Jesaja (boek)/Hoofdstuk 61

Uit Christipedia
Oude Testament: Ge · Ex · Le · De · Joz · Ri · Ru · 1Sa · 2Sa · 1Ko · 2Ko · 1Kr · 2Kr · Ezr · Ne · Est · Job · Ps · Sp · Pr · Hgl · Jes · Jer · Kla · Eze · Da · Hos · Joë · Am · Ob · Jon · Mi · Na · Hab · Zef · Hag · Za · Mal.
Nieuwe Testament: Mt · Mr · Lk · Jh · Hn · Rm · 1Ko · 2Ko · Gl · Ef · Fp · Col · 1Th · 2Th · 1Tm · 2Tm · Tit · Fm · Hb · Jk · 1Pe · 2Pe · 1Jh · 2Jh · 3Jh · Jd · Opb.

Jesaja (boek):


Hoofdstuk 61 wordt hieronder samengevat en/of een of meer passages worden becommentarieerd.

Samenvatting

De heilbode, door Jahweh gezonden, spreekt van het heil en de heerlijkheid die het lijdende Israël ten deel zal vallen (1-6); want Jahweh is rechtvaardig en Hij zal Israël een naam maken onder de volken (7-9). Ik verheug mij in Jahweh, die dit heil schenkt (10-11).

1

Jes 61:1  De Geest des Heeren HEEREN is op Mij, omdat de HEERE Mij gezalfd heeft, om een blijde boodschap te brengen den zachtmoedigen; Hij heeft Mij gezonden om te verbinden de gebrokenen van harte, om den gevangenen vrijheid uit te roepen, en den gebondenen opening der gevangenis; (SV)

De Geest des Heeren HEEREN is op mij. Dit vers schijnt betrekking te hebben op de Messias. Op de Heer Jezus bleef de Geest rusten (Joh. 1:32; Mt. 3:16; Mark. 1:10; Luk. 3:22).

Joh 1:32  En Johannes getuigde en zei: Ik heb de Geest zien neerdalen als een duif uit de hemel, en hij bleef op Hem. (Telos)

2

Jes 61:2  Om uit te roepen het jaar van het welbehagen des HEEREN, en de dag der wraak van onze Gods; om alle treurigen te troosten; (CP[1])

Om uit te roepen het jaar van het welbehagen des HEEREN. De Heer Jezus haalde verzen 1 en 2 aan in zijn toespraak in de synagoge te Nazareth. Hij hield op bij dit zinsdeel en sprak niet van de dag der wraak van onze God. Wij leven thans in de tijd die hier wordt aangeduid met 'het jaar van het welbehagen van Jahweh'.

Uit te roepen. Zie vs. 1

De dag der wraak van onze God. De periode van de zeven apocalyptische oordeelszegels. Of de dag dat de volkeren voor de Messias, die op de troon van zijn vader David zitten zal, vergaderd zullen worden en de bokken veroordeeld zullen worden.

7

Jes 61:7  Voor uw dubbele schaamte en schande zullen zij juichen over hun deel; daarom zullen zij in hun land erfelijk het dubbele bezitten; zij zullen eeuwige vreugde hebben. (SV)

Zij. Dit is uw toekomstig nageslacht, uw toekomstige nakomelingen. Vgl. vers 9.

Hun deel. Een heerlijk, dubbel deel.

8

Jes 61:8  Want Ik, de HEERE, heb het recht lief, Ik haat de roof in het brandoffer, en Ik zal geven, dat hun werk in der waarheid zal zijn; en Ik zal een eeuwig verbond met hen maken. (CP[1])

De roof in het brandoffer. HSV: "roof bij het brandoffer". NBV2004: "Offers van roofgoed". Septuagint: "roof uit ongerechtigheid". De woorden wijzen misschien op de misstand dat sommige mensen roofden en tevens Gode brandoffers brachten. Of dat ze geroofd kleinvee als brandoffer brachten.

9

Jes 61:9  En hun zaad zal onder de heidenen bekend worden, en hun nakomelingen in het midden der volken; allen, die hen zien zullen, zullen hen kennen, dat zij zijn een zaad, dat de HEERE gezegend heeft. (SV)

Zie ook vers 11, "voor al de volken".

10

Jes 61:10  Ik ben zeer vrolijk in den HEERE, mijn ziel verheugt zich in mijn God, want Hij heeft mij bekleed met de klederen des heils, de mantel der gerechtigheid heeft Hij mij omgedaan; gelijk een bruidegom zich als een priester het hoofdsieraad ombindt, en gelijk een bruid zich met haar versierselen tooit. (CP[1]) 

De met heil en gerechtigheid beklede krijgt tevens het heerlijke aanzien van een priester en van een bruid. Beide aspecten zien wij in de verheerlijkte gemeente van Christus. De gelovigen zijn dan een priesterschaar en tevens de bruid van Christus.

De mantel der gerechtigheid heeft Hij mij omgedaan. Zie ook vers 11 en 61:1-2

11

Jes 61:11  Want gelijk de aarde haar spruit voortbrengt, en gelijk een hof, hetgeen in hem gezaaid is, doet uitspruiten; alzo zal de Heere HEERE gerechtigheid en lof doen uitspruiten voor al de volken. (SV)

Wat God zaait, zal vrucht dragen en heerlijke resultaten geven. De zege en lof die God doet ontspruiten zijn de vruchten van Zijn arbeid.

Joh 5:17  Maar Jezus antwoordde hun: Mijn Vader werkt tot nu toe en Ik werk ook. (Telos)

Gods akker en wijngaard zijn wij. Ook evangelisten en andere arbeiders van God zullen de uitkomst van hun werk zien.

Jes 53:11  Om den arbeid Zijner ziel zal Hij het zien, [en] verzadigd worden; door Zijn kennis zal Mijn Knecht, de Rechtvaardige, velen rechtvaardig maken, want Hij zal hun ongerechtigheden dragen. (SV)

Gerechtigheid ... doen uitspruiten. Zie 61:1, "totdat haar [Jeruzalems] gerechtigheid voortkomt als een glans".

Voor al de volken. Ten aanschouwen van hen. Zie vers 9, en 62:2 ("de heidenen zullen uw gerechtigheid zien").

Bron

Leidsche Vertaling (1914). Tekst van de samenvatting van Jes. 62 is onder wijziging verwerkt op 9 juni 2021.

Voetnoot

  1. 1,0 1,1 1,2 Hertaling of vertaling door Christipedia, uitgaande van de Statenvertaling.