Brief aan de Efeziërs/Hoofdstuk 3

Uit Christipedia
Oude Testament: Ge · Ex · Le · De · Joz · Ri · Ru · 1Sa · 2Sa · 1Ko · 2Ko · 1Kr · 2Kr · Ezr · Ne · Est · Job · Ps · Sp · Pr · Hgl · Jes · Jer · Kla · Eze · Da · Hos · Joë · Am · Ob · Jon · Mi · Na · Hab · Zef · Hag · Za · Mal.
Nieuwe Testament: Mt · Mr · Lk · Jh · Hn · Rm · 1Ko · 2Ko · Gl · Ef · Fp · Col · 1Th · 2Th · 1Tm · 2Tm · Tit · Fm · Hb · Jk · 1Pe · 2Pe · 1Jh · 2Jh · 3Jh · Jd · Opb.

Brief aan de Efeziërs:


Hoofdstuk 3 wordt hieronder samengevat en/of een of meer passages worden becommentarieerd.

Ef. 3:6

Efe 3:6  dat zij uit de volken medeërfgenamen zijn en medeïngelijfden en mededeelgenoten van de belofte in Christus Jezus door het evangelie, (Telos)

Medeërfgenamen. Zie Erfenis voor het hoofdartikel.

Medeïngelijfden. Of 'samen een lichaam', 'medeleden van het lichaam'[1]. Wij vormen het lichaam van Christus; wij zijn de leden daarvan, terwijl Hij het hoofd is.

Vergelijk ook 2:15 ("in zijn vlees de vijandschap ... te niet gedaan"), 2:16 ("in één lichaam met God zou verzoenen door het kruis").

Ef. 3:7

Efe 3:7  waarvan ik een dienaar ben geworden naar de gave van de genade van God, die mij gegeven is naar de werking van zijn kracht. (Telos)

Naar de werking van zijn kracht. Paulus heeft Gods kracht ervaren om de roeping van God te volgen en diens wil te doen.

Voetnoot

  1. Voetnoot bij de Telos-vertaling