Oude Testament: Ge · Ex · Le · De · Joz · Ri · Ru · 1Sa · 2Sa · 1Ko · 2Ko · 1Kr · 2Kr · Ezr · Ne · Est · Job · Ps · Sp · Pr · Hgl · Jes · Jer · Kla · Eze · Da · Hos · Joë · Am · Ob · Jon · Mi · Na · Hab · Zef · Hag · Za · Mal.
Nieuwe Testament: Mt · Mr · Lk · Jh · Hn · Rm · 1Ko · 2Ko · Gl · Ef · Fp · Col · 1Th · 2Th · 1Tm · 2Tm · Tit · Fm · Hb · Jk · 1Pe · 2Pe · 1Jh · 2Jh · 3Jh · Jd · Opb.

De volgende hoofdstukken van Richteren zijn op Christipedia samengevat en/of passages ervan becommentarieerd:

Richteren, hoofdstuk: 12345678910111213141516171821

Hoofdstuk Richteren 2 wordt hieronder samengevat en/of een of meer passages worden becommentarieerd.

Samenvatting

De engel van Jahweh verwijt de Israëlieten dat zij de Kanaänieten niet verdreven hebben, en dreigt dat ook hij hen nu niet verdrijven zal, waarop zij wenen en Jahweh offeren (1-5). Hier wordt Gods leiding in de tijd van de richters beschreven: de Israëlieten dienen Jahweh zolang Jozua en de oudsten die Gods daden gezien hadden leven, maar gaan daarna andere goden vereren (6-13). Jahweh, in toorn ontstoken, levert hen aan hun vijanden over, maar redt hen uit de benauwdheid door richters, naar wie zij echter ook niet luisteren. Telkens als Jahweh een richter heeft verwekt, helpt hij hem en redt hij Israël, maar na de dood van zulk een redder maakt het volk het nog erger dan te voren (14-19). Jahweh straft het door de nog niet verdreven oude bevolking in het land te doen overblijven, ten einde daardoor Israëls gehoorzaamheid op de proef te stellen (20-23).

1

Ri 2:1  En een Engel des HEEREN kwam opwaarts van Gilgal tot Bochim, en Hij zeide: Ik heb ulieden uit Egypte opgevoerd, en u gebracht in het land, dat Ik uw vaderen gezworen heb, en gezegd: Ik zal Mijn verbond met ulieden niet verbreken in eeuwigheid. (SV)

Een Engel des HEEREN. Waarschijnlijk de Heer Jezus, die het Woord van God is.

10

Ri 2:10  En al dat geslacht ook tot zijn vaderen vergaderd was; zo stond er een ander geslacht na hen op, dat de HEERE niet kende, noch ook het werk, dat Hij aan Israël gedaan had. (CP[1])

Dat de HEERE niet kende enz.

Hos 4:6  Mijn volk is uitgeroeid, omdat het zonder kennis is. Omdat ú de kennis verworpen hebt, heb Ik u verworpen om als priester voor Mij te dienen. Omdat u de wet van uw God hebt vergeten, zal Ik ook uw kinderen vergeten. (HSV)

22

Ri 2:22  Opdat Ik Israël door hen verzoeke, of zij den weg des HEEREN zullen houden, om daarin te wandelen, gelijk als hun vaderen gehouden hebben, of niet. (SV)

Vgl.:

Ri 3:4  Dezen dan waren, om Israël door hen te verzoeken, opdat men wiste, of zij de geboden des HEEREN zouden horen, die Hij hun vaderen door de hand van Mozes geboden had. (SV)

Samenvatting

Leidsche Vertaling (1914). Tekst van de samenvatting van Richteren 2 is onder wijziging verwerkt op 19 apr. 2021.

Voetnoot

  1. Hertaling of vertaling door Christipedia, uitgaande van de Statenvertaling.