Genesis/Hoofdstuk 2

Uit Christipedia
Versie door Kees Langeveld (overleg | bijdragen) op 28 dec 2019 om 10:59 (Nieuwe pagina aangemaakt met '{{Commentaar hoofdstuk}} == Gen. 2:1 == Ge 2:1  Alzo zijn volbracht de hemel en de aarde, en al hun heir (SV) '''Alzo zijn volbracht de hemel en de aarde.''' Ver...')
(wijz) ← Oudere versie | Huidige versie (wijz) | Nieuwere versie → (wijz)

Genesis > Hoofdstuk 2
Oude Testament: Ge · Ex · Le · De · Joz · Ri · Ru · 1Sa · 2Sa · 1Ko · 2Ko · 1Kr · 2Kr · Ezr · Ne · Est · Job · Ps · Sp · Pr · Hgl · Jes · Jer · Kla · Eze · Da · Hos · Joë · Am · Ob · Jon · Mi · Na · Hab · Zef · Hag · Za · Mal.
Nieuwe Testament: Mt · Mr · Lk · Jh · Hn · Rm · 1Ko · 2Ko · Gl · Ef · Fp · Col · 1Th · 2Th · 1Tm · 2Tm · Tit · Fm · Hb · Jk · 1Pe · 2Pe · 1Jh · 2Jh · 3Jh · Jd · Opb.

Genesis:


Hoofdstuk 2 wordt hieronder samengevat en/of een of meer passages worden becommentarieerd.

Gen. 2:1

Ge 2:1  Alzo zijn volbracht de hemel en de aarde, en al hun heir (SV)

Alzo zijn volbracht de hemel en de aarde. Vergelijk hoofdstuk 1 vers 1:

Ge 1:1 In den beginne schiep God de hemel en de aarde. (SV)

En al hun heir. Al de schepselen in de hemel en op de aarde: de hemellichamen, de planten, de dieren, de mensen.

Gen. 2:2

Ge 2:2  Als nu God op de zevenden dag volbracht had Zijn werk, dat Hij gemaakt had, heeft Hij gerust op de zevende dag van al Zijn werk, dat Hij gemaakt had. (CP[1])

Op de zevende dag volbracht had Zijn werk. Er was niets meer te scheppen overgebleven, zodat slechts onderhouding en vernieuwing nodig was, en ook daartoe waren reeds de krachten in het bestaande gelegd.[2]

Heeft Hij gerust. Vergelijk de Naardense vertaling:

Ge 2:3  God zegent de zevende dag en heiligt die; want daarop heeft hij sabbat gehouden van al zijn werk, dat God geschapen heeft om te maken. (NaB)

God hield op iets nieuws te scheppen en keerde in de rust van Zijn algenoegzaam wezen terug, waaruit Hij bij en met de schepping als het ware getreden was.[2]

Gen. 2:3

Ge 2:3  En God heeft de zevende dag gezegend, en die geheiligd; omdat Hij daarop gerust heeft van al Zijn werk, dat God scheppende gemaakt had. (CP[1])

Gezegend. Eerder in het scheppingsverslag heeft God gezegend: de zeedieren en de vogels (1:22) en de mensen (1:28).

Geheiligd. Afgezonderd, apart gesteld, een bijzondere bestemming gegeven. Een deel van de christenheid houdt deze dag als rustdag, in navolging van Israël, in gehoorzaamheid aan het sabbatsgebod in de wet van Mozes. Zie verder bij Sabbat.

Scheppende gemaakt had. Scheppende tot stand had gebracht. Vergelijk:

Ge 2:3  En God zegende de zevende dag en heiligde die, omdat Hij daarop gerust heeft van al het werk, dat God scheppende tot stand had gebracht. (NBG51)

Gen. 2:4

Ge 2:4 Dit zijn de geboorten van de hemelen en van de aarde, toen zij geschapen werden; ten dage als de HEERE God de aarde en de hemelen maakte. (CP[1])

Dit vers en het eerste deel van vers 5 grijpen terug op het scheppingsverslag. Vervolgens worden bijzonderheden toegevoegd, waarbij wordt ingezoomd op de schepping van de mens en zijn leefomgeving.

Gen. 2:5-6

Ge 2:5  En alle struik van het veld, eer hij in de aarde was, en al het kruid van het veld, eer het uitsproot; want de HEERE God had niet doen regenen op de aarde, en er was geen mens geweest, om de aardbodem te bouwen, Ge 2:6  Maar een damp was opgegaan uit de aarde, en bevochtigde de hele aardbodem. (CP[1])

God had het niet doen regenen op de aarde. Hoewel er wateren boven het uitspansel waren (Gen. 1:6-7).

Voetnoot

  1. 1,0 1,1 1,2 1,3 Vertaling of hertaling door Christipedia, uitgaande van de Statenvertaling.
  2. 2,0 2,1 Karl August Dächsel; F. P. L. C. van Lingen; H. van Griethuijsen, Antz. et al, Bijbel, of De geheele Heilige Schrift, bevattende al de kanonieke boeken van het Oude en Nieuwe Testament (volgens de Staten-overzetting) : met in den tekst ingelaschte verklaringen en aanmerkingen van de beroemdste godgeleerden uit alle tijden (Kampen: Bos, 1893-1901). Enige tekst van het commentaar op Genesis 2 is onder wijziging verwerkt.