Jesaja (boek)/Hoofdstuk 27

Versie door Kees Langeveld (overleg | bijdragen) op 11 jul 2020 om 10:40 (Nieuwe pagina aangemaakt met '{{Commentaar hoofdstuk}} == Jes. 27:1 == Jes 27:1 Te dien dage zal de HEERE met Zijn hard, en groot, en sterk zwaard bezoeken den Leviathan, de langwemelende slan...')
(wijz) ← Oudere versie | Huidige versie (wijz) | Nieuwere versie → (wijz)

Jesaja (boek) > Hoofdstuk 27
Oude Testament: Ge · Ex · Le · De · Joz · Ri · Ru · 1Sa · 2Sa · 1Ko · 2Ko · 1Kr · 2Kr · Ezr · Ne · Est · Job · Ps · Sp · Pr · Hgl · Jes · Jer · Kla · Eze · Da · Hos · Joë · Am · Ob · Jon · Mi · Na · Hab · Zef · Hag · Za · Mal.
Nieuwe Testament: Mt · Mr · Lk · Jh · Hn · Rm · 1Ko · 2Ko · Gl · Ef · Fp · Col · 1Th · 2Th · 1Tm · 2Tm · Tit · Fm · Hb · Jk · 1Pe · 2Pe · 1Jh · 2Jh · 3Jh · Jd · Opb.

Jesaja (boek):


Hoofdstuk 27 wordt hieronder samengevat en/of een of meer passages worden becommentarieerd.

Jes. 27:1

Jes 27:1 Te dien dage zal de HEERE met Zijn hard, en groot, en sterk zwaard bezoeken den Leviathan, de langwemelende slang, ja, den Leviathan, de kromme slomme slang; en Hij zal den draak, die in de zee is, doden. (SV)

De Leviathan is hier misschien een voorstelling van de satan en/of het Beest uit de zee. De satan, die een draak en een slang is, is de grootste vijand van Israël (en van de gemeente van Christus). Die zal worden uitgeschakeld; gedurende het duizendjarig vrederijk, de toekomstige grote bloeitijd van Israël, zal de satan in de gevangenis zitten.

Uit de mond van de Heer komt een scherp tweesnijdend zwaard (Opb. 1:16; 2:12, 16; 19:15, 21). In de eindtijd zal Jezus de mens der zonde "verteren door de adem van zijn mond en tenietdoen door de verschijning van zijn komst" (2 Thess. 2:8). Het Beest uit de zee zal worden geworpen in de poel van zuur en zwavel (Opb. 19: 20; 20:10).

Opb 19:20 En het beest werd gegrepen en met hem de valse profeet die de tekenen in diens tegenwoordigheid had gedaan, waardoor hij hen misleidde die het merkteken van het beest ontvingen en die zijn beeld aanbaden. Levend werden deze twee geworpen in de poel van vuur die van zwavel brandt. (TELOS)

Jes. 27:2

Jes 27:2  Te dien dage zal er een wijngaard van bruisende wijn zijn; zingt van hem bij beurte. (CP[1])

Een wijngaard. Israël wordt voorgesteld als een wijngaard. Vgl. vers 6.

Jes. 27:4

Jes 27:4 Toorngloed is bij Mij niet; wie zou Mij geven een doorn, een distel? Ik zou zou tegen hem aanvallen, [en] hem te gelijk verbranden (CP[1]).

In de wijngaard zijn doorns en distels ongewenst. De doorn en distel staan hier voor de vijanden van Israël. God beschermt zijn volk. Zie Opb. 20:9.

Opb 20:7  En wanneer de duizend jaren voleindigd zijn, zal de satan uit zijn gevangenis worden losgelaten, Opb 20:8  en hij zal uitgaan om de naties te misleiden die aan de vier hoeken van de aarde zijn, Gog en Magog, om hen tot de oorlog te verzamelen, en hun getal is als het zand van de zee.  Opb 20:9  En zij kwamen op over de breedte van de aarde en omsingelden de legerplaats van de heiligen en de geliefde stad; en er daalde vuur neer van God uit de hemel en verteerde hen. (Telos)

Jes. 27:5

Jes 27:5  Of hij moest Mijn sterkte aangrijpen, hij zal vrede met Mij maken; vrede zal hij met Mij maken. (SV)

In plaats van Israël en daarmee zijn Behoeder vijandig te bejegenen is er de mogelijkheid om Gods sterkte, zijn machtige bescherming (vgl. NBG51), aan te grijpen, zich daaraan vast te klampen (NaB, HSV), en vrede met Hem te maken.

Jes. 27:6

Jes 27:6  In het toekomende zal Jakob wortels schieten, Israël zal bloeien en groeien; en zij zullen de wereld met inkomsten vervullen. (CP[1])

Vgl. de wijngaard in vers 2-3. Dit wortelen, bloeien en groeien zien we een aanvang maken in onze tijd, maar in volle zin zal het pas gebeuren na de wedergeboorte van het volk.

Voetnoot

  1. 1,0 1,1 1,2 Hertaling of vertaling door Christipedia, uitgaande van de Statenvertaling.