u verhoord en op de dag van de behoudenis heb Ik u geholpen’: zie, nu is het de welaangename tijd, zie, nu is het de dag van de behoudenis), (TELOS)

De aangename tijd ... de dag van de behoudenis ... de welaangename tijd. Lijken uitdrukkingen te zijn die de bedeling van Gods genade aanduiden. Vergelijk 'het aangename jaar van de Heer' (Luc. 4:19).

Lu 4:18 ‘De Geest van de Heer is op Mij, doordat Hij Mij heeft gezalfd om aan armen het evangelie te verkondigen; Hij heeft Mij gezonden Lu 4:19 om aan gevangenen loslating te prediken en aan blinden het gezicht, om verbrokenen heen te zenden in vrijlating, om te prediken het aangename jaar van de Heer’. (TELOS)

2 Kor. 6:8

2Co 6:8 door heerlijkheid en oneer, door kwaad gerucht en goed gerucht; als verleiders en toch waarachtigen; (TELOS)

Verleiders. Paulus en de zijnen werden soms als verleiders gezien. De overpriesters en de farizeeën noemden Jezus, de Waarachtige, tegenover Pilatus een verleider.

Mt 27:63 en zeiden: Heer, wij hebben ons herinnerd dat deze verleider, toen Hij nog leefde, heeft gezegd: Na drie dagen word Ik opgewekt. (TELOS)

2 Kor. 6:9

2Co 6:9 als onbekenden en toch bekenden; als stervend, en zie, wij leven; als getuchtigd en toch niet gedood; (TELOS)

Als stervend. Vergelijk:

2Co 4:10 altijd het sterven van Jezus in het lichaam omdragend, opdat ook het leven van Jezus in ons lichaam openbaar wordt. 2Co 4:11 Want wij die leven, worden altijd aan de dood overgegeven om Jezus’ wil, opdat ook het leven van Jezus openbaar wordt in ons sterfelijk vlees. 2Co 4:12 De dood werkt dus in ons, maar het leven in u. (TELOS)

2 Kor. 6:10

2Co 6:10 als bedroefd, maar altijd blij; als arm, maar velen rijk makend; als niets hebbend en toch alles bezittend. (TELOS)

Rijk makend. Geestelijk rijk makend, door hen tot de Heiland te leiden, die hen hersteld tot kinderen van God en begiftigd met eeuwig leven en een hemelse erfenis.

Alles bezittend. In Christus.

1Co 3:21 Laat daarom niemand in mensen roemen; want alles is van u: 1Co 3:22 hetzij Paulus, hetzij Apollos, hetzij Kefas, hetzij wereld, hetzij leven, hetzij dood, hetzij tegenwoordige, hetzij toekomstige dingen, alles is van u; (TELOS)

2 Kor. 6:14 Ongelijk juk

2Co 6:14 Gaat niet met ongelovigen onder een ongelijk juk. Want welk deelgenootschap hebben gerechtigheid en wetteloosheid? Of welke gemeenschap heeft licht met duisternis? (TELOS)

Gaat niet met ongelovigen onder een ongelijk juk. Vergelijk de 'huwelijksvoorwaarde' die Paulus stelt:

1Co 7:39 Een vrouw is verbonden zolang haar man leeft; maar als haar man ontslapen is, is zij vrij om te trouwen met wie zij wil, mits in de Heer. (TELOS)

2 Kor. 5:19 God was verzoenend

2Co 5:19 namelijk dat God in Christus de wereld met Zichzelf verzoenend was, terwijl Hij hun overtredingen hun niet toerekende en in ons het woord van de verzoening legde. (TELOS)

Met Zichzelf verzoenend was. God heeft alles gedaan om de wereld met Zichzelf te verzoenen. De mensen hebben die verzoening wel aan te nemen.

2Co 5:20 Wij zijn dan gezanten voor Christus, terwijl God als het ware door ons maant. Wij bidden voor Christus: Laat u met God verzoenen. (TELOS)

Terwijl Hij hun overtredingen hun niet toerekende. Zijn doel was verzoening, niet vergelding. De Heer Jezus kwam niet om de wereld te oordelen, maar om de wereld te verzoenen.

Vergelijk:

Hnd 17:30 Met voorbijzien dan van de tijden der onwetendheid beveelt God nu aan de mensen, dat zij zich allen overal moeten bekeren, (TELOS)

In ons het woord van de verzoening legde. Om dat te verkondigen en de mensen op te roepen zich met God te laten verzoenen. In het vorige vers spreekt van 'de bediening van de verzoening'.

2 Kor. 5:21 Tot zonde gemaakt

2Co 5:21 Hem die geen zonde gekend heeft, heeft Hij voor ons [tot] zonde gemaakt, opdat wij zouden worden gerechtigheid van God in Hem. (TELOS)

Geen zonde gekend heeft. Hij was zondeloos: zonder zonde, zonder zondige natuur.

Voor ons [tot] zonde gemaakt. Onze overtredingen werden Hem toegerekend. Hij werd als een zondaar behandeld en geoordeeld. Hij droeg onze zonden in zijn lichaam aan het kruis. De straf voor onze zonden was op Hem (Jes. 53). Hij hing aan het kruis tussen twee rovers, Hij werd tot de misdadigers gerekend.