Hebreeën 11

Uit Christipedia
Versie door Kees Langeveld (overleg | bijdragen) op 27 apr 2019 om 09:24 (Nieuwe pagina aangemaakt met '{{Commentaar hoofdstuk}} De schrijver handelt over geloven en geeft historische voorbeelden van geloven, van - kan men zeggen - 'geloofshelden'. De reden is het ri...')
(wijz) ← Oudere versie | Huidige versie (wijz) | Nieuwere versie → (wijz)
Oude Testament: Ge · Ex · Le · De · Joz · Ri · Ru · 1Sa · 2Sa · 1Ko · 2Ko · 1Kr · 2Kr · Ezr · Ne · Est · Job · Ps · Sp · Pr · Hgl · Jes · Jer · Kla · Eze · Da · Hos · Joë · Am · Ob · Jon · Mi · Na · Hab · Zef · Hag · Za · Mal.
Nieuwe Testament: Mt · Mr · Lk · Jh · Hn · Rm · 1Ko · 2Ko · Gl · Ef · Fp · Col · 1Th · 2Th · 1Tm · 2Tm · Tit · Fm · Hb · Jk · 1Pe · 2Pe · 1Jh · 2Jh · 3Jh · Jd · Opb.

Hebreeën 11:


Hebreeën 11 wordt hieronder samengevat en/of een of meer passages worden becommentarieerd.

De schrijver handelt over geloven en geeft historische voorbeelden van geloven, van - kan men zeggen - 'geloofshelden'. De reden is het risico van geloofsafval in een vijandige omgeving. Zonder geloof is het onmogelijk God te behagen (Hebr. 11:6).

Hebr. 11:1

Heb 11:1  [Het] geloof nu is [de] zekerheid van wat men hoopt, [de] overtuiging van wat men niet ziet. (Telos)

Geloof nu. Dit vers sluit aan bij 10:39.

Zekerheid van wat men hoopt. In 10:23 vermaant de schrijver "de belijdenis van de hoop onwankelbaar" vast te houden, "want Hij die beloofd heeft, is getrouw".

Hopen zonder geloven is, naar het Nederlandse woordgebruik van 'hopen', slechts een wensen. "Ik hoop dat jullie een fijne vakantie zullen hebben".

Overtuiging van wat men niet ziet. Geloven en hopen richten zich op onzienlijke dingen, Wij geloven in een Heer die we niet met onze fysieke ogen gezien hebben, wij geloven aan een toekomst die ons is beloofd en die wij (uiteraard) nog niet zien, en wij geloven in een historische schepping van de wereld door het woord van God (vers 3).

Hebr. 11:2

Heb 11:2  Want in dit [geloof] hebben de ouden getuigenis verkregen. (Telos)

In. Dit is: in de kracht van[1].

Getuigenis verkregen. Van Godswege werd hun geloofd bevestigd, zoals bij Abraham. Hun geloof droeg Gods goedkeuring weg, behaagde Hem (vgl. vers 5). Zonder geloof is het onmogelijk Hem te behagen (vers 6). God gaf getuigenis over de gaven van de gelovige Abel (vers 4) en over de wandel van de gelovige Henoch (vers 5).

Hebr. 11:3

Heb 11:3  Door het geloof begrijpen wij dat de werelden door Gods woord bereid zijn, zodat wat men ziet, niet ontstaan is uit wat zichtbaar is. (Telos)

Het geloof heeft niet alleen toekomstige zaken tot voorwerp, maar ook gebeurtenissen in het verleden, zoals de schepping van de wereld.

Door Gods woord bereid. In Genesis, het boek van de wording van de wereld en de mensheid, spreekt God meermaals "Er zij ....". Zijn scheppen begint met een spreken.

Hebr. 11:4

Heb 11:4  Door [het] geloof offerde Abel aan God een beter slachtoffer dan Kain, waardoor hij getuigenis verkregen heeft dat hij rechtvaardig was, daar God over zijn gaven getuigenis gaf; en daardoor spreekt hij nog, nadat hij gestorven is. (Telos)

Abel.Abel.

Een beter slachtoffer dan Kaïn. Abel offerde een bloedig offer, Kaïn een onbloedige gave. Deze broer van Abel was "uit de boze", zijn werken waren boos (1 Joh. 3:12). Het beter-zijn van het slachtoffer kan in de aard van het offer gelegen zijn, maar ook of alleen in het geloof waarin het offer werd aangeboden.

Dan Kaïn. Kennelijk ontbrak het hem aan geloofsvertrouwen op God. → Kaïn.

Dat hij rechtvaardig was. Zijn werken waren rechtvaardig.

1Jo 3:11  Want dit is de boodschap die u van het begin af hebt gehoord, dat wij elkaar zouden liefhebben; 1Jo 3:12 niet zoals Kain uit de boze was en zijn broer doodsloeg. En waarom sloeg hij hem dood? Omdat zijn werken boos waren en die van zijn broer rechtvaardig. (Telos)

Heb 10:38  Maar mijn rechtvaardige zal op grond van geloof leven; en als iemand zich onttrekt, heeft mijn ziel in hem geen behagen’. (Telos)

Hebr. 11:5

Heb 11:5  Door het geloof werd Henoch weggenomen opdat hij de dood niet zag, en hij werd niet gevonden, omdat God hem had weggenomen; want voor zijn wegneming heeft hij getuigenis verkregen dat hij God behaagd had. (Telos)

Henoch. De zoon van Jered en de vader van Methusalem. → Henoch.

Weggenomen opdat hij de dood niet zag. Evenals vroeger Henoch zullen eens gelovigen worden weggenomen zonder te dood te zien. De poorten van het dodenrijk zullen de gemeente van Christus niet overweldigen (Matth. 16:18). → Opname van de gemeente.

Getuigenis verkregen. Zie verzen 2 en 4.

Hebr. 11:10

Heb 11:10 want hij verwachtte de stad die de fundamenten heeft, waarvan God ontwerper en bouwmeester is. (Telos)

Vergelijk:

Heb 11:16 maar nu verlangen zij naar een beter, dat is een hemels vaderland. Daarom schaamt God Zich niet voor hen hun God genoemd te worden, want Hij heeft voor hen een stad bereid.

Hebr. 11:23

Heb 11:23 Door het geloof werd Mozes, toen hij geboren was, drie maanden lang door zijn ouders verborgen, omdat zij zagen dat het kind mooi was; en zij vreesden het gebod van de koning niet. (Telos)

Verborgen

Geloof sluit handelen niet uit. Geloof kan vrees verminderen of wegnemen.

Hebr. 11:26

Heb 11:26 en de smaad van Christus groter rijkdom achtte dan de schatten van Egypte, want hij zag op de beloning. (Telos)

Smaad van Christus

Mozes ijverde voor zijn volk en deszelfs belangen, zoals de Heer Jezus later zou doen. Beiden ontmoetten onbegrip en afwijzing. Mozes werd gesmaad door de Egyptenaren. Of door zijn broeders? Of door beiden?

Hebr. 11:27

Heb 11:27 Door het geloof verliet hij Egypte, zonder de toorn van de koning te vrezen; want hij bleef standvastig, als zag hij de Onzichtbare. (Telos)

Zonder te vrezen

Vgl. vers 23.

Heb 11:23 Door het geloof werd Mozes, toen hij geboren was, drie maanden lang door zijn ouders verborgen, omdat zij zagen dat het kind mooi was; en zij vreesden het gebod van de koning niet.

Als zag hij

Vgl. ‘Wij zien Jezus’, 12:1 ‘terwijl wij zien op Jezus’.

Hebr. 11:28

Heb 11:28 Door het geloof heeft hij het pascha gevierd en het sprenkelen van het bloed, opdat de verderver van de eerstgeborenen hen niet aanraakte. (Telos)

Sprenkelen van het bloed: het bloed doen aanbrengen, zoals hem bevolen was, aan de posten van de deuren (Exod.12:7, 22v.)

  1. Het Nieuwe Testament; herziene Voorhoeve-uitgave (Vaassen: uitgeverij H. Medema, 1982), voetnoot.