Jesaja (boek)/Hoofdstuk 6

Uit Christipedia
Versie door Kees Langeveld (overleg | bijdragen) op 2 nov 2019 om 13:31 (Nieuwe pagina aangemaakt met '<br />{{Commentaar}} == Jes. 6:1 == Jes 6:1  In het jaar, toen de koning Uzzia stierf, zo zag ik den Heere, zittende op een hogen en verheven troon, en Zijn zome...')
(wijz) ← Oudere versie | Huidige versie (wijz) | Nieuwere versie → (wijz)

Jesaja (boek) > Hoofdstuk 6


Oude Testament: Ge · Ex · Le · De · Joz · Ri · Ru · 1Sa · 2Sa · 1Ko · 2Ko · 1Kr · 2Kr · Ezr · Ne · Est · Job · Ps · Sp · Pr · Hgl · Jes · Jer · Kla · Eze · Da · Hos · Joë · Am · Ob · Jon · Mi · Na · Hab · Zef · Hag · Za · Mal.
Nieuwe Testament: Mt · Mr · Lk · Jh · Hn · Rm · 1Ko · 2Ko · Gl · Ef · Fp · Col · 1Th · 2Th · 1Tm · 2Tm · Tit · Fm · Hb · Jk · 1Pe · 2Pe · 1Jh · 2Jh · 3Jh · Jd · Opb.

Jesaja (boek):


Hoofdstuk 6 wordt hieronder samengevat en/of een of meer passages worden becommentarieerd.

Jes. 6:1

Jes 6:1  In het jaar, toen de koning Uzzia stierf, zo zag ik den Heere, zittende op een hogen en verheven troon, en Zijn zomen vervullende den tempel. (SV)

In het jaar, toen koning Uzzia stierf. Dat haar is onzeker, misschien 737 v.C.. Sjabloon:Tijdbalk Israël 800-700 v.C. Zag ik den Heere, zittende op een hogen en verheven troon. Meer mensen hebben de onzichtbare God gezien, dat is Zijn Beeld en Gelijkenis, dat is de Zoon, onze Heer Jezus. Zie God#God gezien. Ook Johannes, opgetrokken zijnde in de hemel, zag Hem zitten op een troon:

Opb 4:1  Hierna zag ik, en zie, een deur was geopend in de hemel, en de eerste stem die ik gehoord had als van een bazuin, die met mij sprak, zei: Kom hier op en Ik zal u tonen wat hierna moet gebeuren.  Opb 4:2  Terstond kwam ik in de Geest; en zie een troon stond in de hemel en er zat Iemand op de troon; (Telos)

Tempel. In vers 4 genoemd 'huis'. Het gaat blijkbaar om de tempel in de hemel.

Jes. 6:2

Jes 6:2  De serafs stonden boven Hem; een iegelijk had zes vleugelen; met twee bedekte ieder zijn aangezicht, en met twee bedekte hij zijn voeten, en met twee vloog hij. (SV)

Uit het vervolg (vs. 3-4) schijnt het om twee serafs te gaan.

Jes. 6:4

Jes 6:4  Zodat de posten der dorpels zich bewogen van de stem des roependen; en het huis werd vervuld met rook. (SV)

Het huis. De tempel in de hemel (vers 1).

Vervuld met rook. Rook is op sommige plaatsen elders in de Bijbel en wellicht ook hier een symbool en begeleidend verschijnsel van Gods tegenwoordigheid.

Jes. 6:5

Jes 6:5  Toen zeide ik: Wee mij, want ik verga! dewijl ik een man van onreine lippen ben, en ik woon in het midden eens volks, dat onrein van lippen is; want mijn ogen hebben den Koning, den HEERE der heirscharen gezien. (SV)

Wee mij. Na het zesvoudig wee in hoofdstuk 5 over de goddelozen en onrechtvaardigen, treft het wee uit zijn mond nu de profeet zelf.